Beaujolais wijnen zijn doorgaans licht, fruitig en fris. Ze hebben een heldere kleur en een aroma van rijp fruit zoals kersen en frambozen. Ze zijn vaak ongecompliceerd en perfect voor informele gelegenheden. Nieuwe varianten zoals Beaujolais Nouveau zijn ook scherp en fris, ideaal voor de warmer maanden.
Beaujolais wijn wordt voornamelijk gemaakt van de Gamay druif. De druiven worden handmatig geoogst en ondergaan een koolstofmaceratie, waarbij de hele trossen in tanks komen om vergisting te ondergaan. Dit zorgt voor de fruitige aroma’s die zo kenmerkend zijn voor de wijn uit deze regio.
Beaujolais is het lekkerst als het jong is, vaak binnen een jaar na de oogst. Beaujolais Nouveau mag zelfs al direct na de oogst gedronken worden, terwijl de meer complexe soorten zoals Moulin-à-Vent iets meer rijping nodig hebben. Over het algemeen is het ideaal om deze wijn in de nazomer en herfst te genieten.
Om van Beaujolais te genieten, serveer je de wijn licht gekoeld. Schenk het in een ruim glas om de aroma’s goed te laten ontsnappen. Neem even de tijd om te ruiken voordat je een slok neemt, en let op de fruitige en florale nuances die naar voren komen tijdens het proeven.
Beaujolais past bijzonder goed bij een breed scala aan gerechten, waaronder lichte salades, de meeste gegrilde vleesgerechten en zelfs wat vegetarische schotels. Gerechten zoals coq au vin, pizza en zelfs verschillende soorten kaas complimenteren de wijn prachtig.