Etymologisch Woordenboek|Aula,Jan de Vries

€ 4,50
Ophalen of Verzenden
Verzenden voor € 4,94
850sinds 16 jul. '24, 17:47
Deel via
of

Kenmerken

ConditieGelezen
UitgeverOverige uitgevers
Jaar (oorspr.)1958
Auteurzie beschrijving

Beschrijving

||boek: Etymologisch Woordenboek|Waar komen onze woorden en plaatsnamen vandaan|AULA

||door: Aula, Jan de Vries

||taal: nl
||jaar: 1958
||druk: ?
||pag.: 293p
||opm.: pocket|gelezen|p1 aantekening

||isbn: N/A
||code: 1:001290

--- Over het boek (foto 1): Etymologisch Woordenboek ---

Waar komen onze woorden vandaan? Heeft 'leeuwerik' iets met 'leeuw' te maken? Hoe komen we aan woorden als 'paard' en 'andijvie'?

Op zoek naar een antwoord op deze vragen kunnen we in dit woordenboek interessante ontdekkingen doen.

Soms moeten we teruggaan naar een periode toen er van de thans bekende Europese talen eigenlijk nog geen sprake was; dan weer zijn het de Romeinen die met hun cultuur ook hun woordenschat naar ons land brachten. En ook in de tijd daarna heeft het Nederlands zich maar al te vaak woorden uit andere talen toegeëigend.

Dit etymologisch woordenboek laat zien hoe onze taal in de loop der tijden gegroeid is, hoe ook zij haar geschiedenis heeft. Een boek dat boeit, ook letterlijk, van A tot Z.

[bron: https--www.goodreads.com]

Boekaankondiging

Een van de weinige momenten waarop een historisch taalkundige zich 'maatschappelijk relevant' voelt, is wanneer hij vragen kan beantwoorden over de herkomst van woorden. Hiervoor bestaat in brede kring een levendige belangstelling. Het antwoord op dergelijke vragen is, als het te geven is, te vinden in een etymologisch woordenboek. Voor onze taal is het meest recente standaardwerk het Nederlands Etymologisch Woordenboek (1971) van J. de Vries. Dit boek is echter niet gemakkelijk te raadplegen, enerzijds omdat het nogal wat kennis van oudere taalveranderingen vooronderstelt (in welke leemte het 2de-jaarscollege 'diachronie' uitkomst kan bieden), anderzijds omdat de kostprijs (ruim f 200,-) het direct bij de hand hebben belemmert.

Reeds in 1958 heeft J. de Vries een beknopte uitgave voor de Aula-reeks verzorgd. Van deze pocket is onlangs de 13de (!) druk verschenen, bewerkt door F. de Tollenaere. In één opzicht overtreft deze druk zijn 'grote broer': voor het eerst wordt bij de woorden die pas na het Middelnederlands in onze taal opduiken het jaartal van de oudst bekende vindplaats opgegeven, gebaseerd op het woordmateriaal van het Woordenboek der Nederlandsche Taal. Daarmee kunnen Neerlandici op bruiloften en partijen nog meer succes boeken: niet alleen de herkomst maar ook de vermoedelijke ouderdom van onze woorden!

Het is een boekje waarin je niet uitgesnuffeld raakt: ik heb een willekeurige bladzijde opgeslagen, en die levert de volgende, soms verrassende, informatie: soep (1754, uit het Frans), sof (1904, Hebreeuws), solderen (1778), somber (1642), soms (1777), sorbet (1698), spant (1659), spar (de boom: 1714).

De prijs kan geen bezwaar zijn. Voor tien gulden word je de eigenaar en je krijgt nog een dubbeltje terug.

Ik heb, geheel onbaatzuchtig, reclame gemaakt voor: J. de VRIES/ F. de TOLLENAERE, Etymologisch woordenboek. (Aula pocket nummer 6, 1983).

J.Ph. van Oostrom [bron: https--www.dbnl.org/tekst/_voo013198301_01/_voo013198301_01_0043.php]

Het Nederlands kent tal van vreemde woorden die via allerlei omzwervingen in onze taal terecht zijn gekomen. Bij sommige van die woorden is de herkomst nog duidelijk te zien, andere woorden zijn in de loop van de tijd zo veranderd dat hun herkomst in de vergetelheid is geraakt. Ook inheemse woorden hebben vaak zulke veranderingen ondergaan dat wij geen verband meer leggen met de oorspronkelijke betekenis.

