OP TE HALEN: Oosthoek's Encyclopedie 17dln|1947-1957 4e druk€ 1,00
De oude man en de zee|Ernest Hemingway
€ 4,50
Ophalen of Verzenden
Verzenden voor € 4,94
210sinds 10 jul. '24, 17:08
Kenmerken
ConditieZo goed als nieuw
HerkomstAmerika
Jaar (oorspr.)2003
AuteurZie beschrijving
Beschrijving
||boek: De oude man en de zee||Bibliotheek Het Laatste Nieuws [09-35]
||door: Ernest Hemingway
||taal: nl
||jaar: 2003
||druk: ?
||pag.: 104p
||opm.: hardcover|zo goed als nieuw|mét flap
||isbn: N/A
||code: 1:000235
--- Over het boek (foto 1): De oude man en de zee ---
De oude Cubaanse visser Santiago gaat door het leven als 'salao', een naam die voor de ergste vorm van tegenslag staat. Al 84 dagen moet hij met een lege boot naar de haven terugkeren. Andere vissers, de één met een nog beter vangst dan de ander, kunnen het vaak niet nalaten de oude man te bespotten. Een enkele keer kijken ze hem slecht in het voorbijgaan meelijkwekkend aan. Op een dag waagt Santiago zich verder en verder op zee. Zijn moeite wordt beloond: na een langdurige worsteling met een reuzenvis behaalt de oude visser zijn grootste overwinning. Halfdood van uitputting bindt hij de reus achter zijn boot en keert trots naar huis terug. Maar de strijd is nog niet ten einde...
[bron: https--www.bol.com]
Bekroond met de Nobelprijs voor literatuur en de Pulitzerprijs
De oude man en de zee, veelvuldig vertaald en verschillende malen succesvol verfilmd, wordt wereldwijd gezien als een meesterwerk in de literatuurgeschiedenis. Het is een klassiek verhaal over de eeuwigdurende strijd tussen mens en natuur; zeer symbolisch en diepzinnig.
De oude Cubaanse visser Santiago gaat door het leven als 'salao', een naam die voor de ergste vorm van tegenslag staat. Al 84 dagen moet hij met een lege boot naar de haven terugkeren. Andere vissers, de één met een nog betere vangst dan de ander, kunnen het vaak niet nalaten de oude man te bespotten. Een enkele keer kijken ze hem slechts in het voorbijgaan meelijwekkend aan. Op een dag waagt Santiago zich verder en verder op zee. Zijn moeite wordt beloond: na een langdurige worsteling met een reuzenvis behaalt de oude visser zijn grootste overwinning. Halfdood van uitputting bindt hij de reus achter zijn boot en keert trots naar huis terug. Maar de strijd is nog niet ten einde: zijn triomf loopt uit op een tragedie...
[bron: https--www.hebban.nl]
De oude man en de zee (oorspronkelijke titel The Old Man and the Sea) is een novelle van de Amerikaanse schrijver Ernest Hemingway. Het boek werd geschreven in 1951 en uitgegeven in 1952. Het was het laatste grote werk dat Hemingway tijdens zijn leven gepubliceerd zou zien. The Old Man and the Sea werd in 1953 bekroond met de Pulitzerprijs voor Fictie en droeg bij tot de toekenning van de Nobelprijs voor de Literatuur aan Hemingway in 1954.
Dit bekende verhaal van Hemingway gaat over een bejaarde Cubaanse visser die, na een onsuccesvolle periode, in gevecht raakt met een enorme marlijn die hij koste wat kost binnen wil halen. Aangenomen wordt dat het karakter van de hoofdpersoon, Santiago, gedeeltelijk is gemodelleerd naar de Cubaanse visser Gregorio Fuentes. Fuentes werd in 1897 geboren op Lanzarote op de Canarische Eilanden, en verhuisde op 6-jarige leeftijd naar Cuba, waar hij Hemingway in 1928 ontmoette. In de jaren 1930 huurde Hemingway hem in om voor zijn boot te zorgen. Vanaf 1940 woonde Hemingway op Cuba en er ontstond een vriendschap tussen de mannen. Bijna 30 jaar lang deed Fuentes dienst als kapitein op de boot en zorgde er ook voor als Hemingway er niet was. Fuentes overleed in 2002 op 104-jarige leeftijd. Het schip, de 'Pilar', liet hij na aan de Cubaanse regering. Het boek heeft hij nooit gelezen.
De oude visser Santiago heeft 84 dagen lang geen vis gevangen. Dat is de reden waarom de leerjongen Manolin van zijn ouders niet langer met hem mee mag en zijn geluk moet beproeven bij andere vissers. Manolin is echter gehecht aan de oude man en bezoekt hem elke avond in zijn hutje, helpt hem met het binnenhalen van het materiaal, zorgt voor zijn eten en praat met hem over hun gezamenlijke passie: honkbal, en met name de Amerikaanse sportheld Joe DiMaggio. Santiago vertelt Manolin dat hij de volgende dag ver de Golf zal opvaren, omdat hij ervan overtuigd is dat hij deze keer een goede vangst zal hebben.
Zo vertrekt hij op de 85e dag, zet zijn lijnen uit, en inderdaad heeft hij midden op die dag een grote vis aan de haak. Het blijkt een grote marlijn, die hij niet binnen kan halen. Het dier is zelfs zo groot en sterk dat het zijn bootje op sleeptouw neemt. Santiago geeft de strijd niet op en houdt twee dagen en nachten vol, tot hij gewond en uitgeput is. Hij heeft echter groot respect voor zijn 'tegenstander', die hij beschouwt als een 'broeder'.
Op de derde dag begint de vis uit vermoeidheid om de boot heen te zwemmen en met zijn laatste krachten weet Santiago het dier tijdens een van zijn radeloze sprongen aan zijn harpoen te krijgen. Hij bindt de enorme vis vast aan de zijkant van de boot en gaat op huis aan, met het idee, dat hij hiervoor een fikse prijs zal kunnen krijgen, maar ook met de gedachte, dat eigenlijk niemand waardig genoeg zou zijn om dit dappere dier te mogen eten.
Op de lange weg terug naar de kust vallen haaien, aangetrokken door het bloed, het lichaam van de vis aan en een nieuw gevecht dient zich aan. Bij de verdediging van zijn vangst doodt hij een van de haaien, maar raakt daarbij zijn harpoen kwijt. Hij improviseert een nieuw wapen door zijn mes vast te maken aan een van de roeiriemen. Op die manier weet hij zeven haaien te verslaan. Inmiddels is echter van zijn vis alleen nog een karkas over.
Als hij de volgende ochtend eindelijk de kust bereikt, strompelt hij naar huis en valt daar uitgeput in een diepe slaap. Een groepje vissers, niet op de hoogte van Santiago's reis, verzamelt zich rond zijn boot en bewondert de restanten van de grote vis. Toeristen in het plaatselijke café denken dat het een haai is.
Manolin, die al die tijd bezorgd op zijn terugkeer heeft gewacht, huilt van opluchting als hij de oude man in slaap vindt. Hij haalt koffie en een krant voor Santiago, en als de oude man wakker wordt, belooft Manolin, dat zij op de volgende reis weer samen zullen zijn. Als Santiago weer in slaap valt, droomt hij van leeuwen op de kust van Afrika.
The Old Man and the Sea werd verfilmd in 1958 met in de hoofdrollen Spencer Tracy, Felipe Pazos, Harry Bellaver, Don Diamond en Don Blackman. Deze film kreeg een Oscar voor beste filmmuziek van de hand van Dmitri Tjomkin.
In 1990 is het boek verfilmd met Anthony Quinn in de hoofdrol.
In 1999 is er ook nog een animatiefilm uitgebracht. Deze is geregisseerd door Aleksandr Petrov en heeft een Oscar gewonnen. Het bijzondere aan de film is dat het een compilatie is van schilderijen.
[bron: wikipedia]
Dit boek is fantastisch geschreven. Het is nooit eentonig. Je sympathiseert hard met de oude man, omdat zijn doorzettingsvermogen heel ver gaat, net als zijn optimisme. Het verhaal is ook niet alledaags, je zou denken dat een verhaal van een man die gaat vissen saai is maar Hemingway kan dit gewoon fantastisch vertellen. Het verhaal vertelt naast de vissersavonturen van de oude man, ook het verhaal van een hechte vriendschap, die alles doorstaat. Het thema van dit boek - verslagenheid, nederlagen, het lot - is eens iets anders en heel inspirerend. De oude man heeft al zo lang niets gevangen en dan uiteindelijk krijgt hij weer niets, ondanks alle inspanningen. Een van de beste thema's vind ik ook het doorzettingsvermogen, de moed en trots die je nodig hebt in de strijd met de natuur. Het hele verhaal draait hier eigenlijk rond. Elke actie die de man op zee onderneemt, doet hij en houdt hij vol door zijn moed en zijn doorzettingsvermogen .Ik vind dat het boek zeker een prijs verdient door de vele diepe achterliggende symbolische betekenissen en verbanden.
Thomas [bron: https--www.langzullenwelezen.be]
--- Over (foto 2): Ernest Hemingway ---
Ernest Hemingway (1899-1961), auteur van onder andere Afscheid van de wapenen en De zon gaat op, ontving in 1954 de Nobelprijs voor de Literatuur. Voor wie de klok luidt verscheen in 1940. Hemingway beroofde zichzelf in 1961 van het leven.
[bron: https--www.bol.com]
Ernest Hemingway wordt algemeen beschouwd als een van de invloedrijkste 20e-eeuwse schrijvers. Hij is vooral bekend door zijn korte verhalen, die te herkennen zijn aan hun minimalistische schrijfstijl. Hemingway schreef met de 'ijsbergtechniek', die gericht is op het verhaal aan de oppervlakte, zonder veel bespreking van achterliggende thema's. Dit terwijl veel van het verhaal zich 'onder de oppervlakte' afspeelt. Zijn boeken zijn in meer dan 35 talen vertaald en hebben hem diverse prijzen opgeleverd. Zo ontving hij in 1953 de Pulitzerprijs voor zijn werk De oude man en de zee. Het jaar daarna ontving hij de Nobelprijs voor de Literatuur. Zijn belangrijkste werken zijn nooit uit druk geweest.
[bron: https--www.hebban.nl]
Ernest Miller Hemingway was an American author and journalist. His economical and understated style had a strong influence on 20th-century fiction, while his life of adventure and his public image influenced later generations. Hemingway produced most of his work between the mid-1920s and the mid-1950s, and won the Nobel Prize in Literature in 1954. He published seven novels, six short story collections and two non-fiction works. Three novels, four collections of short stories and three non-fiction works were published posthumously. Many of these are considered classics of American literature.
