Er zijn verschillende technieken die beeldhouwers gebruiken, zoals houwen, boetseren en gieten. Houwen is het proces waarbij materiaal zoals steen of hout wordt verwijderd om de gewenste vorm te creëren. Boetseren gebeurt meestal met klei, waar je een vorm kunt opbouwen. Gieten is het proces van het maken van een mal waarin bijvoorbeeld brons wordt gegoten, wat leidt tot een zeer gedetailleerd en duurzaam resultaat.
Antieke sculpturen zijn populair onder verzamelaars omdat ze niet alleen artistieke waarde hebben, maar ook een stukje geschiedenis met zich meedragen. Elke sculptuur vertelt een verhaal en vertegenwoordigt vaak een bepaalde periode of cultuur. Ze zijn ook vaak uniek en moeilijk te repliceren, wat ze aantrekkelijk maakt voor mensen die iets bijzonders willen bezitten.
Veelgebruikte materialen voor het maken van sculpturen zijn steen, hout, metaal en zelfs glas. Steen, zoals marmer en graniet, wordt gewaardeerd om zijn duurzaamheid en uitstraling. Hout biedt een warme esthetiek, terwijl metaal zoals brons een tijdloze aantrekkingskracht heeft. Glas kan een moderne en unieke twist aan sculpturen geven door de transparantie en lichtreflecties.
Om de authenticiteit van een antieke sculptuur te bepalen, kun je kijken naar verschillende aspecten zoals de gebruikte materialen, de techniek, de stijl en de patina die zich in de loop der jaren heeft ontwikkeld. Het kan ook nuttig zijn om de sculptuur te laten onderzoeken door een expert om meer inzicht te krijgen in de herkomst en de waarde ervan.
Het verschil tussen klassieke en moderne sculpturen ligt vaak in de stijl en de technieken. Klassieke sculpturen zijn meestal realistisch en zijn vaak geïnspireerd op de oude beschavingen, zoals de Grieken of Romeinen. Moderne sculpturen daarentegen kunnen abstracter zijn en heel verschillende materialen en technieken gebruiken. Moderne kunstenaars durven vaak buiten de traditionele kaders te denken.