Boek : "Groot handboek kooktechnieken van A tot Z".

In dit lijvige handboek vindt u meer dan 1200 werkwijzen die stap voor stap worden beschreven aan de hand van duidelijke foto's.

De technieken voor de voorbereiding en verwerking van de ingredienten zijn ondergebracht in verschillende hoofdstukken van A tot Z : groenten, fruit, eieren en zuivelproducten, vis en zeevruchten, vlees, gevogelte en wild, pasta en granen, kruiden en specerijen.

Zo leest u onder andere hoe u artisjokken bereidt, hoe u de pities uit een granaatappel verwijdert, zalm fileert, oesters openmaakt en een wildbout lardeert...

Bovendien bevat dit handboek een extra hoofdstuk waarin de bereiding van de belangrijkste fonds en sauzen wordt besproken kortom, een keukenbijbel voor alle liefhebbers van de kookkunst!

Inhoud : groenten :
Van aardappelen tot witlof aardappelen gebakken aardappelen van rauwe aardappelen.
Rauwe aardappelen bakken.
Aardappelen schillen en snijden.
Aardappelpuree.
Aardpeer : voorbereiden.
Artisjokken bodems voorbereiden.
Grote, voorbereiden om te vullen.
Jonge, in hun geheel klaarmaken.
Asperges, groene aspergerisotto.
Asperges schoonmaken.
Asperges, witte schillen en koken.
Aspergeschillen koken.
Aubergines voorbereiden om te bakken.
Voorbereiden om te vullen.
Avocado : voorbereiden.
Bleekselderie : voorbereiden.
Bloemkool : in stukken verdelen.
Broccoli : voorbereiden.
Chayote : voorbereiden.
Chinese kool : voorbereiden en snijden.
Courgette : voorbereiden.
Dopererwten : doppen.
Groene en zwarte kool : voorbereiden.
Groenten : in stukjes en plakjes snijden.
Julienne snijden.
Chiffonade snijden.
Tourneren.
Kardoen : voorbereiden en klaarmaken.
Knolselderie : voorbereiden.
Komkommer : snijden en schillen.
Kool : voorbereiden.
Basisrecept koolrolletjes.
Koolbladeren als omhulsel.
Koolrabi : voorbereiden.
Lente-uitjes : schoonmaken, snijden.
Mais : kolven bereiden.
Korrels van de kolf snijden.
Popcorn maken.
Morieljes : groenteragout met morieljes.
Oesterzwammen : voorbereiden.
Okra : voorbereiden en koken.
Paddestoelen, gedroogde : voorbereiden kleingesneden en hele.
Paddestoelen, verse : voorbereiden.
Paprika : pellen.
Zaadjes verwijderen.
Gevulde paprika's.
Peulvruchten : bonen, erwten, linzen bonen inweken.
Erwten, linzen, kikkerwten bereiden.
Pompoen en patisson : voorbereiden en vullen (patissons).
Prei : voorbereiden in zijn geheel en voorbereiden, in ringen.
Radiccho : voorbereiden.
Rettich (witte rammenas) : schoonmaken.
Rode biet : koken en schillen.
Rode kool : rodekoolgerecht.
Schorseneren : voorbereiden.
Sla : kropsla wassen.
Sla : ijsbergsla voorbereiden.
Andijvie : voorbereiden.
Snijbiet : voorbereiden.
Sperziebonen : schoonmaken.
Spînazie : blandheren.
Spruitgroenten (gekiemde bonen en zaden) bonen en zaden laten ontkiemen in een weckpot.
Bonen en zaden laten ontkiemen in een kiempot.
Spruitjes : voorbereiden.
Tomaten : klein snijden een ontvellen.
Truffels : gebruiken voor het verfijnen van gerechten.
Tuinbonen : doppen.
Uien : in ringen snijden en kleinsnijden.
Uien glaceren.
Veldsla : voorbereiden.
Venkel : voorbereiden.
Witlof : voorbereiden, smoren.