Hemingway was raised in Oak Park, Illinois, and after high school he reported for a few months for The Kansas City Star, before leaving for the Italian front to enlist with the World War I ambulance drivers. In 1918, he was seriously wounded and returned home. His wartime experiences formed the basis for his novel A Farewell to Arms. In 1922, he married Hadley Richardson, the first of his four wives. The couple moved to Paris, where he worked as a foreign correspondent, and fell under the influence of the modernist writers and artists of the 1920s "Lost Generation" expatriate community. The Sun Also Rises, Hemingway's first novel, was published in 1926.
After his 1927 divorce from Hadley Richardson, Hemingway married Pauline Pfeiffer. They divorced after he returned from Spanish Civil War where he had acted as a journalist, and after which he wrote For Whom the Bell Tolls. Martha Gellhorn became his third wife in 1940. They separated when he met Mary Welsh in London during World War II; during which he was present at the Normandy Landings and liberation of Paris.
Shortly after the publication of The Old Man and the Sea in 1952, Hemingway went on safari to Africa, where he was almost killed in two plane crashes that left him in pain and ill-health for much of the rest of his life. Hemingway had permanent residences in Key West, Florida, and Cuba during the 1930s and 1940s, but in 1959 he moved from Cuba to Ketchum, Idaho, where he committed suicide in the summer of 1961.
[source: https--www.goodreads.com]
Ernest Miller Hemingway (Oak Park (Illinois), 21 juli 1899 - Ketchum (Idaho), 2 juli 1961) was een Amerikaans romancier en auteur van korte verhalen die schreef in een viriele en extraverte stijl. Zijn literaire werk werd onderscheiden vanwege de stilistische zuiverheid, emotionele waarachtigheid en dramatische visie. In 1954 werd zijn oeuvre bekroond met de Nobelprijs voor de Literatuur.
Als jongeman deed Hemingway dienst als ambulancier bij het Rode Kruis in Italië in het laatste jaar van WO I. Later werkte hij als journalist, die de Grieks-Turkse oorlog voor de Toronto Star versloeg. Hij reisde regelmatig naar Spanje en de Oostenrijkse Alpen, maar verbleef vooral in Parijs. Zijn roman The Sun Also Rises (1926) kreeg onmiddellijk bijval, terwijl zijn volgende roman, A Farewell to Arms (1929), zijn reputatie vestigde als een van de belangrijkste hedendaagse schrijvers.
Hemingway keerde terug naar de Verenigde Staten in 1927, maar in 1937 ging hij terug naar Spanje als verslaggever van de Spaanse Burgeroorlog. Zijn ervaringen daar leidden tot zijn verhaal For Whom the Bell Tolls. Later won hij de Pulitzer prijs voor fictie voor zijn roman The Old Man and the Sea die hij in Cuba schreef.
In zijn latere jaren begon Hemingway aan depressies en paranoia te lijden. Hij werd twee keer opgenomen in het ziekenhuis, de Mayo Clinic in Rochester in Minnesota, waar hij elektroshockbehandelingen kreeg. Twee dagen na zijn terugkeer naar zijn huis in Ketchum pleegde hij zelfmoord met een jachtgeweer. Hemingway was vier keer getrouwd en liet drie zonen na.
In zijn fictie focust Hemingway op mensen die een gevaarlijk leven leiden - zoals vissers, soldaten, atleten en stierenvechters- die allen pijn en lijden op hun levensweg stoïcijns en moedig tegemoet treden. Zijn eerste boeken, Three Stories and Ten Poems (1923), In Our Time (korte verhalen, 1924), en The Torrents of Spring (roman, 1926), trokken vooral veel aandacht vanwege zijn stijl. Met de publicatie van The Sun Also Rises (1926) werd hij de woordvoerder van de Lost Generation. Deze roman gaat over een groep gedesillusioneerde expatriates in Parijs die na de Eerste Wereldoorlog hun tijd zo plezierig mogelijk doorbrengen in elkaars gezelschap.
Zijn volgende belangrijke roman, A Farewell to Arms (1929), vertelt het verhaal van een liefdesrelatie tussen een Amerikaanse ambulancechauffeur en een Engelse verpleegster aan het Italiaanse front tijdens de Eerste Wereldoorlog. Daarnaast schreef Hemingway ook bundels korte verhalen zoals Men without Women (1927) en Winner Take Nothing (1933), en zijn enige toneelstuk: The Fifth Column. In The First Forty-nine Stories uit 1938 staan de bekend geworden korte verhalen The Killers, The Undefeated en The Snows of Kilimanjaro. Tot zijn non-fictiewerken behoren Death in the Afternoon (1932) over stierenvechten, en Green Hills of Africa (1935), over de jacht op groot wild.
[bron: https--nl.wikibooks.org]
Ernest Hemingway was an American writer who won the Pulitzer Prize (1953) and the Nobel Prize in Literature (1954) for his novel The Old Man and the Sea, which was made into a 1958 film The Old Man and the Sea (1958).
He was born into the hands of his physician father. He was the second of six children of Dr. Clarence Hemingway and Grace Hemingway (the daughter of English immigrants). His father's interests in history and literature, as well as his outdoorsy hobbies (fishing and hunting), became a lifestyle for Ernest. His mother was a domineering type who wanted a daughter, not a son, and dressed Ernest as a girl and called him Ernestine. She also had a habit of abusing his quiet father, who suffered from diabetes, and Dr. Hemingway eventually committed suicide. Ernest later described the community in his hometown as one having "wide lawns and narrow minds".
In 1916 Hemingway graduated from high school and began his writing career as a reporter for The Kansas City Star. There he adopted his minimalist style by following the Star's style guide: "Use short sentences. Use short first paragraphs. Use vigorous English. Be positive, not negative." Six months later he joined the Ambulance Corps in WWI and worked as an ambulance driver on the Italian front, picking up human remains. In July 1918 he was seriously wounded by a mortar shell, which left shrapnel in both of his legs causing him much pain and requiring several surgeries. He was awarded the Silver Medal. Back in America, he continued his writing career working for Toronto Star . At that time he met Hadley Richardson and the two married in 1921.
In 1921, he became a Toronto Star reporter in Paris. There he published his first books, called "Three Stories and Ten Poems" (1923), and "In Our Time" (1924). In Paris he met Gertrude Stein, who introduced him to the circle that she called the "Lost Generation". F. Scott Fitzgerald, Thornton Wilder, Sherwood Anderson and Ezra Pound were stimulating Hemingway's talent. At that time he wrote "The Sun Also Rises" (1926), "A Farewell to Arms" (1929), and a dazzling collection of Forty-Nine stories. Hemingway also regarded the Russian writers Leo Tolstoy, Fyodor Dostoevsky, Ivan Turgenev and Anton Chekhov as important influences, and met Pablo Picasso and other artists through Gertrude Stein. "A Moveable Feast" (1964) is his classic memoir of Paris after WWI.
Hemingway participated in the Spanish Civil War and took part in the D-Day landings during the invasion of France during World War II, in which he not only reported the action but took part in it. In one instance he threw three hand grenades into a bunker, killing several SS officers. He was decorated with the Bronze Star for his action. His military experiences were emulated in "For Whom the Bell Tolls" (1940) and in several other stories. He settled near Havana, Cuba, where he wrote his best known work, "The Old Man and the Sea" (1953), for which he won a Pulitzer Prize and the Nobel Prize in Literature. This was adapted as the film The Old Man and the Sea (1958), for which Spencer Tracy was nominated for an Academy Award as Best Actor, and Dimitri Tiomkin received an Oscar for Best Musical Score.
War wounds, two plane crashes, four marriages and several affairs took their toll on Hemingway's hereditary predispositions and contributed to his declining health. He was diagnosed with bipolar disorder and insomnia in his later years. His mental condition was exacerbated by chronic alcoholism, diabetes and liver failure. After an unsuccessful treatment with electro-convulsive therapy, he suffered severe amnesia and his physical condition worsened. The memory loss obstructed his writing and everyday life. He committed suicide in 1961. Posthumous publications revealed a considerable body of his hidden writings, that was edited by his fourth wife, Mary, and also by his son Patrick Hemingway.
[source: imdb]
Ernest Miller Hemingway (Oak Park, 21 juli 1899 - Ketchum, 2 juli 1961) was een Amerikaans schrijver en journalist die in 1953 de Pulitzerprijs voor de literatuur won met The Old Man and the Sea en in 1954 de Nobelprijs voor Literatuur ontving. Hemingway produceerde de meeste van zijn werken tussen het midden van de jaren 1920 en het midden van de jaren 1950. Zijn sobere, uit de journalistiek ontstane schrijfstijl stond in sterk contrast met zijn imago van avonturier en zijn turbulent persoonlijk leven en zou grote invloed uitoefenen op het moderne Amerikaanse en Europese proza.
Tussen de twee wereldoorlogen werd hij de woordvoerder van de Lost Generation omdat hij in zijn vroege werk de problematiek en de mentaliteit van die generatie het best gestalte gaf. Hemingway was niet alleen actief als schrijver, maar was ook een journalist en oorlogscorrespondent, en daarnaast een avonturier, sportvisser en jager op groot wild, hetgeen tot uiting komt in de onderwerpen die hij voor zijn korte verhalen en romans koos. Tijdens zijn laatste levensjaren leed hij aan zware depressies die uiteindelijk leidden tot zijn zelfmoord op 2 juli 1961. Hij liet drie zonen na: John, met zijn eerste echtgenote Hadley Richardson, en Patrick en Gregory, met zijn tweede echtgenote Pauline Pfeiffer.
Zijn literaire nalatenschap is van blijvende waarde, wat onder meer geïllustreerd wordt door het feit dat zijn belangrijkste werken nooit uit druk zijn geweest.
Ernest Miller Hemingway werd geboren om 8 uur 's morgens op 21 juli 1899 in Oak Park, Illinois, een voorstad van Chicago. Zijn vader, Clarence Edmonds Hemingway, was een gynaecoloog en zijn moeder, Grace Hall, was een muzieklerares en voormalig uitvoerend artieste die daarna zang- en muzieklessen gaf aan kinderen uit de buurt. Beiden waren hoogopgeleid en zeer gerespecteerd binnen de conservatieve gemeenschap van Oak Park. Na hun huwelijk woonden Clarence en Grace Hemingway korte tijd bij Graces vader Ernest Hall, die ook de naamgever zou worden van hun eerste zoon. Later zou Ernest Hemingway zeggen dat hij een hekel had aan zijn voornaam, die hij in verband bracht met "de naïeve, zelfs dwaze held van Oscar Wildes toneelstuk The Importance of Being Earnest".
