Het verboden boek 9789046707265 Ewoud Kieft€ 12,45
De waanzinnige 14e eeuw 9789010042378 Barbara Tuchman
€ 13,95
Verzenden
20sinds 14 mar. '25, 07:52
Kenmerken
AuteurBarbara Tuchman
ConditieGelezen
Productnummer (ISBN)9789010042378
Beschrijving
BoekenBalie maakt van tweedehands jouw eerste keuze. Met een Trustscore van 4,8 (excellent) en 30 dagen retour garantie maken we dat iedere dag waar.
Titel: De waanzinnige 14e eeuw
Auteur: Barbara Tuchman
ISBN: 9789010042378
Conditie: Beetje gebruikt
In dit fascinerende boek toont Barbara Tuchman, schrijfster van de inter| nationale bestsellers De kanonnen van augustus en De trotse toren, als in ‘een verre spiegel’ het Europa van zeshonderd jaar geleden, toen de wereld naar haar einde scheen te snellen. Dit is de eeuw waarin de pest, de ‘Zwarte Dood’, viermaal toesloeg en de bevolking tussen India en IJsland halveerde; waarin de Honderdjarige Oorlog tussen Engeland en Frankrijk werd gestreden, een epos van wreedheid en moed; waarin bandietenbenden Europa straffeloos terroriseerden; waarin de idealen van ridderlijkheid tanende waren en paus en tegenpaus elkaars volgelingen excommuniceerden. Het is echter ook de eeuw van Chaucer en Petrarca, de Decamerone, hoofse liefde en pikante verhalen, een tijd van rijkdom en bezieling als schrille tegenstelling tot de doodscultus, de zelfkastijding, de verdorvenheid en de wanhoop… Barbara Tuchman bezit bij uitstek de gave om feiten en gebeurtenissen te verwerken tot een intrigerend verhaal dat de lezer van de eerste tot de laatste bladzijde geboeid houdt. Met dit boek, haar grootste en belangrijkste werk, opent zij de poorten tot een van de meest geteisterde eeuwen in de geschiedenis - en biedt ons tevens een spiegel van onze eigen tijd. De periode, de hoofdpersoon, de gevaren De schepping van dit boek ontstond uit een verlangen om erachter te komen wat de uitwerking op de maatschappij was van de dodelijkste ramp in de geschreven geschiedenis — dat wil zeggen, van de Zwarte Dood in de periode 1348-1350, die naar schatting een derde deel van de bevolking tussen India en IJsland het leven kostte. Gezien de mogelijkheden van onze tijd ligt de reden voor mijn belangstelling voor de hand. Het antwoord bleek vaag omdat de 14de eeuw zo veel ‘vreemde en grote gevaren en tegenspoed’ onderging (om de woorden van een tijdgenoot te gebruiken) dat de wanorde niet kan worden herleid tot één oorzaak; het waren de afdrukken van de paardehoeven van meer dan de vier ruiters uit het visioen van Johannes, inmiddels zeven in getal — pest, oorlog, belastingen, roversbenden, wanbestuur, opstand en scheuring in de Kerk. Alles, met uitzondering van de pest zelf, kwam voort uit omstandigheden die al bestonden vóór de Zwarte Dood en dit bleef zo nadat de pest voorbij was. Hoewel mijn vraag aan het begin niet is beantwoord, was de periode zelf — een tijdperk van geweld, kwelling, verbijstering, leed en verbrokkeling en, naar vele mensen dachten, een tijd van een triomferende Satan — onweerstaanbaar belangwekkend en naar ik dacht troostgevend in een tijd waarin een zelfde wanorde heerst. Als onze laatste tien of twintig jaar met hun ineenstortende zekerheden een periode van ongewoon onbehagen is geweest, is het geruststellend te weten dat het menselijk ras ergere tijden te boven is gekomen. Vreemd genoeg zijn de ‘parallelle verschijnselen’ door een andere historicus toegepast op de beginjaren van deze eeuw. James Westfall