Een cowboy staat bekend om zijn vaardigheid in het hoeden van vee, vooral op een paard. Ze zijn vaak erg handig met lasso's en hebben veel kennis van dieren en hun gedrag. Daarnaast zijn ze doorgaans onafhankelijk, avontuurlijk en hebben ze een sterke verbinding met de natuur. Het leven van een cowboy is vaak uitdagend, maar ook vol vrijheid.
De cowboycultuur heeft zijn oorsprong in de veeteelt, met invloeden van verschillende culturen, zoals de Spaanse vaqueros en Duitse immigranten. In de 19e eeuw, vooral na de Amerikaanse Burgeroorlog, kregen cowboys een romantische status door populaire boeken en films, waardoor ze een symbool werden van vrijheid en avontuur. Deze mythologisering blijft voortleven in moderne media.
Enkele populaire cowboyverhalen zijn 'Lonesome Dove' van Larry McMurtry en 'The Virginian' van Owen Wister. Deze boeken schilderen een levendig beeld van het leven van cowboys en hebben bijgedragen aan de opbouw van de cowboymythe. Andere verhalen zijn vaak te vinden in stripboeken en films, die de spannende avonturen van cowboys in de wildernis verkennen.
De moderne cowboy is vaak minder romantisch dan zijn traditionele tegenhanger. Waar traditionele cowboys vooral actief waren in de veeteelt in de open lucht, zijn moderne cowboys vaak meer betrokken bij agrarische technologie en duurzaamheidspraktijken. Ondanks de veranderingen in methoden en technologie blijft de liefde voor het buitenleven en het hoeden van dieren centraal staan in hun leven.
De dagelijkse taken van een cowboy kunnen variëren, maar ze omvatten vaak het hoeden van vee, het onderhouden van apparatuur, en het repareren van omheiningen. Ze kunnen ook betrokken zijn bij het begeleiden van vee naar markten of verzamelen van informatie over de gezondheid van de dieren. Daarnaast houdt een cowboy zich bezig met het verzorgen van de paarden, die essentieel zijn voor hun werk.