Hemingway had vijf broers en zussen. Marcelline (1898) was zijn oudere zuster en na hem werden Ursula (1902), Madelaine (1904), Carol (1911) en Leicester (1915) geboren. Het gezin verhuisde uiteindelijk naar een woning met zeven kamers in een respectabele buurt, met een muziekstudio voor Grace en een medisch kantoor voor Clarence.
Grace kleedde de jonge Ernest (die lange tijd de enige jongen van het gezin was) als een meisje, iets dat niet zo ongewoon was in die tijd en in haar milieu. Zo knipte ze zijn haren pas toen hij zes jaar oud was. De moeder van de jonge Ernest ging hier wel erg ver in en noemde haar jongen bijvoorbeeld "Dutch dolly". Biografen vermoeden dat deze vreemde relatie Hemingway heeft getekend voor het leven. Het erotisch beladen motief van het knippen van het haar van een jongen zou later in Hemingways verhalen verschillende keren opduiken, zoals in The Garden of Eden. Opvallend is ook dat in een aantal verhalen mannen voorkomen die om de een of andere reden impotent zijn geworden en wanhopig proberen hun mannelijkheid te herwinnen, zoals de stervende schrijver in The Snows of Kilimanjaro. Tegen zijn vrienden, onder meer tegen John Dos Passos, zei Hemingway als volwassene dat hij zijn moeder haatte en als hij het over haar had sprak hij over "that bitch". Zijn neef John Sanford, Marcellines zoon en nu een academicus, denkt daar echter anders over. Hij zei in een interview dat Hemingways nare woorden over zijn moeder slechts een 'cover-up' waren voor zijn diepe liefde voor haar, en een gevolg van zijn bitterheid omdat ze de onderwerpen waar hij over schreef maar niets vond.
Hemingways vader Clarence had waarden die van zijn congregationalistische koloniale voorouders vandaan kwamen en verbood dansen, drinken, gokken en roken. Deze zware, breedgeschouderde man hield in tegenstelling tot zijn vrouw vast aan een strikte discipline en sloeg Ernest zo nodig zelfs met de leren riem waarmee hij zijn scheermes sleep. Het motief van de gevoelloze dokter dook op in een van Hemingways eerste verhalen, The Doctor and the Doctor's Wife. Daarin komen dialogen voor tussen de dokter en zijn vrouw waarmee Hemingway herinneringen lijkt op te halen over werkelijke gesprekken die tussen zijn ouders hadden plaatsgevonden.
Hemingways moeder speelde vaak concerten in en rond het dorp en probeerde ook haar kinderen iets van die muzikaliteit mee te geven. Ernest had daar niet veel aanleg voor, maar op aandringen van zijn moeder leerde hij toch cello spelen. Dat zorgde voor heel wat spanningen, al gaf hij later toe dat de muzieklessen nuttig waren gebleken voor zijn schrijven. De familie bezat een zomerhuis met de naam 'Windemere' aan Walloon Lake, in de buurt van Petoskey, Michigan, waar hij vanaf zijn vierde jaar van zijn vader leerde jagen, vissen en kamperen in de bossen en meren van Noord-Michigan. Het was toen dat hij een passie kreeg voor de natuur en het leven in afgelegen, geïsoleerde gebieden.
Van 1913 tot 1917 ging Hemingway naar de Oak Park and River Forest High School, waar hij deelnam aan boksen, atletiek, waterpolo en voetbal. Hij blonk uit in Engels en speelde gedurende twee jaar in het schoolorkest met zijn zuster Marcelline. Hij volgde daar ook een cursus journalistiek, onderwezen door Fannie Biggs, die de klas leidde "alsof het een krantenbedrijf was". De betere schrijvers in de klas publiceerden artikels in The Trapeze, de schoolkrant. Zowel Hemingway als Marcelline hebben bij The Trapeze stukken ingediend. Hemingways eerste stuk, gepubliceerd in januari 1916, ging over het lokale optreden van het Chicago Symphony Orchestra. Hij bleef bijdragen leveren aan de Trapeze en de Tabula (schoolkrant en jaarboek), waarbij hij de taal van de sportredacteurs imiteerde en schreef onder het pseudoniem Ring Lardner, Jr. - een knipoog naar Ring Lardner van de Chicago Tribune.
Ernests ouders wilden dat hij naar de universiteit zou gaan. Vooral zijn vader had gehoopt dat zijn zoon in zijn voetsporen zou treden door eerst naar Oberlin College in Ohio te gaan en en vervolgens naar de medische school om dokter te worden. Op een gegeven moment heeft Hemingway zich blijkbaar voorgenomen om in journalistiek af te studeren aan de Universiteit van Illinois. In de herfst van 1917 besloot hij echter om de baan aan te nemen die zijn oom Tyler Hemingway voor hem had geregeld op de krant The Kansas City Star. Hoewel hij er slechts enkele maanden verbleef, beriep hij zich later op de stijlgids van de Star als basis voor zijn schrijven: "Gebruik korte zinnen; Gebruik een korte eerste alinea; Gebruik krachtig Engels; Wees positief, niet negatief..."
Tot 1917 waren de Verenigde Staten erin geslaagd om buiten de Eerste Wereldoorlog te blijven, maar in april 1917 schaarde het land zich aan de zijde van de geallieerden om de Duitsers en Oostenrijkers te bestrijden. Hemingway wilde dienst nemen, maar werd geweigerd vanwege een slecht linkeroog. Toen in de winter van 1917 het Rode Kruis campagne voerde om Amerikaanse vrijwilligers te ronselen die aan het Italiaanse front met ambulances wilden rijden, ging Hemingway daar enthousiast op in. Later loog hij over deze tijd, en beweerde voor het Italiaanse leger te hebben gevochten. In werkelijkheid bracht hij slechts een drietal weken door als ambulancechauffeur in Italië. Toen hij in Europa aankwam ging Hemingway eerst naar Parijs, tot hij begin juni de opdracht kreeg om naar Milaan te gaan.
Op de dag van zijn aankomst kreeg hij meteen zijn vuurdoop: in een ontploft munitiedepot moest hij verminkte lichamen en lichaamsdelen naar een geïmproviseerd mortuarium brengen. Twee dagen later werd hij naar een ambulance-eenheid in het plaatsje Schio gestuurd, waar hij ging werken als ambulancechauffeur. Op 8 juli 1918, pas enkele weken na zijn aankomst, werd hij aan zijn been gewond door granaatscherven, op het ogenblik dat hij chocolade en sigaretten aan Italiaanse soldaten langs de rivier de Piave uitdeelde. Volgens Ted Brumback (een andere ambulancechauffeur), die een brief schreef aan Hemingways vader, kreeg Hemingway meer dan 200 granaatscherven in zijn benen, maar slaagde hij er ondanks deze verwondingen toch in om een andere gewonde soldaat naar de Eerste Hulppost te brengen. Onderweg werd hij dan nog eens in zijn benen getroffen door verschillende machinegeweerkogels. Voor deze daad van zelfopoffering kreeg hij later de Italiaanse Zilveren Medaille voor Militaire Dapperheid. De verwonding aan zijn rechterknie was zo ernstig dat hij vreesde dat het been zou moeten worden geamputeerd. De daaropvolgende maanden verbleef hij in diverse militaire hospitalen. Herstellend van zijn verwondingen in een ziekenhuis in Milaan, werd Hemingway verliefd op Agnes von Kurowsky, een goed opgeleide Amerikaanse verpleegster die acht jaar ouder was dan hij. Deze romance zou hij later in zijn roman A Farewell to Arms verwerken.
Tijdens zijn dienst als Rode Kruisambulancier werd Hemingway bevriend met kapitein Jim Gamble. Deze bood hem aan om te betalen voor een gezamenlijke reis door Europa die een jaar zou duren, maar Agnes wilde trouwen en drong erop aan, dat Hemingway naar de VS terugkeerde om een baan te zoeken. Op 7 maart 1919 schreef Agnes hem echter dat ze verloofd was met een Italiaanse officier. Ze zouden elkaar nooit meer ontmoeten, al keerde Agnes later wel terug naar de Verenigde Staten. Op deze geschiedenis is de speelfilm In Love and War (1996) van Richard Attenborough gebaseerd.
Toen Hemingway in januari van 1919 terugkeerde vanuit Italië vond hij Oak Park saai in vergelijking met de oorlogsavonturen, de schoonheid van vreemde landen en romance met Agnes von Kurowsky. Hij was negentien jaar oud, maar de oorlog had hem voor zijn leeftijd vroegrijp gemaakt. Zijn ouders begrepen nooit goed wat hun zoon had meegemaakt. Kort na zijn thuiskomst begonnen ze hem onder druk te zetten om een baan te zoeken of om zijn scholing voor te zetten, maar Hemingway kon geen interesse meer opbrengen voor zoiets. Van de 1000 dollar ontvangen verzekeringsuitkeringen voor zijn oorlogswonden kon hij bijna een jaar zonder te werken leven. Hij woonde in het huis van zijn ouders en bracht zijn tijd door in de bibliotheek of met thuis lezen. Hij sprak kleine maatschappelijke organisaties toe over zijn oorlogsheldendaden en werd vaak gezien in zijn Rode Kruisuniform, wandelend door de stad.
In september 1919 trok hij samen met middelbare-schoolvrienden op een vis- en kampeertocht naar het achterland van Michigans 'Upper Peninsula'. Deze trip werd de inspiratie voor zijn korte verhaal Big Two-Hearted River, waarin het semi-autobiografische personage Nick Adams de eenzaamheid van de ongeschonden natuur opzoekt om na zijn terugkeer uit de oorlog tot rust te komen.
Toen hij een lezing gaf in de openbare bibliotheek van Petoskey in Michigan, werd hij benaderd door Harriett Connable, de vrouw van een stafmedewerker voor het bedrijf van de Woolworths-winkelketen in Toronto. Ze was onder de indruk van zijn atletische verschijning, intelligentie en zelfvertrouwen en stelde Hemingway voor, om haar fysiek zwakke zoon onder zijn hoede te nemen en hem kennis laten maken met de geneugten van lichamelijke activiteiten. Zo werd hij betaald begeleider van de jonge Ralph Connable, wat hem voldoende tijd gaf om zich aan het schrijven te blijven wijden. Eind dat jaar begon hij als freelancer en buitenlands correspondent voor de Toronto Star Weekly. Hij keerde de volgende juni terug naar Michigan en verhuisde vervolgens in september 1920 naar Chicago, waar hij met vrienden samenwoonde en verhalen bleef opsturen naar de Toronto Star.