Fruit en noten : van aalbessen tot vijgen.
Aalbessen : gelei maken (zonder sapcentrifuge).
Aardbeien : voorbereiden.
Amandelen : ontvellen en fijnhakken.
Ananas : schillen en boontjes snijden.
Appel : schillen en voorbereiden.
Appelmoes. Drogen.
Cactusvijg : schillen.
Carambola : voorbereiden en klaarmaken.
Citrusvruchten : schillen, fileren.
Dunne reepjes schil trekken.
Dadels : vullen.
Druiven : ontvellen, ontpitten.
Frambozen : invriezen en siroop maken.
Fruit : jam maken. Inmaken in de oven.
Inmaken in een pan. Snijden.
Granaatappel : uitpersen en pitjes losmaken.
Hazelnoten : roosteren en ontvellen.
Jackfruit : voorbereiden.
Kastanjes : poffen.
Kiwi : voorbereiden.
Kokosnoot : openmaken.
Kokosmelk maken.
Kweepeer : voorbereiden.
Kwetsen : kwetsen ingelegd in wijn.
Lychees : schillen.
Mango : vruchtvlees losmaken.
Serveren.
Meloen : uithollen en balletjes uitsteken.
Noten : fijnhakken.
Papaja : voorbereiden.
Peer : in waaiers snijden. Vullen (halve peren).
Perzik : ontvellen en ontpitten.
Pruimen : moes maken.
Rabarber : voorbereiden.
Rozenbottel : ontpitten.
Sorbet : maken met de machine.
Maken met de hand.
Vijgen : schillen en in stukken verdelen.
Eieren, melk en kaas : van boter tot verse kaas.
Boter : klaren, in stukken verdelen.
Kruidenboter maken : kerrieboter.
Eieren : versheidstest.
Koken en mate van gaarheid.
Omelet maken.
Pocheren.
Roerei met kaas.
Spiegelei.
Eiblokjes voor in de bouillon.
Roomijs.
Eierensplitsen.
Eierdooier : met eierdooier binden.
Perzikparfait.
Eiwit : eiwit kloppen.
Kaas : snijden, fijn.
Snijden grof.
Smelten.
Raspen.
Room : kloppen.
Soufflé : kaassoufflé maken.
Zoete soufflé maken.
Tofoe : voorbereiden, bakken.
Verse kaas : zelf maken.
Vis : van ansjovis tot zeetong.
Ansjovis : fileren.
Forel : rond opbinden.
Karper : spltsen.
Paling : villen (1ste methode).
Villen (2de methode).
Slijm verwijderen.
Platvis : moten snijden.
Fileren. Voorbereiden om te serveren.
Rog : vleugels fileren.
Stokvis : voorbereiden.
Vis : versheidstest.
Schoonmaken via de buik.
Schoonmaken via de rug.
Schoonmaken via de kieuwen.
Glaceren. Fileren. Garen, in een jasje van zout.
Garen in aluminiumfolie.
Garen in braadfolie.
Garen in papier.
Gare rondvis presenteren.
Paneren.
Zalm : moten snijden.
Fileren.
Gerookte zalm voorbereiden.
Gemarineerde zalm.
Zeetong : fileren.
Zeevruchten : van garnalen tot zeeslakken.
Garnalen, gekookte : pellen.
Garnalen, rauwe : pellen. In vlindervorm snijden.
Inktvis : inkt eruit halen.
Voorbereiden.
Krab : openbreken.
Kreeft, gekookt : staartvlees losmaken. In stukken verdelen.
Langoest : staartvlees losmaken. In stukken verdelen om te serveren.
Gegratineerde langoest.
Langoustine : openbreken.
Mosselen : schoonmaken. Stomen.
Octopus : voorbereiden.
Oesters : openmaken.
Gegratineerde oesters.
Oestersalade met spinazie.
Oesters serveren.
Pijlinktvis : voorbereiden.
Schelpdieren : openmaken en losmaken.
Sint-Jakobsschelpen : openmaken.
Gegratineerde Sint-Jakobsschelpen.
Zeeslakken : serveren.
Vlees : van biefstuk tot zwoerd.
Biefstuk : bakken en braden - mate van gaarheid.
Carpaccio : basisrecept.
Gehakt : door de molen draaien.
Hamburgers maken.