[bron: https--www.bol.com]

--- Over (foto 2): Aula ---

De Aula-reeks is een populair-wetenschappelijke boekenreeks die in 1957 werd gestart door Uitgeverij Het Spectrum in Utrecht als wetenschappelijkere versie van de Prisma Pockets naar het voorbeeld van de Engelse Pelican Books. De reeks omvatte ruim 700 pockets over mens- en natuurwetenschappen, kunst en filosofie.

Het betreft de volgende uitgaven:

...

[bron: wikipedia]

--- Over (foto 3): Jan de Vries ---

Jan Pieter Marie Laurens de Vries (Amsterdam, 11 februari 1890 - Utrecht, 23 juli 1964) was een Nederlands germanist en volkskundige.

Jan de Vries was een zoon van hoofdonderwijzer Laurens de Vries en Anthonetta Christina Vermast. Op 19 oktober 1915 huwde hij met Maria Machteld Vogel. Uit dit huwelijk werden een zoon en twee dochters geboren. Van 1926 tot 1946 was hij hoogleraar aan de Rijksuniversiteit Leiden. Deze positie verloor hij vanwege zijn collaboratie met de Duitse bezetter gedurende de Tweede Wereldoorlog. Hij was geen lid van de NSB, maar gaf in radiolezingen en in publicaties duidelijk te kennen dat hij sympathiseerde met het nationaalsocialisme. De Vries was onder meer lid van de Nederlandsche Kultuurraad, vicepresident van de Nederlandse Kultuurkamer en begunstiger van de Germaansche SS. In september 1944 (Dolle Dinsdag) vluchtte hij met zijn gezin naar Leipzig in Duitsland. Van oktober 1946 tot juni 1948 bracht hij in gevangenschap door, onder meer in Kamp Vught. Hij werd uitgesloten van actief en passief kiesrecht. Van 1948 tot 1955 was De Vries vervolgens leraar Nederlands in Oostburg, Zeeuws-Vlaanderen. Een opgelegd publicatieverbod ontweek hij door zijn boeken in West-Duitsland te publiceren.

Zijn bijzondere belangstelling ging uit naar Germaanse mythologie, etymologie en volksetymologie en plaatsnaamkunde.

In de jaren 1930 verdiepte hij zich in de volkskunde, waar hij zich afzette tegen de dominante visie van de Nijmeegse hoogleraar Jos. Schrijnen. Tegenover diens streven om met de "Commissie voor Volkskunde" een volkskunde-atlas te ontwikkelen, richtte De Vries een alternatieve Inter-Academische Commissie op met een gelijkluidend doel. Door de dood van Schrijnen kwam aan de controverse een einde: Jan de Vries werd benoemd tot zijn opvolger als voorzitter van de Commissie voor Volkskunde.

Van 1932 tot 1938 werd onder zijn leiding de vijfde editie van de Grote Winkler Prins Encyclopedie uitgebracht.

De Vries is in bredere kring bekend geworden met zijn Etymologisch Woordenboek (1958), dat overigens slechts een voorzet was tot het grote Nederlands etymologisch woordenboek, dat vanaf 1963 tot 1971 in afleveringen verscheen en waaraan hij in zijn laatste jaren werkte. Het werd na zijn overlijden voltooid door F. de Tollenaere naar aantekeningen die De Vries had nagelaten.

Bibliografie

Een selectie uit zijn publicaties:

  • Studiën over Faerösche Balladen. Amsterdam 1915; Heidelberg 1922. (Diss.)
  • De Wikingen in de lage landen bij de zee. Haarlem 1923.
  • Henrik Ibsen, Zes Voordrachten. Maastricht 1924.
  • Het Sprookje. Opstellen. Zutphen 1929.
  • De Germaansche Oudheid. Haarlem 1930. (Later bewerkt tot: De Germanen. Haarlem 1941.)
  • Contributions to the study of Othin especially in his relation to agricultural practices in modern popular lore. FFC 94. Helsinki 1931.
  • The problem of Loki. FFC 110, Helsinki 1933.
  • Altgermanische Religionsgeschichte I. (Grundriß der german. Philol. 12,1), Berlin-Leipzig 1935 (2e ed. 1956).
  • Wulfilae Codices Ambrosiani Rescripti, Epistularum Evangelicarum Textum Goticum Exhibentes. Phototypice editi et prooemio instructi a Jano de Vries. Bibliothecae Ambrosianae Codices quam simillime expressi. Turijn 1936. (3 dln.)
  • Altgermanische Religionsgeschichte II. (Grundriß der german. Philol. 12,2), Berlin-Leipzig 1937 (2e ed. 1957).
  • Edda. Vertaald en van inleidingen voorzien. Amsterdam 1938. (Herziene herdrukken in 1942, 1943, 1944, 1952, 1978, 1980, 1988).
  • De Wetenschap der Volkskunde. (Hoekstenen onzer Volkskultuur 1). Amsterdam 1941.
  • Altnordische Literaturgeschichte I. (Grundriß der german. Philol. 15), Berlin-Leipzig 1941 (2e ed. 1964).
  • Altnordische Literaturgeschichte II. (Grundriß der german. Philol. 16). Berlin 1942 (2e herz. ed. 1967).
  • Die geistige Welt der Germanen. Halle a.d. Saale 1943. (2e ed. 1945, 3e ed. Darmstadt 1964).
  • De Goden der Germanen. Amsterdam 1944.
  • Het Nibelungenlied, I Sigfried, de held van Nederland, II Kriemhilds wraak. Vertaald en ingeleid door -. Antwerpen 1954.
  • Etymologisch Woordenboek. Waar komen onze woorden en plaatsnamen vandaan? Utrecht-Antwerpen 1958, herz. 2e ed. 1959, 11e ed. (met Piet Tummers) 1976, 23e ed. 2004.
  • Heldenlied en heldensage. Utrecht-Antwerpen, 1959. (Engelse vertaling: Heroic Song and Heroic Legend. Oxford 1963.)
  • Kelten und Germanen. (Bibliotheca Germanica 9). Bern 1960.
  • Altnordisches etymologisches Wörterbuch. Leiden 1961 (2e ed. 1963).
  • Keltische Religion. (Die Religionen der Menschheit 18). Stuttgart 1961.
  • Godsdienstgeschiedenis in vogelvlucht. Utrecht-Antwerpen 1961.
  • Forschungsgeschichte der Mythologie. (Orbis Academicus I, 7). Freiburg 1961.
  • Woordenboek der Noord- en Zuid-Nederlandse plaatsnamen. Utrecht-Antwerpen 1962.

Literatuur

  • Gerrold P. van der Stroom, 'Vries, Jan Pieter Marie Laurens de'. Lexicon Grammaticorum. A Bio-Bibliographical Companion to the History of Linguistics. Second edition, revised and enlarged. Ed. by Harro Stammerjohann e.a. Tübingen: Niemeyer 2009, 1597-1598.
  • Gerrold P. van der Stroom,met medew. van René Kruis, 'Sicherheitsdienst aan Germanisches Forschungsinstitut in den Niederlanden: Jac. van Ginneken "deutschfeindlich" '. Voortgang. Jaarboek voor de neerlandistiek 26 (2008), 325-363.
  • Willem Hofstee, 'The essence of concrete individuality. Gerardus van der Leeuw, Jan de Vries, and National Socialism'. The study of religion under the impact of fascism. Ed. by Horst Junginger. Leiden etc.: Brill 2008, 543-552.

[bron: wikipedia]

Vries, Jan Willem de (14 december 1937 Amsterdam - 12 december 2008 Sassenheim), breed georiënteerd taalkundige met als speciale aandachtsgebieden: morfologie, sporen van het Nederlands in de Indonesische woordenschat, het Nederlands van buitenlanders. Hoogleraar te Leiden.

Jan de Vries, die zijn loopbaan startte als onderwijzer en eindigde als hoogleraar, bleef zijn hele leven een echte onderwijsman. Hij begon als onderwijzer op een basisschool, behaalde zijn MO-A diploma Nederlands en stapte over naar de kweekschool waar hij leraar Nederlands werd, terwijl hij zijn studie voortzette met een opleiding MO-B. In 1967 ging hij door met de universitaire studie Nederlandse taal- en letterkunde in Leiden. Zijn bijvakken waren Algemene Taalwetenschap en Indonesisch, dat laatste op aanraden van E.M. Uhlenbeck, de hoogleraar Algemene Taalwetenschap en Javaans. Eveneens op diens advies ging hij kort na zijn afstuderen, in 1969, naar Indonesië waar hij de afdeling Nederlands aan de Universitas Indonesia in Jakarta mede oprichtte. De rest van zijn leven zou hij nauw verbonden blijven met het Indonesisch en Indonesië, alsmede met de internationale neerlandistiek, die hij in tal van functies diende.