In Chicago werkte Hemingway als mederedacteur van het maandblad Cooperative Commonwealth, waar hij de schrijver Sherwood Anderson ontmoette. Hij maakte in Chicago ook kennis met Hadley Richardson, die vanuit St. Louis de zus van Hemingways kamergenoot kwam bezoeken. Hemingway werd meteen verliefd op haar. Later zou hij over deze eerste ontmoeting zeggen: "Ik wist dat ze het meisje was waarmee ik ging trouwen." Hadley was roodharig, heel zorgzaam en acht jaar ouder dan Hemingway. Sommige biografen menen dat Hadley hem aan Agnes deed denken, maar Hadley, die opgevoed was door een overbezorgde moeder, gaf een veel minder volwassen indruk. Na een maandenlange correspondentie besloot het koppel te trouwen en naar Europa af te reizen. Ze wilden eerst Rome bezoeken, maar Sherwood Anderson overtuigde hen, om voor Parijs te kiezen. Ze trouwden op 3 september 1921. Twee maanden later werd Hemingway ingehuurd als buitenlands correspondent voor de Toronto Star en het echtpaar vertrok naar Parijs. Op dit punt in zijn leven leek Hemingway alles bereikt te hebben wat hij met Agnes had gewild: de liefde van een mooie vrouw, een comfortabel inkomen en een avontuurlijk leven in Europa.
1922-1927: Parijs en de Lost Generation
Voor de Hemingways naar Frankrijk vertrokken, had Sherwood Anderson zijn vriend Ernest een introductiebrief meegegeven voor de literaire expatriates waarmee Hemingway in contact hoopte te komen. Het koppel betrok in een arme Parijse buurt een appartement in de rue Cardinal Lemoine 74. Hemingway maakte vervolgens gebruik van zijn brief om toegang te krijgen tot de salon van Gertrude Stein en de literaire kring rond Ezra Pound. Op die manier kwam hij weldra ook in contact met Wyndham Lewis, Sylvia Beach, James Joyce en Ford Madox Ford. Hemingway deed zijn best om indruk te maken op zijn nieuwe vrienden, zeker omdat hij besefte dat zij hem konden helpen bij het waarmaken van zijn literaire ambities. Hij werkte hard en huurde speciaal een kamer in de rue Descartes 39 om daar elke morgen ongestoord te kunnen schrijven. Het was daar dat hij leerde om zichzelf een strak werkschema op te leggen en niet te stoppen voor hij een aantal pagina's had afgewerkt en precies wist waar hij de volgende morgen over zou moeten schrijven.
Gertrude Stein zou een van Hemingways belangrijkste mentors worden in zijn schrijverschap. Zij was van Duits-Amerikaanse afkomst, maar woonde al sinds 1902 in Parijs. T.S. Eliot en Ezra Pound kozen spoedig na haar eveneens Europa tot verblijfplaats. Tussen de twee wereldoorlogen verlieten ook onder meer F. Scott Fitzgerald, John Dos Passos en Hemingway tijdelijk de Verenigde Staten. Deze expatriates, overlevende kunstenaars en schrijvers van de Eerste Wereldoorlog, die nu in vrijwillige ballingschap in Parijs leefden, werden door Gertrude Stein the Lost Generation gedoopt. Een van de belangrijkste redenen waarom schrijvers naar Frankrijk uitweken, was dat er geen censuur bestond op publicaties in het Engels, waardoor ze boeken konden uitgeven die in de conservatievere VS en in Groot-Brittannië geweigerd zouden worden. De eerste werken van Hemingway laten behalve duidelijke invloeden van Pound ook invloeden van Stein zien, zoals veelvuldig gebruik van het tegenwoordig deelwoord en herhalingen. Hoewel Stein een stuk ouder was dan Hemingway had ze een zwak voor hem, onder meer vanwege zijn knappe uiterlijk. De vriendschap tussen Hemingway en Stein verkeerde echter in het tegendeel toen Hemingway Stein eenmaal in zijn roem begon te overschaduwen. Stein beweerde later dat zij en Anderson Hemingway samen "gemaakt" hadden en dat hij van zichzelf maar een "bang en provinciaal mannetje" was. Hemingway op zijn beurt verklaarde in Death in the Afternoon (1932) dat hij nooit iets van Stein geleerd had, maar zij wel wat van hem: het schrijven van dialogen.
Tijdens zijn eerste 20 maanden in Parijs stuurde Hemingway 88 verhalen op naar de Toronto Star. Om verslag te kunnen uitbrengen over de Europese politieke en militaire gebeurtenissen reisde hij veel met de trein. Met name de Grieks-Turkse oorlog leverde hem veel materiaal, en hij schreef scherpe vignetten over de vluchtelingen en vuurpelotons die hij had gezien. Daarnaast boog hij zich in zijn stukken ook over culturele onderwerpen, stierenvechten, tonijnvissen, skiën, bobsleeën, enzovoort. In december 1922 woonde Hemingway voor de Toronto Star een internationale conferentie bij in het Zwitserse Lausanne. Hij vroeg aan Hadley in een brief om naar hem toe te komen en zijn manuscripten mee te brengen. Toen ze met de trein vanuit Parijs aankwam, bekende ze huilend dat de koffer met de manuscripten van zijn verhalen verloren was gegaan. Hemingway was verpletterd door het nieuws. Het beschadigde voorgoed zijn relatie met Hadley en later zou hij deze episode in zijn leven evoceren in A Moveable Feast.
Hemingway begon tijdens de jaren 1920 geleidelijk aan zijn gedichten te publiceren in The Double Dealer en in andere, kleine maar belangrijke Europese literaire tijdschriften zoals Poetry en Der Querschnitt. In 1923 werd zijn eerste kleine boek gepubliceerd met verhalen en gedichten: Three Stories and Ten Poems. De verhalen in deze bundel zijn geschreven volgens Hemingways "ijsbergtheorie": door dingen weg te laten in een verhaal maak je het sterker (te vergelijken met het motto "Kill your darlings"). In januari van dat jaar werd Hadley zwanger. Het belette Hemingway niet om in de zomer met haar de Spaanse stad Pamplona te bezoeken en de San Fermínfeesten bij te wonen. Hemingway was gefascineerd door het stierenvechten en noemde het geen sport, maar een tragedie waarin de stier was gedoemd om te sterven. Ze gingen er niet alleen naar de corrida de toros kijken; Hemingway nam ook zelf deel aan de gevaarlijke stierenrennen door de straten van de stad. Hij schreef er vijf vignetten over en ging later uitgebreider in op deze ervaringen in The Sun Also Rises en Death in the Afternoon. In juni 1925 brachten ze een groep Amerikaanse en Britse expatriates mee naar Pamplona: Hemingways jeugdvriend Bill Smith, Stewart, Lady Duff Twysden (die net gescheiden was), haar minnaar Pat Guthrie, en Harold Loeb. Een paar dagen na de fiësta, op zijn verjaardag (21 juli), begon Hemingway te schrijven aan Fiesta (het latere The Sun Also Rises), dat hij voltooide in acht weken. Het manuscript bereikte in april 1926 zijn New Yorkse uitgever en na het corrigeren van de proefversie in Parijs leverde Hemingway het in augustus 1926 af aan Scribner's, die de roman in oktober van dat jaar publiceerde. Het betekende een keerpunt in zijn schrijversloopbaan: tot dan toe had Hemingway zich in zijn fictie namelijk vrijwel uitsluitend met korte verhalen beziggehouden. Zowel zijn uitgever als zijn mentor F. Scott Fitzgerald hadden hem echter voorgehouden dat met korte verhalen niet veel te verdienen viel, en dat romans wel goed verkochten. Hemingway had hun raad opgevolgd, en na een valse start om een roman rond zijn personage Nick Adams te schrijven, zou The Sun Also Rises hem bekend maken als romancier.
Met het oog op de geboorte van hun kind verhuisde het paar van hun Parijse zolderkamertje naar Toronto. Ernest bleef werken voor de Toronto Daily Star, maar na het opwindende leventje in Parijs kon hij moeilijk aarden in Toronto. Bovendien liet de nieuwe baas van deze krant hem elke dag langer werken en verplichtte hij Hemingway om verslag uit te brengen over triviale dingen. De druppel die de emmer deed overlopen was de uitbrander die Hemingway van zijn baas kreeg omdat hij zich naar het ziekenhuis had gespoed waar Hadley lag te bevallen, in plaats van eerst zijn stuk voor de krant binnen te brengen. De razende Hemingway nam terstond ontslag en ging bij de Toronto Star Weekly werken. Een paar maanden na de geboorte van hun zoon, John Hadley Nicanor Hemingway (roepnaam "Jack") reisde het jonge gezinnetje aan boord van een schip naar Frankrijk af, zodat Hemingway zich weer aan zijn artistieke ambities kon wijden.
...
De Spaanse Burgeroorlog duurde van 17 juli 1936 tot 1 april 1939 en was een conflict tussen de Republikeinen, die trouw bleven aan de bestaande Spaanse Republiek en de Nationalisten, een groep militaire putschisten onder leiding van generaal Francisco Franco. In 1936 stelde North American Newspaper Alliance, een van de grote nieuwsagentschappen die artikelen leverde aan de kranten, Hemingway voor om naar Spanje te gaan als reporter en verslag uit te brengen over die burgeroorlog. Hemingway ging hierop in. Joris Ivens, een Nederlandse communistische filmmaker, vroeg Hemingway om hem te helpen bij het maken van een documentaire over de oorlog. Hemingway schreef het commentaar bij de film en daaruit bleek dat hij de Republikeinse zaak genegen was. De film kreeg de titel The Spanish Earth ("Spaanse aarde") en Orson Welles zou de voice-over leveren, maar uiteindelijk was het Hemingway zelf die dit voor zijn rekening nam.
In Spanje begon Hemingway een relatie met Martha Gellhorn, een 28-jarige journaliste die werkte voor The New Republic en Paris Vogue en ook een roman en een verhalenbundel had gepubliceerd. Ze hadden elkaar voor het eerst ontmoet in 1936 in een bar in Key West en nu logeerden ze in hetzelfde hotel op dezelfde verdieping. Aanvankelijk verzette ze zich tegen zijn avances. Echter, tijdens een bombardement bevonden ze zich in dezelfde kamer opgesloten en dat bracht hen dichter bij elkaar. Ze werden verliefd en bleven in Spanje tot 1939.