Lam : lamsbout uitbenen, binden.
Gebraden lamsbout in plakken snijden.
Lamskoteletten.
Lamskoteletten met kruiden.
Lamskoteletten met citroen.
Lever : voorbereiden.
Nieren : voorbereiden.
Ossenstaart : heldere ossenstaartsoep maken.
Rollade : vastbinden.
Runderfilet : in stukken snijden.
Runderrollade : rollade maken.
Rollades vullen en oprollen.
Schnitzel : plat slaan.
Paneren.
Spareribs : bereiden.
Spek : uitbakken.
Vlees : pareren, snijden, larderen met knoflook, larderen met spek, dichtnaaien.
Barderen met reepjes spek.
Barderen, met plakjes spek.
Bakken/braden in de koekenpan.
Bakken, in de wok.
Braden in braadfolie.
Marineren.
Gaartest.
Zwezerik : voorbereiden en klaarmaken.
Zwoerd : insnijden.
Gevogelte en wild : van eend tot reerug.
Eend : vullen en dresseren.
Eendenborst : voorbereiden en klaarmaken.
Gans : trancheren.
Gevogelte :
Ontdooien, ingewanden verwijderen, voorbereiden, en crapaudine, vullen, vullen na het uitbenen, vullen onder het vel.
Braden in de oven.
Haas : in stukken snijden.
Hazenrug : larderen.
Hertenrug : gebraden hertenrug, trancheren.
Kip : dresseren, met touw. Kippenbouillon maken.
Rauw, in stukken snijden.
Soepkip bereiden.
Soepkip in stukken snijden.
Snijden, filet.
Kippenborst : snijden, filet met vleugelbot.
Snijden, dubbele filet.
Konijn : voorbereiden en in stukken snijden.
Konijnenrug : uitbenen.
Parelhoen : gebraden, trancheren.
Reerug : uitbenen.
Voorbereiden om te bakken/ braden.
Wildbout : uitbenen. Larderen met gekruid spek. Garen (kerntempearatuur).
Wildmedaillons : reemedaillons klaarmaken.
Wildsteelkoteletten : voorbereiden.
Pasta & garnalen : van aardappelballetjes tot wontons.
Aardappelballetjes : aardappelballetjes maken.
Gevulde aardappelballetjes aardappelnoedels : maken.
Cannelloni : vullen en bakken.
Deegtasjes (pastakussentjes) : maken.
Gnocchi : maken. Bereiden.
Gries : koken. Bouillon met griesmeelballetjes.
Knapperbolletjes : maken.
Knoedels : broodknoedels maken.
Servetknoedels maken.
Pannekoeken : beslag maken.
Pannenkoekensoep.
Pasta : koken.
Pastadeeg : eierpastadeeg maken.
Gekleurd pastadeeg maken.
Pasta van rode biet.
Saffraanpasta.
Zwarte pasta.
Pasta met kruidenblaadjes maken.
Pasta met kruiden maken.
Volkorenpasta maken.
Uitrollen.
Farfalle vormen.
Fusilli vormen.
Snijden.
Pizzadeeg : calzone bereiden.
Maken en verwerken.
Polenta : maken. Verder verwerken.
Ravioli : basisrecept. Maken.
Rijst : koken. Stomen.
Risotto bereiden.
Dessertrijst. Serveren in vorm.
Tomatenrijstballetjes.
Spätzle : deeg maken.
Bereiden : geschraapt.
Bereiden : geperst.
Bereiden : geschaafd.
Sushi : futomaki sushi maken.
Nigiri sushi maken.
Tortellini : maken.
Wontons : maken.
Kruiden en specerijen : van chilipeper tot vanille.
Verse chilipepers : voorbereiden.
Gedroogde chilipepers : voorbereiden.
Citroengras : voorbereiden.
Gember : voorbereiden.
Knoflook : voorbereiden en kleinmaken.
Kruiden : wassen, kleinmaken, bewaren, inmaken, drogen.
Kruidenazijn, kruidenolie.
Kruidenboter : maken.
Kruidentuiltjes.
Mieriekswortel : mierikswortelsaus, mieriekswortel raspen.
Nootmuskaat : noot en zaadrok gebruiken.
Olijven : pitten verwijderen.