vergeleek de naweeën van de Zwarte Dood met die van de Eerste Wereldoorlog en ontdekte dezelfde klachten: economische chaos, sociale onrust, hoge prijzen, woekerwinsten, verdorven moraal, gebrek aan produktie, industriële indolentie, bezeten vrolijkheid, ongeremde uitgaven, luxe, losbandigheid, sociale en religieuze hysterie, hebzucht, inhaligheid, wanbestuur, verval van goede manieren. ‘De geschiedenis herhaalt zichzelf nooit, de mens altijd,’ zei Voltaire. Thucydides maakte dit principe uiteraard tot de rechtvaardiging van zijn werk. De Zwitserse historicus J. C. L. S. de Sismondi vatte het als volgt samen: ‘De 14de eeuw was een slechte tijd voor de mensheid.’ Tot voor kort hadden de historici de neiging een afkeer van de eeuw te hebben en eraan voorbij te gaan omdat zij nict in te passen was in het patroon van de menselijke vooruitgang. Na de verschrikkelijke ervaring van de twintigste ecuw hebben wij meer gevoelens van verbondenheid met een tijd van radeloosheid, waarin de regels werden verbroken onder de druk van rampzalige en gewelddadige gebeurtenissen. Met een steek van pijn her kennen wij de kenmerken van ‘een periode van angst en pijn waarin men geen hoop op een zekere toekomst meer heeft’. Door de tussenliggende tijd van 600 jaar komen die karaktertrekken van de mens die werkelijk van betekenis zijn sterk naar voren. De mensen uit de middeleeuwen leefden onder omstandigheden die mentaal, moreel en fysick zo verschillen van de onze dat het bijna een vreemde bescha. ving was. Daarom kan men de eigenschappen die ons bekend voorkomen tegen een achtergrond die ons vreemd is als permanent in de menselijke natuur zien. Als men erop staat dat de geschiedenis ons iets dient te leren, dan is die les hier te vinden, zoals werd ontdekt door de Franse middel. eeuwenkenner Edouard Perroy toen hij tijdens de Tweede Wereldoorlog bezig was een boek te schrijven over de Honderdjarige Oorlog en tegelijkertijd trachtte de Gestapo te ontlopen. ‘Bepaalde gedragingen, bepaalde reacties tegen het noodlot, werpen een wederzijds licht op elkaar’, schreef hij. De vijftig jaar die volgden op de Zwarte Dood van 1348-1350 vormen het kernpunt van wat mij voorkomt als een logisch samenhangende historische periode die ongeveer loopt van 1300-1450 plus nog een paar jaar. Om de aandacht gericht te houden op een gebied dat goed is te overzien, heb ik het leven van een bepaald persoon gekozen als de spil van mijn verhaal. Afgezien van de menselijke interesse heeft dit het voordeel dat ik gedwongen ben mij aan de werkelijkheid te houden. Ik moet de omstandigheden en de volgorde van een werkelijk middeleeuws leven volgen, waar deze mij ook mogen leiden, en zij leiden, dunkt mij, tot een waarachtiger versie van de periode dan wanneer ik van mijn eigen schema gebruik had gemaakt. De persoon in kwestie is geen koning of koningin, omdat alles bij dergelijke personen ipso facto exceptioneel is en er bovendien al te veel gebruik van is gemaakt; ook geen persoon uit het gewone volk, omdat het leven van de gewone mensen in de meeste gevallen niet zo veelzijdig was als ik wel wilde; ook geen geestelijke of een heilige, omdat deze mijn bevattingsvermogen te boven gaan en ook geen vrouw, omdat elke middeleeuwse vrouw over wie voldoende documentatie beschikbaar was juist niet kenmerkend voor de tijd zou zijn. De keuze wordt op die manier beperkt tot een mannelijk persoon uit de Tweede Stand — dat wil zeggen, uit de