In oktober 1937 begon Hemingway met het schrijven van The Fifth Column, zijn enige toneelstuk, dat een jaar later zou worden gepubliceerd. Daarin kwam het personage Dorothy Bruggen voor, een onvriendelijke karikatuur van Martha Gellhorn. In 1939 bevond Hemingway zich in Havana, waar hij in februari begon te schrijven aan For Whom the Bell Tolls. Omdat Pauline zich tegen een echtscheiding verzette, kon Hemingway pas in 1940 huwen met Martha Gellhorn. Dat jaar kwam ook For Whom the Bell Tolls uit en het boek werd een groot succes: de eerste zes maanden werden er reeds een half miljoen exemplaren van verkocht. In dezelfde periode dat hij aan deze roman werkte, was Hemingway ook bezig met twee andere schrijfprojecten: Islands in the Stream en The Garden of Eden, die beide pas postuum zouden verschijnen.
Met zijn nieuwe echtgenote trok Hemingway in 1941 naar China om daar samen met haar artikelen over de Chinees-Japanse oorlog te schrijven. Toen ze uitgeput van hun ervaringen terugkeerden naar Cuba, begon Hemingway zijn boot Pilar om te bouwen tot een soort torpedobootjager. Samen met zijn vrienden maakte hij in de Pilar lange tochten in Cubaanse wateren, op zoek naar Duitse onderzeeërs. Die vonden ze niet en ze brachten hun tijd dan maar door met vissen en drinken. Tijdens een kleine ceremonie in juni 1947 aan de Amerikaanse ambassade in Cuba, zou Hemingway niettemin worden bekroond met een "Bronze Star" voor zijn verdienste als oorlogscorrespondent en voor het zich vrijelijk bewegen in gevechtszones onder vuur, ten einde zich een nauwkeurig beeld te kunnen vormen van de condities aldaar. De enige die Hemingway blijkbaar niet kon imponeren met zijn patriottisme en branie was Martha, die haar koffers pakte en alleen naar Europa vertrok. Hemingway reisde pas in de lente van 1944 af naar Londen, waar hij als correspondent de oorlog van dichtbij wilde volgen.
1944-1947: Tweede Wereldoorlog en Europa
In Londen aangekomen, begon Hemingway artikelen te schrijven over de luchtgevechten en bombardementen. Hij dronk veel en raakte betrokken in een zwaar auto-ongeluk. Martha bezocht hem in het ziekenhuis. Zij minimaliseerde zijn verwondingen en bekritiseerde hem omdat hij dronken betrokken was geweest in een verkeersongeluk. Hemingway, die echt zwaargewond was, voelde zich zeer ontdaan door haar koele en scherpe reactie. Hun relatie zou niet lang meer stand houden. In Londen leerde Hemingway namelijk Mary Welsh kennen, een correspondente van Time magazine die hem tijdens zijn herstel wel de aandacht en zorg schonk waar hij naar scheen te verlangen. De derde keer dat ze elkaar ontmoetten, deed Hemingway haar reeds een huwelijksaanzoek, maar ze zouden pas in 1946 trouwen.
Hemingway was op dinsdag 6 juni 1944 aanwezig bij de landing in Normandië op D-Day, hoewel hij van de legerleiding op een landingsvaartuig moest blijven. Eind juli van dat jaar sloot hij zich aan bij het 22e infanterieregiment onder bevel van kolonel Charles 'Buck' Lanham, dat op weg was naar Parijs. Hij zou ook de leiding hebben genomen van een groepje verzetsstrijders, onder wie oudgedienden uit de Spaanse Burgeroorlog, waarmee hij naar eigen zeggen het Parijse Hôtel Ritz en de bar bevrijdde. Door het leiden van een gewapende groep verzetsstrijders had Hemingway echter het Verdrag van Genève geschonden. Als journalist was het hem namelijk uitdrukkelijk verboden om deel te nemen aan militaire acties. Toch ontsnapte hij aan een veroordeling door te beweren dat hij alleen advies had gegeven. De bevrijding van het Ritz-hotel werd de daaropvolgende week uitgebreid gevierd, en nadien reisde Hemingway naar het noorden van Frankrijk om zich terug bij zijn vriend kolonel Buck Lanham en het 22e infanterieregiment van de geallieerden aan te sluiten.
Later maakte hij enkele van de zwaarste gevechten tijdens de Slag om het Hürtgenwald mee en ontsnapte volgens vrienden verschillende keren ternauwernood aan de dood. In december 1944 werd hij ernstig ziek, kreeg hoge koorts en moest met een longontsteking worden opgenomen bij het begin van het Ardennenoffensief. 'Voor zijn inspanningen en talent om de lezers een levendig beeld te schetsen van wat zich aan het front afspeelde', werd hij voorgedragen voor een Bronze Star.
Hemingway keerde terug naar de VS in maart 1946 met het voornemen om een grote oorlogsroman te schrijven, maar die is er nooit gekomen. Het enige boek met enige lengte dat hij zou produceren over de Tweede Wereldoorlog was Across the River and Into the Trees, dat in 1950 bij Scribner's werd uitgegeven.
Na de oorlog verbleef Hemingway met Mary een tijdje in Venetië en Torcello alvorens terug te keren naar zijn huis in Cuba. In Venetië was hij verliefd geworden op een negentienjarig meisje, Adriana Ivancich, wat hem inspiratie gaf voor zijn verhaal Across the River and Into the Trees over een gepensioneerd brigadegeneraal en zijn relatie in Venetië met een veel jongere vrouw die hij zijn dochter noemt. Adriana ontwierp de omslag en later ontwierp ze ook de cover voor The Old Man and the Sea. Toen het boek in 1950 door Scribner's werd gepubliceerd, hadden critici geen goed woord over voor het sentimentele verhaal. Hemingway reageerde ironisch: "Zeker ze kunnen om het even wat zeggen dat er niets gebeurt in Across the River; al wat gebeurt, is de verdediging van de benedenloop van de Piave, de doorbraak in Normandië, de inname van Parijs... plus een man die van een meisje houdt en sterft." Gekwetst door de negatieve reacties, nam Hemingway zich voor met een sterke novelle terug te slaan: een eenvoudig, mythisch verhaal over een oude man en een vis. Ditmaal prezen de critici hem de hemel in. Hemingway ontving in 1953 de Pulitzer Prize voor fictie voor The Old Man and the Sea. De novelle verscheen eerst in Life magazine met vijf miljoen verkochte exemplaren en ook het boek deed het goed.
1954 werd een ongeluksjaar voor de Hemingways. In januari 1954, tijdens een reis door Afrika, werden zij tweemaal het slachtoffer van een vliegtuigongeluk. Op 21 januari stortte hun gecharterde Cessna neer toen de piloot een vlucht vogels wilde ontwijken boven de Murchison Falls, en de dag daarop namen ze een ander vliegtuig om naar een hospitaal in Entebbe te vliegen en dit ontplofte bij vertrek. Hemingway hield hier volgens zijn biograaf Baker een zware hersenschudding, beschadigingen aan ruggengraat, lever, nier en milt, en eerstegraads brandwonden aan gezicht en armen aan over. Herstellend op zijn hotelkamer in Entebbe, had Hemingway het genoegen om zijn eigen overlijdensberichten in de kranten te lezen. Tegen beter weten in ondernam hij enkele weken later een vistocht met Mary en Patrick, en toen hij een brand nabij hun kamp wilde helpen blussen, viel hij door zijn slechte conditie in het vuur en hield er nog meer brandwonden aan over dan hij al had. Hemingway zou nooit meer helemaal herstellen van deze ongelukken. De pijn zou hij de rest van zijn leven meedragen en zijn depressies werden erger.
Hemingway won in oktober van datzelfde jaar de Nobelprijs voor Literatuur "voor zijn meesterschap in de kunst van het vertellen, meest recentelijk gedemonstreerd in The Old Man and the Sea en voor de invloed die hij heeft uitgeoefend op de contemporaine stijl." Op 28 oktober, de dag dat het nieuws bekend werd, legde hij tegenover de pers een verklaring af, waarin hij zei dat Carl Sandburg, Isak Dinesen of Bernard Berenson de prijs meer verdienden, maar dat het geld welkom was. Door een kunstcriticus en twee oudere, mindere schrijvers te noemen, ontweek hij volgens sommige critici handig het noemen van sterke tijdgenoten zoals John Steinbeck. Omdat hij nog onvoldoende hersteld was van zijn vliegtuigongelukken en de bosbrand om de prijs persoonlijk in ontvangst te kunnen nemen in Stockholm, liet hij zijn dankwoord voorlezen. De Amerikaanse ambassadeur in Zweden, John Cabot, nam de prijs in zijn naam in ontvangst.
Bij het ontvangen van de Nobelprijs benadrukte Hemingway de eenzaamheid en het isolement van de schrijver:
"Writing, at its best, is a lonely life. Organizations for writers palliate the writer's loneliness but I doubt if they improve his writing. He grows in public stature as he sheds his loneliness and often his work deteriorates. For he does his work alone and if he is a good enough writer he must face eternity, or the lack of it, each day"
"Schrijven, op zijn best, is een eenzaam leven. Organisaties voor schrijvers verzachten de eenzaamheid van de schrijver, maar ik twijfel of ze hem beter doen schrijven. Hij krijgt meer publiek aanzien als hij zijn eenzaamheid afschudt maar dikwijls gaat dan zijn werk achteruit. Immers, hij werkt alleen en als hij een goed schrijver is moet hij de eeuwigheid of het gebrek eraan elke dag onder ogen zien."
Het prijzengeld van 35000 dollar stelde hem in staat om een deel van zijn schulden af te betalen, en de gouden medaille bewaarde hij enige tijd in een geheime juwelenlade in zijn huis Finca Vigía, vooraleer ze te schenken aan Cuba's beschermheilige La Virgen de la Caridad del Cobre om te bewaren in de schrijn van de aan haar opgedragen basiliek.