Olijvenpasta maken.
Rozemarijn : gebruiken.
Saffraan : gebruiken.
Specerijen : fijnmaken.
Specerijenpasta : gele currypasta, rode currypasta, kruidenpasta's.
Specerijenpoeder : droge specerijenmengsels.
Specerijen roosteren.
Garam masala.
Chat masala.
Indiaans kerriepoeder.
Tamarinde : inweken.
Tijm : gebruiken.
Vanille : vanillesuiker maken, vanillestokje verwerken.
Sauzen : van groentefond tot chocoladesaus.
Groentefond.
Visfond.
Kalfsfond.
Donkere runderfond.
Gevogeltefond.
Bechamel hollandaise.
Bearnaisesaus.
Velouté en groentesaus.
Mayonaise en remoulade.
Aïoli en rouille.
Mierikswortelsaus.
Notensaus.
Pesto en salsa verde.
Guacomole en pindasaus.
Tzatziki en groene saus.
Vinaigrette en dressing.
Gehaktsaus.
Tomatensaus.
Kaassaus.
Kerrie en mosterdsaus.
Kruidensauzen : dragonsaus, dillesaus.
Sauzen met fruitaroma.
Roomsauzen.
.Vruchtensauzen.
Vanillesaus en sabayon.
Chocoladesaus en karamelsaus.
Algemene informatie : van bloem gebruiken tot worst bakken.
Groente, vis en vlees wentelen in bloem.
Gaarmethoden : bakken in de oven.
Braden in de oven.
Bakken/braden in een koekenpan.
Garen in de hogedrukpan.
Gaarmethoden : stoven, grote stukken frituren, kleinere stukken, frituren, grillen, pocheren, au bain-marie.
Garnering : bloemen van fruit of groenten.
Waaiers van groente of fruit.
Bloemknoppen van groente of fruit.
Fruitballetjes en -plakjes.
Met sauzen : gespoten met een spuitzak.
Met sauzen : getrokken : net, blad.
Met sauzen : gespoten doseerflesje.
Geleermiddelen : gelatine voorbereiden, agar agar gebruiken, basisrecept panna cotta, gelatine oplossen.
Karamelsiroop : maken.
Kookgerei : om te frituren, zeven, om te roeren, scheppen, draaien, om te snijden, om te snijden : speciaal gereedschap.
Kookpannen : om te koken, braden, bakken.
Mengen : verschillende manieren.
Paneren : met bloem en ei.
Met bloem, ei en paneermeel (vis en kip).
Groentepanering.
Kruidenpanering.
Pudding : stoompudding maken.
Chocoladepudding maken.
Pureren : verschillende manieren.
Roken : in de wok.
Gerookte eend met groenten.
Terrrine van gerookte forel.
Suikersiroop maken.
Vormen : voorbereiden, bekleden met gelatine.
Wok : stomen in de wok.
Verzorgen van de wok.
Bakken in de wok : roerbakken.
Worst : garen.

Dit boek is uitgegeven in 2006 en is in prima staat. Geen losse pagina's, geen plooien in pagina's, niets in geschreven. Rug in prima staat.
Hardcover.

Afmetingen : lengte : 22.2 cm, breedte : 17 cm en dikte : 3.4 cm. Gewicht : 1246 gram. Aantal pagina's : 480.

Dit boek werd meer dan een week geleden, verpakt in een plastic zak om een eventuele toekomstige besmetting door het corona virus te voorkomen. Het corona virus overleeft maximaal 3 tot 4 dagen op papier of karton. Deze verpakking wordt niet meer geopend. U ontvangt het boek alzo verpakt. Samen bestrijden we corona.

Verzendingskosten ten laste van de koper en deze bedragen minimum 6.00 euro voor verzending naar uw thuisadres in België. Verzending naar een afhaalpunt is ook mogelijk en kost minimum 5.00 euro. Goederen reizen op risico van de koper.

Aangekochte goederen kunnen niet meer afgehaald worden, enkel verzenden.