adelstand — en is gevallen op Enguerrand vn van Coucy, de laatste telg uit een grootse dynastie en ‘de geroutineerdste en behendigste van alle ridders in Frankrijk’. Zijn leven, van 1340 tot 1397, viel samen met de periode waarom het mij te doen was en leek, vanaf de dood van zijn moeder tijdens de grote pestepidemie tot aan um eigen precies op tijd komende dood tijdens het hoogtepunt van het fiasco van deze eeuw, wel spectaal voor mijn doel ontworpen te zijn Poor tm huwelijk met de oudste dochter van de koning van Fngeland was un trouw verdeeld over twee landen die met elkaar in oorlog waren, hetgeen de reikwijdte en de belangrijkheid van zijn loopbaan nog groter maakte. Hij vervulde een rol en meestal een helangrijke, in elk publiek drama im zijn omgevang en zijn tijd en hij was zo verstandtg de beschermer van cen van de grootste kroniekschrijvers van die tijd te worden, namelijk van Jean Froissart, met het gevolg dat er meer over hem bekend is dan anders welheht het geval zou zijn geweest. Jammer genoeg heeft hij één tekortkomumng er bestaat geen authentiek portret van hem. Een voordeel voor mij. dat dit compenseert, is dat er, met uitzondering van een kort artikel dat in 1939 werd gepubliceerd, niets over hem in het Engels is geschreven en dat er ook geen formele betrouwbare biografie in het Frans bestaat behalve een proefschrift uit 1890 in de vorm van een manuscript. Ik vind het plezierig om mijn eigen weg te zoeken. Ik moet de lezer vragen geduld te oefenen bij de kennismaking met Coucy omdat men hem pas kan begrijpen tegen de achtergrond en de gebeurtenissen van zijn tijd, hetgeen de eerste zes hoofdstukken in beslag neemt. Engverrand (uitgesproken met een harde ‘g’) zette voor het eerst zijn stempel op de geschiedenis in 1358 toen hij achttien jaar oud was, hetgeen pas plaatsvindt in hoofdstuk 7. Ik kom nu tot de risico’s van de onderneming. Allereerst zijn er de onzekere en de tegengestelde gegevens met betrekking tot data, aantallen en harde feiten. Data mogen sommigen saai en schoolmeesterachtig voorkomen, maar zij zijn zeer belangrijk omdat zij de volgorde bepalen — wat voorafgaat en wat volgt — en daardoor tot een begrip van oorzaak en gevolg leiden. Jammer genoeg is het buitengewoon moeilijk om de middeleeuwse chronologie te bepalen. Het jaar werd geacht met Pasen te beginnen en daar dit kon vallen op verschillende data tussen 22 maart en 22 april, gaf men de voorkeur aan 25 maart als vaste datum. De overgang naar de ‘Nieuwe Stijl’ vond plaats in de 16de eeuw, maar werd tot in de 18de eeuw niet overal geaccepteerd, waardoor het een voortdurend raadsel blijft in welk jaar de gebeurtenissen in januari, februari en maart in de I4de eeuw thuishoren. De situatie wordt nog ingewikkelder door het gebruik van het regeringsjaar (beginnend bij de troonsbestijging van de koning) in officiële Engelse documenten en het gebruik van het pauselijk jaar in bepaalde andere gevallen. Bovendien dateerden kroniekschrijvers een gebeurtenis niet volgens de dagen van de maand, maar aan de hand van de religieuze kalender — zo spraken zij bijvoorbeeld over twee dagen voor de geboorte van de Heilige Maagd of de maandag na Driekoningen of de Dag van Johannes de Doper of de derde zondag in de Grote Vasten. Het gevolg is dat niet alleen de historicus maar ook de mensen uit de 14de eeuw zelf erdoor in de war raken en het zelden of nooit eens zijn over de datum van een bepaalde gebeurtenis.