De periode na het winnen van de Nobelprijs was erg druk en belastend voor Hemingway, die voortdurend last had van zijn rugkwetsuur en nauwelijks aan schrijven toekwam door de vele bezoekers die de winnaar thuis (in "Finca Vigía") wilden interviewen. Toen hij werd uitgenodigd op de set van The Old Man and The Sea, ergerde hij zich ook aan de cast van de film. Zo vond hij Spencer Tracy te dik en te burgerlijk, en de jongen die voor de rol van Manolo was uitgekozen noemde hij een kruising tussen een kikkervisje en de Amerikaanse schrijfster Anita Loos. Zijn manuscript met Afrikaanse verhalen bleef door al die drukte onaangeroerd liggen, en Hemingway beperkte zich tot het schrijven van artikelen voor tijdschriften. De zomer van 1956 bracht hij door met het schrijven van korte verhalen zoals A Room on the Garden Side (over de bevrijding van het Ritz-hotel) en The Cross Roads, waarin de verteller en zijn groep vluchtende Duitsers in Frankrijk doden en beroven die in 1944 op weg naar Aken zijn. In augustus van dat jaar besefte Hemingway dat er van schrijven niet veel meer terecht zou komen en begon een nieuwe reis naar Europa te plannen. Mary's bloedarmoede was bovendien verslechterd en Hemingway dacht dat een ander klimaat haar goed zou doen. Na enkele weken verblijf in New York vertrokken ze met de Franse oceaanlijner Ile-de-France. Een hoogtepunt op die reis die hen door verschillende Europese landen bracht, was voor Hemingway de vierdaagse feria met stierenvechten te Zaragoza. Hemingways gezondheid was tijdens de cruise echter zodanig verslechterd, dat hij op de terugtocht aan boord van de Ile-de-France behandeld moest worden voor zijn slecht werkende lever, een hoge bloeddruk en hoge cholesterolwaarden.
Nadat Fidel Castro in 1959 aan de macht kwam, verlieten Ernest en Mary Hemingway hun huis in Cuba en verhuisden naar Ketchum, in Idaho. Daar bracht de schrijver de laatste jaren van zijn leven door, voortdurend kampend met ernstige gezondheidsproblemen.
Op zijn zestigste zag Hemingway er afgeleefd en oud uit. Hij dronk meer dan ooit en leed aan vlagen van manische uitbarstingen gevolgd door diepe depressies. Op 2 juli 1961 was hij naar gewoonte vroeg opgestaan, had zich aangekleed, maar begaf zich niet naar zijn schrijfkamer van zijn huis in Idaho waar zijn schrijfmachine stond. In plaats daarvan haalde hij zijn favoriete dubbelloops jachtgeweer Boss & Co. uit de wapenkamer in de kelder, laadde het met twee kogels van zwaar kaliber en ging naar boven in de hal, waar hij de loop in zijn mond stak en de trekker overhaalde. Hij was niet de enige in zijn familie die zelfmoord pleegde. Zijn vader (Clarence), broer (Leicester), zuster (Ursula) en zijn kleindochter Margaux kwamen op dezelfde manier aan hun eind. Hemingway kreeg een katholieke begrafenis, omdat de kerk oordeelde dat hij niet bij zijn volle verstand moest zijn geweest op het moment van zijn zelfmoord. Hij werd begraven in Ketchum.
Omtrent de zelfmoord van Ernest Hemingway bestaan verschillende theorieën. De meest gangbare theorie is dat hij in een diepe depressie was verzeild, in het besef dat zijn literaire hoogtijdagen voorgoed achter hem lagen. Het schrijven viel hem ook fysiek moeilijk na de vele trauma's die hij had opgelopen bij de ongelukken. Wellicht leed Hemingway aan dezelfde genetische bloedziekte (hemochromatose) als zijn vader, waarbij het onvermogen om ijzer te metaboliseren culmineert in mentale en fysieke achteruitgang. Verschillende dokters hadden hem op het hart gedrukt om vooral te stoppen met drinken, maar Hemingway had dit advies genegeerd. Enkele malen was hij met elektroshocks behandeld in de Mayo Clinic van Minnesota, maar de depressies bleven terugkomen. Na deze behandelingen begon Hemingway symptomen van dementie en paranoia te vertonen. Een van die waanbeelden was dat de FBI het op hem gemunt had en hem liet volgen. Er bestaat echter ook een andere theorie die Hemingways beweringen wel ernstig neemt. Zo is zijn vriend A.E. Hotchner, 13 jaar lang een nauwe medewerker, ervan overtuigd dat Hemingway sinds de jaren veertig in de gaten werd gehouden door de FBI, vanwege zijn contacten en banden met Cuba, wat zou blijken uit de vrijgave van een FBI-dossier in 1983. Hemingway was het jaar voor zijn zelfmoord op 61-jarige leeftijd onder druk van de Amerikaanse autoriteiten van Cuba naar Amerika teruggekeerd. Tijdens een ontmoeting met Hotchner in 1960 vertelde Hemingway hoe de FBI hem schaduwde. Zijn bankrekening werd nagetrokken, zijn telefoon afgeluisterd en zijn post regelmatig onderschept, en soms, als hij in een bar zat, herkende hij FBI-agenten. Hotchner vertelt ook, hoe Hemingway hem vanuit zijn ziekenhuiskamer opbelde en zei dat in zijn kamer microfoontjes waren geplaatst en dat de telefoon werd afgeluisterd.
Zijn testament op datum van 15 september 1955 wees Mary Hemingway aan als executant voor al zijn eigendommen van welke aard ook, literaire inbegrepen. Mary kwam zo in het bezit van al zijn brieven en maakte van haar recht gebruik om de komende vijftien jaar de meeste verzoeken tot publicatie ervan tegen te houden, ook al waren veel originelen in bezit van particulieren en instellingen, en had de schrijver zelf tijdens zijn leven verzoeken in die richting regelmatig ingewilligd. In de geautoriseerde biografie van 1969 door Carlos Baker werden wel een honderdtal brieven van Hemingway opgenomen.
...
Bibliografie
(werken na 1961 zijn postuum gepubliceerd)
Romans
1926 The Torrents of Spring
1926 The Sun Also Rises
1929 A Farewell to Arms
1937 To Have and Have Not
1940 For Whom the Bell Tolls
1950 Across the River and into the Trees
1952 The Old Man and the Sea
1970 Islands in the Stream
1986 The Garden of Eden
1999 True at First Light
Non-fictie
1932 Death in the Afternoon
1935 Green Hills of Africa
1962 Hemingway, The Wild Years
1964 A Moveable Feast
1967 By-Line: Ernest Hemingway
1970 Ernest Hemingway: Cub Reporter
1985 The Dangerous Summer
1985 Dateline: Toronto
2005 Under Kilimanjaro
Brieven
1981 Ernest Hemingway Selected Letters 1917-1961
2011-2013 The Cambridge Edition of the Letters of Ernest Hemingway (The letters of Ernest Hemingway: Volume 1, 1907-1922; Volume 2, 1923-1925)
Collecties
1923 Three Stories and Ten Poems
1925 In Our Time
1927 Men Without Women
1933 Winner Take Nothing
1938 The Fifth Column and the First Forty-Nine Stories
1947 The Essential Hemingway
1961 The Snows of Kilimanjaro and Other Stories
1969 The Fifth Column and Four Stories of the Spanish Civil War
1972 The Nick Adams Stories
1979 88 Poems
1979 Complete Poems
1984 The Short Stories of Ernest Hemingway
1987 The Complete Short Stories of Ernest Hemingway
1995 Ernest Hemingway: The Collected Stories
1999 Hemingway on Writing
2000 Hemingway on Fishing
2003 Hemingway on Hunting
2003 Hemingway on War
2008 Hemingway on Paris
Prijzen en onderscheidingen
Een Bronze Star, zoals die aan Hemingway werd toegekend
Tijdens zijn leven werd Hemingway bekroond met:
[bron: wikipedia]
||door: Ernest Hemingway
||taal: nl
||jaar: 2003
||druk: ?
||pag.: 104p
||opm.: hardcover|zo goed als nieuw|mét flap
||isbn: N/A
||code: 1:000235
--- Over het boek (foto 1): De oude man en de zee ---
De oude Cubaanse visser Santiago gaat door het leven als 'salao', een naam die voor de ergste vorm van tegenslag staat. Al 84 dagen moet hij met een lege boot naar de haven terugkeren. Andere vissers, de één met een nog beter vangst dan de ander, kunnen het vaak niet nalaten de oude man te bespotten. Een enkele keer kijken ze hem slecht in het voorbijgaan meelijkwekkend aan. Op een dag waagt Santiago zich verder en verder op zee. Zijn moeite wordt beloond: na een langdurige worsteling met een reuzenvis behaalt de oude visser zijn grootste overwinning. Halfdood van uitputting bindt hij de reus achter zijn boot en keert trots naar huis terug. Maar de strijd is nog niet ten einde...
[bron: https--www.bol.com]
Bekroond met de Nobelprijs voor literatuur en de Pulitzerprijs
De oude man en de zee, veelvuldig vertaald en verschillende malen succesvol verfilmd, wordt wereldwijd gezien als een meesterwerk in de literatuurgeschiedenis. Het is een klassiek verhaal over de eeuwigdurende strijd tussen mens en natuur; zeer symbolisch en diepzinnig.
De oude Cubaanse visser Santiago gaat door het leven als 'salao', een naam die voor de ergste vorm van tegenslag staat. Al 84 dagen moet hij met een lege boot naar de haven terugkeren. Andere vissers, de één met een nog betere vangst dan de ander, kunnen het vaak niet nalaten de oude man te bespotten. Een enkele keer kijken ze hem slechts in het voorbijgaan meelijwekkend aan. Op een dag waagt Santiago zich verder en verder op zee. Zijn moeite wordt beloond: na een langdurige worsteling met een reuzenvis behaalt de oude visser zijn grootste overwinning. Halfdood van uitputting bindt hij de reus achter zijn boot en keert trots naar huis terug. Maar de strijd is nog niet ten einde: zijn triomf loopt uit op een tragedie...
[bron: https--www.hebban.nl]
De oude man en de zee (oorspronkelijke titel The Old Man and the Sea) is een novelle van de Amerikaanse schrijver Ernest Hemingway. Het boek werd geschreven in 1951 en uitgegeven in 1952. Het was het laatste grote werk dat Hemingway tijdens zijn leven gepubliceerd zou zien. The Old Man and the Sea werd in 1953 bekroond met de Pulitzerprijs voor Fictie en droeg bij tot de toekenning van de Nobelprijs voor de Literatuur aan Hemingway in 1954.