Toen hij, door gezondheidsproblemen gedwongen, in Nederland terug kwam, kreeg hij een aanstelling bij de vakgroep Algemene Taalwetenschap, waar hij in 1975 bij Uhlenbeck promoveerde op de Lexicale morfologie van het werkwoord in modern Nederlands. Bij de vakgroep Algemene Taalwetenschap werkte hij twaalf jaar, tot hij in 1985 in een deeltijdaanstelling (0,3) hoogleraar Nederlandse taalkunde werd aan de vakgroep Nederlands, naast C. van Bree die van 1983 tot 1997 het hoogleraarschap Historische Taalkunde en Taalvariatie vervulde.

Zijn hoofdtaak, met een 0,7 aanstelling, werd de oprichting van een nieuwe, unieke vakgroep Dutch Studies, waarin buitenlandse studenten een opleiding in de Nederlandse Taal en Cultuur konden volgen. In 1990 ging hij helemaal over naar die vakgroep als hoogleraar met volledige taak in 'de Nederlandse taalkunde, in het bijzonder met betrekking tot de relatie tussen het Nederlands en andere talen'. Hij nam afscheid in 2001.

Wetenschappelijke ontwikkeling en karakterisering

Zijn wetenschappelijke loopbaan startte De Vries als morfoloog. In zijn proefschrift geeft hij een gedegen beschrijving van de mogelijkheden die er in het Nederlands bestaan om de woordklasse van het werkwoord uit te breiden. Afleiding op basis van substantieven (bemannen), adjectieven (verzwakken) en verba (ontlopen), en samenkoppeling (afkijken, opwarmen), leveren, samen met impliciete transpositie (kaarten), een aanzienlijk aantal procédés op, die door De Vries worden onderscheiden in productieve en improductieve. Wat de theorie betreft bouwt hij voort op werk van Uhlenbeck, en de dissertatie van Schultink (1962), maar met verrassend nieuwe inzichten en accenten. Zo heeft volgens De Vries vanwege de niet-absolute, maar geleidelijke grens tussen productiviteit en improductiviteit het formuleren van woordvormingsregels geen zin. De lexicale morfologie onderscheidt zich volgens hem van de syntaxis, omdat ze zich bezig houdt met het grensgebied van lexicon en grammatica, van het idiosyncratische en het systematische bepaalde, en vereist derhalve een ander soort beschrijving.

Daarbij sluit aan zijn overtuiging dat de taalsystematiek zich openbaart in het taalgebruik. Hij had oog voor taalvariatie en de daaruit voortvloeiende mogelijkheid van taalverandering. Met het werk van Labov liet hij al in het begin van de jaren zeventig studenten kennismaken, en wel in de vorm van een gezamenlijk onderzoek naar het wegvallen van de slot-t aan het woordeinde in Leiden (gezich i.p.v. gezicht). Hij ontwikkelde zich tot een breed taalkundige, die ook een leerboek voor het Gotisch schreef, en samen met collega en foneticus Vincent van Heuven een aantal artikelen over de invloed van fonische factoren op de begrijpelijkheid van buitenlanders.

Een hoofdgebied in zijn wetenschappelijk werk is de aanpassing van Nederlandse leenwoorden in het Indonesisch. Daarin combineerde hij zijn kennis van de morfologie en zijn gerichtheid op het taalgebruik en taalcontact: hoe heeft woordontlening effect op het morfologisch systeem van een taal? Vooral de invloed van het Nederlands op het Indonesisch is hem altijd bezig blijven houden. In 2007 verscheen een uitvoerige inventarisatie van leenwoorden in het Indonesisch, met daarin zijn bijdrage over Nederlandse leenwoorden, zo'n veertig procent van de leenwoorden die aan Europese talen zijn ontleend.