Titel: De waanzinnige 14e eeuw
Auteur: Barbara Tuchman
ISBN: 9789010042378
Conditie: Beetje gebruikt
In dit fascinerende boek toont Barbara Tuchman, schrijfster van de inter| nationale bestsellers De kanonnen van augustus en De trotse toren, als in ‘een verre spiegel’ het Europa van zeshonderd jaar geleden, toen de wereld naar haar einde scheen te snellen. Dit is de eeuw waarin de pest, de ‘Zwarte Dood’, viermaal toesloeg en de bevolking tussen India en IJsland halveerde; waarin de Honderdjarige Oorlog tussen Engeland en Frankrijk werd gestreden, een epos van wreedheid en moed; waarin bandietenbenden Europa straffeloos terroriseerden; waarin de idealen van ridderlijkheid tanende waren en paus en tegenpaus elkaars volgelingen excommuniceerden. Het is echter ook de eeuw van Chaucer en Petrarca, de Decamerone, hoofse liefde en pikante verhalen, een tijd van rijkdom en bezieling als schrille tegenstelling tot de doodscultus, de zelfkastijding, de verdorvenheid en de wanhoop… Barbara Tuchman bezit bij uitstek de gave om feiten en gebeurtenissen te verwerken tot een intrigerend verhaal dat de lezer van de eerste tot de laatste bladzijde geboeid houdt. Met dit boek, haar grootste en belangrijkste werk, opent zij de poorten tot een van de meest geteisterde eeuwen in de geschiedenis - en biedt ons tevens een spiegel van onze eigen tijd. De periode, de hoofdpersoon, de gevaren De schepping van dit boek ontstond uit een verlangen om erachter te komen wat de uitwerking op de maatschappij was van de dodelijkste ramp in de geschreven geschiedenis — dat wil zeggen, van de Zwarte Dood in de periode 1348-1350, die naar schatting een derde deel van de bevolking tussen India en IJsland het leven kostte. Gezien de mogelijkheden van onze tijd ligt de reden voor mijn belangstelling voor de hand. Het antwoord bleek vaag omdat de 14de eeuw zo veel ‘vreemde en grote gevaren en tegenspoed’ onderging (om de woorden van een tijdgenoot te gebruiken) dat de wanorde niet kan worden herleid tot één oorzaak; het waren de afdrukken van de paardehoeven van meer dan de vier ruiters uit het visioen van Johannes, inmiddels zeven in getal — pest, oorlog, belastingen, roversbenden, wanbestuur, opstand en scheuring in de Kerk. Alles, met uitzondering van de pest zelf, kwam voort uit omstandigheden die al bestonden vóór de Zwarte Dood en dit bleef zo nadat de pest voorbij was. Hoewel mijn vraag aan het begin niet is beantwoord, was de periode zelf — een tijdperk van geweld, kwelling, verbijstering, leed en verbrokkeling en, naar vele mensen dachten, een tijd van een triomferende Satan — onweerstaanbaar belangwekkend en naar ik dacht troostgevend in een tijd waarin een zelfde wanorde heerst. Als onze laatste tien of twintig jaar met hun ineenstortende zekerheden een periode van ongewoon onbehagen is geweest, is het geruststellend te weten dat het menselijk ras ergere tijden te boven is gekomen. Vreemd genoeg zijn de ‘parallelle verschijnselen’ door een andere historicus toegepast op de beginjaren van deze eeuw. James Westfall vergeleek de naweeën van de Zwarte Dood met die van de Eerste Wereldoorlog en ontdekte dezelfde klachten: economische chaos, sociale onrust, hoge prijzen, woekerwinsten, verdorven moraal, gebrek aan produktie, industriële indolentie, bezeten vrolijkheid, ongeremde uitgaven, luxe, losbandigheid, sociale en religieuze hysterie, hebzucht, inhaligheid, wanbestuur, verval van goede manieren. ‘De geschiedenis herhaalt zichzelf nooit, de mens altijd,’ zei Voltaire. Thucydides maakte dit principe uiteraard tot de rechtvaardiging van zijn werk. De Zwitserse historicus J. C. L. S. de Sismondi vatte het als volgt samen: ‘De 14de eeuw was een slechte tijd voor de mensheid.’ Tot voor kort hadden de historici de neiging een afkeer van de eeuw te hebben en eraan voorbij te gaan omdat zij nict in te passen was in het patroon van de menselijke vooruitgang. Na de verschrikkelijke ervaring van de twintigste ecuw hebben wij meer gevoelens van verbondenheid met een tijd van radeloosheid, waarin de regels werden verbroken onder de druk van rampzalige en gewelddadige gebeurtenissen. Met een steek van pijn her kennen wij de kenmerken van ‘een periode van angst en pijn waarin men geen hoop op een zekere toekomst meer heeft’. Door de tussenliggende tijd van 600 jaar komen die karaktertrekken van de mens die werkelijk van betekenis zijn sterk naar voren. De mensen uit de middeleeuwen leefden onder omstandigheden die mentaal, moreel en fysick zo verschillen van de onze dat het bijna een vreemde bescha. ving was. Daarom kan men de eigenschappen die ons bekend voorkomen tegen een achtergrond die ons vreemd is als permanent in de menselijke natuur zien. Als men erop staat dat de geschiedenis ons iets dient te leren, dan is die les hier te vinden, zoals werd ontdekt door de Franse middel. eeuwenkenner Edouard Perroy toen hij tijdens de Tweede Wereldoorlog bezig was een boek te schrijven over de Honderdjarige Oorlog en tegelijkertijd trachtte de Gestapo te ontlopen. ‘Bepaalde gedragingen, bepaalde reacties tegen het noodlot, werpen een wederzijds licht op elkaar’, schreef hij. De vijftig jaar die volgden op de Zwarte Dood van 1348-1350 vormen het kernpunt van wat mij voorkomt als een logisch samenhangende historische periode die ongeveer loopt van 1300-1450 plus nog een paar jaar. Om de aandacht gericht te houden op een gebied dat goed is te overzien, heb ik het leven van een bepaald persoon gekozen als de spil van mijn verhaal. Afgezien van de menselijke interesse heeft dit het voordeel dat ik gedwongen ben mij aan de werkelijkheid te houden. Ik moet de omstandigheden en de volgorde van een werkelijk middeleeuws leven volgen, waar deze mij ook mogen leiden, en zij leiden, dunkt mij, tot een waarachtiger versie van de periode dan wanneer ik van mijn eigen schema gebruik had gemaakt. De persoon in kwestie is geen koning of koningin, omdat alles bij dergelijke personen ipso facto exceptioneel is en er bovendien al te veel gebruik van is gemaakt; ook geen persoon uit het gewone volk, omdat het leven van de gewone mensen in de meeste gevallen niet zo veelzijdig was als ik wel wilde; ook geen geestelijke of een heilige, omdat deze mijn bevattingsvermogen te boven gaan en ook geen vrouw, omdat elke middeleeuwse vrouw over wie voldoende documentatie beschikbaar was juist niet kenmerkend voor de tijd zou zijn. De keuze wordt op die manier beperkt tot een mannelijk persoon uit de Tweede Stand — dat wil zeggen, uit de adelstand — en is gevallen op Enguerrand vn van Coucy, de laatste telg uit een grootse dynastie en ‘de geroutineerdste en behendigste van alle ridders in Frankrijk’. Zijn leven, van 1340 tot 1397, viel samen met de periode waarom het mij te doen was en leek, vanaf de dood van zijn moeder tijdens de grote pestepidemie tot aan um eigen precies op tijd komende dood tijdens het hoogtepunt van het fiasco van deze eeuw, wel spectaal voor mijn doel ontworpen te zijn Poor tm huwelijk met de oudste dochter van de koning van Fngeland was un trouw verdeeld over twee landen die met elkaar in oorlog waren, hetgeen de reikwijdte en de belangrijkheid van zijn loopbaan nog groter maakte. Hij vervulde een rol en meestal een helangrijke, in elk publiek drama im zijn omgevang en zijn tijd en hij was zo verstandtg de