De contrabas heeft zijn oorsprong in Europa en ontwikkelde zich in de 16e eeuw uit snaarinstrumenten zoals de viola da gamba. Het instrument werd populair in orkesten en heeft door de jaren heen verschillende vormen aangenomen, met het huidige ontwerp dat meestal in de late 19e eeuw werd gestandaardiseerd. De contrabas is nu een essentieel onderdeel van zowel klassieke als moderne muziekstijlen.
De contrabas wordt vaak gemaakt van hout, met name van gryobain of sparrenhout voor de klankkast. Voor de hals en toets wordt meestal hardhout gebruikt. Daarnaast worden verschillende soorten snaren gebruikt, van staal tot nylon, die de toonhoogte en klankkleur van het instrument beïnvloeden. Elk materiaal levert een unieke klank bij het bespelen op.
Belangrijke technieken voor het bespelen van de contrabas omvatten het gebruik van zowel de strijkstok als het plukken van de snaren, ook wel pizzicato genoemd. Het ontwikkelen van goede vingertechniek is cruciaal. Daarnaast zijn er technieken voor het spelen van verschillende dynamieken en articulaties, wat de expressiviteit van het spel verhoogt. Het is ook belangrijk om goed te zitten of te staan tijdens het spelen om optimale controle te hebben.
Om je contrabas in goede staat te houden, is regelmatig onderhoud belangrijk. Dit omvat het schoonmaken van de klankkast en snaren, het controleren van de stemming en het controleren op eventuele beschadigingen. Het is ook aan te raden om je instrument regelmatig te laten afstellen door een professional. Zorg ervoor dat je de contrabas op een veilige plaats bewaart, waar deze niet kan omvallen of beschadigen.
Er zijn veel bekende muziekstukken waarin de contrabas een prominente rol speelt, zoals de 'Don Giovanni' van Mozart en de 'Serenade for Strings' van Tchaikovsky. Daarnaast is de contrabas ook een belangrijk instrument in jazz, met bekende nummers zoals 'Take Five' waarin de contrabas de ritmische basis legt. Ook in hedendaagse muziek is de contrabas steeds vaker te horen als een melodisch instrument.