Heel graag schreef hij ook voor een breed publiek. In zijn oratie, in 1986, getiteld Nederlands in vreemde mond, zei Jan de Vries: 'We zouden ons aan onze verantwoordelijkheid tegenover de gemeenschap waarvan we deel uitmaken, onttrekken, als we wat wij weten, uitsluitend richten tot vakgenoten. Dit geldt in het bijzonder voor de resultaten van ons onderzoek. Veel ervan, zelfs van taalkundig onderzoek, leent zich voor publieke diffusie. Het is mede de taak van de neerlandicus bevindingen op een zodanige wijze te vertalen, dat het onderwijs, de media, de overheid, kortom de maatschappij waarin wij leven, ervan de vruchten kan plukken'. Als zijn belangrijkste, of in elk geval zijn liefste werk beschouwde hij zelf Het verhaal van een taal. Negen eeuwen Nederlands, verschenen in 1993, dat vele drukken beleefde (zesde druk 2003). Dit boek over de historische, geografische, sociale en culturele aspecten van het Nederlands schreef hij samen met collega Roland Willemyns en publicist Peter Burger.

Invloed

In zijn oratie gaat De Vries ook in op de meningsverschillen tussen descriptivisten en theoretici, zo typerend voor het toenmalig taalkundige klimaat in Leiden. Het was en bleef zijn overtuiging dat er maar één discipline taalkunde is, waarin theoretische reflectie en taaldescriptie niet zonder elkaar kunnen.

Deze houding, samen met een brede kennis en belangstelling maakte hem een succesvol promotor, niet alleen op het gebied van de taalpolitiek of de morfologie, maar veelal in samenwerking met anderen, ook op dat van de fonetiek, de syntaxis, de lexicologie en de taalbeheersing. Ook in zijn wetenschappelijk onderzoek was de Vries een veelzijdig en vakbekwaam neerlandicus die op veel terreinen publiceerde en anderen inspireerde; naast de al genoemde terreinen hield hij zich ook bezig met de positie van het Nederlands in de wereld en de geschiedenis van de neerlandistiek.

De grootste invloed zal De Vries gehad hebben met zijn proefschrift over de morfologie van het Nederlandse werkwoord: er is op dat terrein sindsdien geen monografie, artikel of handboek verschenen dat niet schatplichtig is aan zijn presentatie van de feiten en de verantwoording daarvan.

Voornaamste geschriften

Voor een bibliografie (tot 2000) zie:

  • Selectieve bibliografie van Jan W. de Vries (zonder artikelen in kranten of weekbladen), tot 2000. In: Kerven in een rots. Opstellen over Nederlandse taalkunde, letterkunde en cultuur, aangeboden aan Jan W. de Vries bij zijn afscheid als hoogleraar Dutch Studies aan de Universiteit Leiden. Red. Berry Dongelmans, Josien Lalleman & Olf Praamstra. Stichting Neerlandistiek Leiden. SNL Reeks nr. 7, 2001, p. 271-279.
  • [- e.a.] 'De slot-t in consonantclusters te Leiden. Een sociolinguïstisch onderzoek'. In: Forum der Letteren 15 (1974), p. 235-250.
  • Lexicale morfologie van het werkwoord in modern Nederlands. Leiden 1975.

[- red.] 'Eene bedenkelijke nieuwigheid'. Twee eeuwen neerlandistiek. Hilversum 1997.
  • Niet alleen voor paarden. Nederlands: de groei van de standaardtaal, de positie in Europa en de wereld, recente veranderingen. Leiden 1999.

[-] met Roland Willemyns & Peter Burger: Het verhaal van een taal. Negen eeuwen Nederlands. Amsterdam 1993. 6e druk 2003.
  • Jones, Russel (general editor), C.D. Grijns & Jan W. de Vries (eds.): Loan-Words in Indonesian and Malay. Leiden, 2007.
  • 'Ontlening van Nederlandse afleidingen in het Indonesisch'. In: Woorden wisselen. Voor Ariane van Santen bij haar afscheid van de Leidse universiteit. red. Ronny Boogaart e.a. Stichting Neerlandistiek Leiden. SNL Reeks nr. 20, 2009, p. 135-141.

Belangrijkste secundaire literatuur

  • Josien Lalleman: 'In memoriam prof. dr. Jan Willem de Vries (14 december 1937 - 12 december 2008)'. In: Neder-L 0901.16, 21 januari 2009.
  • Marja Kristel: 'In memoriam Jan W. de Vries 1937-2008'. In: Internationale neerlandistiek 47 (2), mei 2009, p. 81.
  • Ariane van Santen: Levensbericht. Te verschijnen in Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden 2008-2009.

[bron: https--www.dbnl.org/tekst/anro001bioe01_01/vrie028.php]
Zoekertjesnummer: m2137336425