beschermer van cen van de grootste kroniekschrijvers van die tijd te worden, namelijk van Jean Froissart, met het gevolg dat er meer over hem bekend is dan anders welheht het geval zou zijn geweest. Jammer genoeg heeft hij één tekortkomumng er bestaat geen authentiek portret van hem. Een voordeel voor mij. dat dit compenseert, is dat er, met uitzondering van een kort artikel dat in 1939 werd gepubliceerd, niets over hem in het Engels is geschreven en dat er ook geen formele betrouwbare biografie in het Frans bestaat behalve een proefschrift uit 1890 in de vorm van een manuscript. Ik vind het plezierig om mijn eigen weg te zoeken. Ik moet de lezer vragen geduld te oefenen bij de kennismaking met Coucy omdat men hem pas kan begrijpen tegen de achtergrond en de gebeurtenissen van zijn tijd, hetgeen de eerste zes hoofdstukken in beslag neemt. Engverrand (uitgesproken met een harde ‘g’) zette voor het eerst zijn stempel op de geschiedenis in 1358 toen hij achttien jaar oud was, hetgeen pas plaatsvindt in hoofdstuk 7. Ik kom nu tot de risico’s van de onderneming. Allereerst zijn er de onzekere en de tegengestelde gegevens met betrekking tot data, aantallen en harde feiten. Data mogen sommigen saai en schoolmeesterachtig voorkomen, maar zij zijn zeer belangrijk omdat zij de volgorde bepalen — wat voorafgaat en wat volgt — en daardoor tot een begrip van oorzaak en gevolg leiden. Jammer genoeg is het buitengewoon moeilijk om de middeleeuwse chronologie te bepalen. Het jaar werd geacht met Pasen te beginnen en daar dit kon vallen op verschillende data tussen 22 maart en 22 april, gaf men de voorkeur aan 25 maart als vaste datum. De overgang naar de ‘Nieuwe Stijl’ vond plaats in de 16de eeuw, maar werd tot in de 18de eeuw niet overal geaccepteerd, waardoor het een voortdurend raadsel blijft in welk jaar de gebeurtenissen in januari, februari en maart in de I4de eeuw thuishoren. De situatie wordt nog ingewikkelder door het gebruik van het regeringsjaar (beginnend bij de troonsbestijging van de koning) in officiële Engelse documenten en het gebruik van het pauselijk jaar in bepaalde andere gevallen. Bovendien dateerden kroniekschrijvers een gebeurtenis niet volgens de dagen van de maand, maar aan de hand van de religieuze kalender — zo spraken zij bijvoorbeeld over twee dagen voor de geboorte van de Heilige Maagd of de maandag na Driekoningen of de Dag van Johannes de Doper of de derde zondag in de Grote Vasten. Het gevolg is dat niet alleen de historicus maar ook de mensen uit de 14de eeuw zelf erdoor in de war raken en het zelden of nooit eens zijn over de datum van een bepaalde gebeurtenis.
Waarom je bij BoekenBalie moet zijn voor al je tweedehands boeken:
- Bestel je voor 15:00 uur? Dan vliegt het dezelfde dag nog jouw kant op!
- Meer dan 400.000 tweedehands boeken om uit te kiezen
- We checken alle boeken eigenhandig
- Vanaf 40 euro of bij 4 boeken is de verzending op onze rekening
- 30 dagen retourgarantie
Website
boekenbalie.nlZoekertjesnummer: a148119191
Populaire zoektermen
Overige Boeken Boekenrijke in Overige Boekenboeken in Overige Boekenbookseat in Overige Boekenartis historia boeken in Overige Boekensnoeck in Overige Boekende western in Overige Boekencharlie mackesy in Overige Boekenbart van loo in Overige Boekenvader zoon in Overige Boekencantecleer in Overige Boekeneeklo in Overige Boekengesigneerd in Overige Boekenharelbeke in Overige Boekenoekraine in Overige Boekenboek lara in Overige Boekenernest claes in Overige Boekende waanzinnige boomhutbarbara tuchman in Boekenjukebox elvisjetons in Verzamelenbureaustoel in Curiosa en Brocantefallout 76ps2 pink in Games, Spelcomputers