Dit bekende verhaal van Hemingway gaat over een bejaarde Cubaanse visser die, na een onsuccesvolle periode, in gevecht raakt met een enorme marlijn die hij koste wat kost binnen wil halen. Aangenomen wordt dat het karakter van de hoofdpersoon, Santiago, gedeeltelijk is gemodelleerd naar de Cubaanse visser Gregorio Fuentes. Fuentes werd in 1897 geboren op Lanzarote op de Canarische Eilanden, en verhuisde op 6-jarige leeftijd naar Cuba, waar hij Hemingway in 1928 ontmoette. In de jaren 1930 huurde Hemingway hem in om voor zijn boot te zorgen. Vanaf 1940 woonde Hemingway op Cuba en er ontstond een vriendschap tussen de mannen. Bijna 30 jaar lang deed Fuentes dienst als kapitein op de boot en zorgde er ook voor als Hemingway er niet was. Fuentes overleed in 2002 op 104-jarige leeftijd. Het schip, de 'Pilar', liet hij na aan de Cubaanse regering. Het boek heeft hij nooit gelezen.
De oude visser Santiago heeft 84 dagen lang geen vis gevangen. Dat is de reden waarom de leerjongen Manolin van zijn ouders niet langer met hem mee mag en zijn geluk moet beproeven bij andere vissers. Manolin is echter gehecht aan de oude man en bezoekt hem elke avond in zijn hutje, helpt hem met het binnenhalen van het materiaal, zorgt voor zijn eten en praat met hem over hun gezamenlijke passie: honkbal, en met name de Amerikaanse sportheld Joe DiMaggio. Santiago vertelt Manolin dat hij de volgende dag ver de Golf zal opvaren, omdat hij ervan overtuigd is dat hij deze keer een goede vangst zal hebben.
Zo vertrekt hij op de 85e dag, zet zijn lijnen uit, en inderdaad heeft hij midden op die dag een grote vis aan de haak. Het blijkt een grote marlijn, die hij niet binnen kan halen. Het dier is zelfs zo groot en sterk dat het zijn bootje op sleeptouw neemt. Santiago geeft de strijd niet op en houdt twee dagen en nachten vol, tot hij gewond en uitgeput is. Hij heeft echter groot respect voor zijn 'tegenstander', die hij beschouwt als een 'broeder'.
Op de derde dag begint de vis uit vermoeidheid om de boot heen te zwemmen en met zijn laatste krachten weet Santiago het dier tijdens een van zijn radeloze sprongen aan zijn harpoen te krijgen. Hij bindt de enorme vis vast aan de zijkant van de boot en gaat op huis aan, met het idee, dat hij hiervoor een fikse prijs zal kunnen krijgen, maar ook met de gedachte, dat eigenlijk niemand waardig genoeg zou zijn om dit dappere dier te mogen eten.
Op de lange weg terug naar de kust vallen haaien, aangetrokken door het bloed, het lichaam van de vis aan en een nieuw gevecht dient zich aan. Bij de verdediging van zijn vangst doodt hij een van de haaien, maar raakt daarbij zijn harpoen kwijt. Hij improviseert een nieuw wapen door zijn mes vast te maken aan een van de roeiriemen. Op die manier weet hij zeven haaien te verslaan. Inmiddels is echter van zijn vis alleen nog een karkas over.
Als hij de volgende ochtend eindelijk de kust bereikt, strompelt hij naar huis en valt daar uitgeput in een diepe slaap. Een groepje vissers, niet op de hoogte van Santiago's reis, verzamelt zich rond zijn boot en bewondert de restanten van de grote vis. Toeristen in het plaatselijke café denken dat het een haai is.
Manolin, die al die tijd bezorgd op zijn terugkeer heeft gewacht, huilt van opluchting als hij de oude man in slaap vindt. Hij haalt koffie en een krant voor Santiago, en als de oude man wakker wordt, belooft Manolin, dat zij op de volgende reis weer samen zullen zijn. Als Santiago weer in slaap valt, droomt hij van leeuwen op de kust van Afrika.
The Old Man and the Sea werd verfilmd in 1958 met in de hoofdrollen Spencer Tracy, Felipe Pazos, Harry Bellaver, Don Diamond en Don Blackman. Deze film kreeg een Oscar voor beste filmmuziek van de hand van Dmitri Tjomkin.
In 1990 is het boek verfilmd met Anthony Quinn in de hoofdrol.
In 1999 is er ook nog een animatiefilm uitgebracht. Deze is geregisseerd door Aleksandr Petrov en heeft een Oscar gewonnen. Het bijzondere aan de film is dat het een compilatie is van schilderijen.
[bron: wikipedia]
Dit boek is fantastisch geschreven. Het is nooit eentonig. Je sympathiseert hard met de oude man, omdat zijn doorzettingsvermogen heel ver gaat, net als zijn optimisme. Het verhaal is ook niet alledaags, je zou denken dat een verhaal van een man die gaat vissen saai is maar Hemingway kan dit gewoon fantastisch vertellen. Het verhaal vertelt naast de vissersavonturen van de oude man, ook het verhaal van een hechte vriendschap, die alles doorstaat. Het thema van dit boek - verslagenheid, nederlagen, het lot - is eens iets anders en heel inspirerend. De oude man heeft al zo lang niets gevangen en dan uiteindelijk krijgt hij weer niets, ondanks alle inspanningen. Een van de beste thema's vind ik ook het doorzettingsvermogen, de moed en trots die je nodig hebt in de strijd met de natuur. Het hele verhaal draait hier eigenlijk rond. Elke actie die de man op zee onderneemt, doet hij en houdt hij vol door zijn moed en zijn doorzettingsvermogen .Ik vind dat het boek zeker een prijs verdient door de vele diepe achterliggende symbolische betekenissen en verbanden.
Thomas [bron: https--www.langzullenwelezen.be]
--- Over (foto 2): Ernest Hemingway ---
Ernest Hemingway (1899-1961), auteur van onder andere Afscheid van de wapenen en De zon gaat op, ontving in 1954 de Nobelprijs voor de Literatuur. Voor wie de klok luidt verscheen in 1940. Hemingway beroofde zichzelf in 1961 van het leven.
[bron: https--www.bol.com]
Ernest Hemingway wordt algemeen beschouwd als een van de invloedrijkste 20e-eeuwse schrijvers. Hij is vooral bekend door zijn korte verhalen, die te herkennen zijn aan hun minimalistische schrijfstijl. Hemingway schreef met de 'ijsbergtechniek', die gericht is op het verhaal aan de oppervlakte, zonder veel bespreking van achterliggende thema's. Dit terwijl veel van het verhaal zich 'onder de oppervlakte' afspeelt. Zijn boeken zijn in meer dan 35 talen vertaald en hebben hem diverse prijzen opgeleverd. Zo ontving hij in 1953 de Pulitzerprijs voor zijn werk De oude man en de zee. Het jaar daarna ontving hij de Nobelprijs voor de Literatuur. Zijn belangrijkste werken zijn nooit uit druk geweest.
[bron: https--www.hebban.nl]
Ernest Miller Hemingway was an American author and journalist. His economical and understated style had a strong influence on 20th-century fiction, while his life of adventure and his public image influenced later generations. Hemingway produced most of his work between the mid-1920s and the mid-1950s, and won the Nobel Prize in Literature in 1954. He published seven novels, six short story collections and two non-fiction works. Three novels, four collections of short stories and three non-fiction works were published posthumously. Many of these are considered classics of American literature.
Hemingway was raised in Oak Park, Illinois, and after high school he reported for a few months for The Kansas City Star, before leaving for the Italian front to enlist with the World War I ambulance drivers. In 1918, he was seriously wounded and returned home. His wartime experiences formed the basis for his novel A Farewell to Arms. In 1922, he married Hadley Richardson, the first of his four wives. The couple moved to Paris, where he worked as a foreign correspondent, and fell under the influence of the modernist writers and artists of the 1920s "Lost Generation" expatriate community. The Sun Also Rises, Hemingway's first novel, was published in 1926.
After his 1927 divorce from Hadley Richardson, Hemingway married Pauline Pfeiffer. They divorced after he returned from Spanish Civil War where he had acted as a journalist, and after which he wrote For Whom the Bell Tolls. Martha Gellhorn became his third wife in 1940. They separated when he met Mary Welsh in London during World War II; during which he was present at the Normandy Landings and liberation of Paris.
Shortly after the publication of The Old Man and the Sea in 1952, Hemingway went on safari to Africa, where he was almost killed in two plane crashes that left him in pain and ill-health for much of the rest of his life. Hemingway had permanent residences in Key West, Florida, and Cuba during the 1930s and 1940s, but in 1959 he moved from Cuba to Ketchum, Idaho, where he committed suicide in the summer of 1961.
[source: https--www.goodreads.com]
Ernest Miller Hemingway (Oak Park (Illinois), 21 juli 1899 - Ketchum (Idaho), 2 juli 1961) was een Amerikaans romancier en auteur van korte verhalen die schreef in een viriele en extraverte stijl. Zijn literaire werk werd onderscheiden vanwege de stilistische zuiverheid, emotionele waarachtigheid en dramatische visie. In 1954 werd zijn oeuvre bekroond met de Nobelprijs voor de Literatuur.
Als jongeman deed Hemingway dienst als ambulancier bij het Rode Kruis in Italië in het laatste jaar van WO I. Later werkte hij als journalist, die de Grieks-Turkse oorlog voor de Toronto Star versloeg. Hij reisde regelmatig naar Spanje en de Oostenrijkse Alpen, maar verbleef vooral in Parijs. Zijn roman The Sun Also Rises (1926) kreeg onmiddellijk bijval, terwijl zijn volgende roman, A Farewell to Arms (1929), zijn reputatie vestigde als een van de belangrijkste hedendaagse schrijvers.
Hemingway keerde terug naar de Verenigde Staten in 1927, maar in 1937 ging hij terug naar Spanje als verslaggever van de Spaanse Burgeroorlog. Zijn ervaringen daar leidden tot zijn verhaal For Whom the Bell Tolls. Later won hij de Pulitzer prijs voor fictie voor zijn roman The Old Man and the Sea die hij in Cuba schreef.
In zijn latere jaren begon Hemingway aan depressies en paranoia te lijden. Hij werd twee keer opgenomen in het ziekenhuis, de Mayo Clinic in Rochester in Minnesota, waar hij elektroshockbehandelingen kreeg. Twee dagen na zijn terugkeer naar zijn huis in Ketchum pleegde hij zelfmoord met een jachtgeweer. Hemingway was vier keer getrouwd en liet drie zonen na.
In zijn fictie focust Hemingway op mensen die een gevaarlijk leven leiden - zoals vissers, soldaten, atleten en stierenvechters- die allen pijn en lijden op hun levensweg stoïcijns en moedig tegemoet treden. Zijn eerste boeken, Three Stories and Ten Poems (1923), In Our Time (korte verhalen, 1924), en The Torrents of Spring (roman, 1926), trokken vooral veel aandacht vanwege zijn stijl. Met de publicatie van The Sun Also Rises (1926) werd hij de woordvoerder van de Lost Generation. Deze roman gaat over een groep gedesillusioneerde expatriates in Parijs die na de Eerste Wereldoorlog hun tijd zo plezierig mogelijk doorbrengen in elkaars gezelschap.
Zijn volgende belangrijke roman, A Farewell to Arms (1929), vertelt het verhaal van een liefdesrelatie tussen een Amerikaanse ambulancechauffeur en een Engelse verpleegster aan het Italiaanse front tijdens de Eerste Wereldoorlog. Daarnaast schreef Hemingway ook bundels korte verhalen zoals Men without Women (1927) en Winner Take Nothing (1933), en zijn enige toneelstuk: The Fifth Column. In The First Forty-nine Stories uit 1938 staan de bekend geworden korte verhalen The Killers, The Undefeated en The Snows of Kilimanjaro. Tot zijn non-fictiewerken behoren Death in the Afternoon (1932) over stierenvechten, en Green Hills of Africa (1935), over de jacht op groot wild.
[bron: https--nl.wikibooks.org]
Ernest Hemingway was an American writer who won the Pulitzer Prize (1953) and the Nobel Prize in Literature (1954) for his novel The Old Man and the Sea, which was made into a 1958 film The Old Man and the Sea (1958).
He was born into the hands of his physician father. He was the second of six children of Dr. Clarence Hemingway and Grace Hemingway (the daughter of English immigrants). His father's interests in history and literature, as well as his outdoorsy hobbies (fishing and hunting), became a lifestyle for Ernest. His mother was a domineering type who wanted a daughter, not a son, and dressed Ernest as a girl and called him Ernestine. She also had a habit of abusing his quiet father, who suffered from diabetes, and Dr. Hemingway eventually committed suicide. Ernest later described the community in his hometown as one having "wide lawns and narrow minds".
In 1916 Hemingway graduated from high school and began his writing career as a reporter for The Kansas City Star. There he adopted his minimalist style by following the Star's style guide: "Use short sentences. Use short first paragraphs. Use vigorous English. Be positive, not negative." Six months later he joined the Ambulance Corps in WWI and worked as an ambulance driver on the Italian front, picking up human remains. In July 1918 he was seriously wounded by a mortar shell, which left shrapnel in both of his legs causing him much pain and requiring several surgeries. He was awarded the Silver Medal. Back in America, he continued his writing career working for Toronto Star . At that time he met Hadley Richardson and the two married in 1921.
In 1921, he became a Toronto Star reporter in Paris. There he published his first books, called "Three Stories and Ten Poems" (1923), and "In Our Time" (1924). In Paris he met Gertrude Stein, who introduced him to the circle that she called the "Lost Generation". F. Scott Fitzgerald, Thornton Wilder, Sherwood Anderson and Ezra Pound were stimulating Hemingway's talent. At that time he wrote "The Sun Also Rises" (1926), "A Farewell to Arms" (1929), and a dazzling collection of Forty-Nine stories. Hemingway also regarded the Russian writers Leo Tolstoy, Fyodor Dostoevsky, Ivan Turgenev and Anton Chekhov as important influences, and met Pablo Picasso and other artists through Gertrude Stein. "A Moveable Feast" (1964) is his classic memoir of Paris after WWI.
Hemingway participated in the Spanish Civil War and took part in the D-Day landings during the invasion of France during World War II, in which he not only reported the action but took part in it. In one instance he threw three hand grenades into a bunker, killing several SS officers. He was decorated with the Bronze Star for his action. His military experiences were emulated in "For Whom the Bell Tolls" (1940) and in several other stories. He settled near Havana, Cuba, where he wrote his best known work, "The Old Man and the Sea" (1953), for which he won a Pulitzer Prize and the Nobel Prize in Literature. This was adapted as the film The Old Man and the Sea (1958), for which Spencer Tracy was nominated for an Academy Award as Best Actor, and Dimitri Tiomkin received an Oscar for Best Musical Score.
War wounds, two plane crashes, four marriages and several affairs took their toll on Hemingway's hereditary predispositions and contributed to his declining health. He was diagnosed with bipolar disorder and insomnia in his later years. His mental condition was exacerbated by chronic alcoholism, diabetes and liver failure. After an unsuccessful treatment with electro-convulsive therapy, he suffered severe amnesia and his physical condition worsened. The memory loss obstructed his writing and everyday life. He committed suicide in 1961. Posthumous publications revealed a considerable body of his hidden writings, that was edited by his fourth wife, Mary, and also by his son Patrick Hemingway.
[source: imdb]
Ernest Miller Hemingway (Oak Park, 21 juli 1899 - Ketchum, 2 juli 1961) was een Amerikaans schrijver en journalist die in 1953 de Pulitzerprijs voor de literatuur won met The Old Man and the Sea en in 1954 de Nobelprijs voor Literatuur ontving. Hemingway produceerde de meeste van zijn werken tussen het midden van de jaren 1920 en het midden van de jaren 1950. Zijn sobere, uit de journalistiek ontstane schrijfstijl stond in sterk contrast met zijn imago van avonturier en zijn turbulent persoonlijk leven en zou grote invloed uitoefenen op het moderne Amerikaanse en Europese proza.
Tussen de twee wereldoorlogen werd hij de woordvoerder van de Lost Generation omdat hij in zijn vroege werk de problematiek en de mentaliteit van die generatie het best gestalte gaf. Hemingway was niet alleen actief als schrijver, maar was ook een journalist en oorlogscorrespondent, en daarnaast een avonturier, sportvisser en jager op groot wild, hetgeen tot uiting komt in de onderwerpen die hij voor zijn korte verhalen en romans koos. Tijdens zijn laatste levensjaren leed hij aan zware depressies die uiteindelijk leidden tot zijn zelfmoord op 2 juli 1961. Hij liet drie zonen na: John, met zijn eerste echtgenote Hadley Richardson, en Patrick en Gregory, met zijn tweede echtgenote Pauline Pfeiffer.
Zijn literaire nalatenschap is van blijvende waarde, wat onder meer geïllustreerd wordt door het feit dat zijn belangrijkste werken nooit uit druk zijn geweest.
Ernest Miller Hemingway werd geboren om 8 uur 's morgens op 21 juli 1899 in Oak Park, Illinois, een voorstad van Chicago. Zijn vader, Clarence Edmonds Hemingway, was een gynaecoloog en zijn moeder, Grace Hall, was een muzieklerares en voormalig uitvoerend artieste die daarna zang- en muzieklessen gaf aan kinderen uit de buurt. Beiden waren hoogopgeleid en zeer gerespecteerd binnen de conservatieve gemeenschap van Oak Park. Na hun huwelijk woonden Clarence en Grace Hemingway korte tijd bij Graces vader Ernest Hall, die ook de naamgever zou worden van hun eerste zoon. Later zou Ernest Hemingway zeggen dat hij een hekel had aan zijn voornaam, die hij in verband bracht met "de naïeve, zelfs dwaze held van Oscar Wildes toneelstuk The Importance of Being Earnest".
Hemingway had vijf broers en zussen. Marcelline (1898) was zijn oudere zuster en na hem werden Ursula (1902), Madelaine (1904), Carol (1911) en Leicester (1915) geboren. Het gezin verhuisde uiteindelijk naar een woning met zeven kamers in een respectabele buurt, met een muziekstudio voor Grace en een medisch kantoor voor Clarence.
Grace kleedde de jonge Ernest (die lange tijd de enige jongen van het gezin was) als een meisje, iets dat niet zo ongewoon was in die tijd en in haar milieu. Zo knipte ze zijn haren pas toen hij zes jaar oud was. De moeder van de jonge Ernest ging hier wel erg ver in en noemde haar jongen bijvoorbeeld "Dutch dolly". Biografen vermoeden dat deze vreemde relatie Hemingway heeft getekend voor het leven. Het erotisch beladen motief van het knippen van het haar van een jongen zou later in Hemingways verhalen verschillende keren opduiken, zoals in The Garden of Eden. Opvallend is ook dat in een aantal verhalen mannen voorkomen die om de een of andere reden impotent zijn geworden en wanhopig proberen hun mannelijkheid te herwinnen, zoals de stervende schrijver in The Snows of Kilimanjaro. Tegen zijn vrienden, onder meer tegen John Dos Passos, zei Hemingway als volwassene dat hij zijn moeder haatte en als hij het over haar had sprak hij over "that bitch". Zijn neef John Sanford, Marcellines zoon en nu een academicus, denkt daar echter anders over. Hij zei in een interview dat Hemingways nare woorden over zijn moeder slechts een 'cover-up' waren voor zijn diepe liefde voor haar, en een gevolg van zijn bitterheid omdat ze de onderwerpen waar hij over schreef maar niets vond.
Hemingways vader Clarence had waarden die van zijn congregationalistische koloniale voorouders vandaan kwamen en verbood dansen, drinken, gokken en roken. Deze zware, breedgeschouderde man hield in tegenstelling tot zijn vrouw vast aan een strikte discipline en sloeg Ernest zo nodig zelfs met de leren riem waarmee hij zijn scheermes sleep. Het motief van de gevoelloze dokter dook op in een van Hemingways eerste verhalen, The Doctor and the Doctor's Wife. Daarin komen dialogen voor tussen de dokter en zijn vrouw waarmee Hemingway herinneringen lijkt op te halen over werkelijke gesprekken die tussen zijn ouders hadden plaatsgevonden.
Hemingways moeder speelde vaak concerten in en rond het dorp en probeerde ook haar kinderen iets van die muzikaliteit mee te geven. Ernest had daar niet veel aanleg voor, maar op aandringen van zijn moeder leerde hij toch cello spelen. Dat zorgde voor heel wat spanningen, al gaf hij later toe dat de muzieklessen nuttig waren gebleken voor zijn schrijven. De familie bezat een zomerhuis met de naam 'Windemere' aan Walloon Lake, in de buurt van Petoskey, Michigan, waar hij vanaf zijn vierde jaar van zijn vader leerde jagen, vissen en kamperen in de bossen en meren van Noord-Michigan. Het was toen dat hij een passie kreeg voor de natuur en het leven in afgelegen, geïsoleerde gebieden.
Van 1913 tot 1917 ging Hemingway naar de Oak Park and River Forest High School, waar hij deelnam aan boksen, atletiek, waterpolo en voetbal. Hij blonk uit in Engels en speelde gedurende twee jaar in het schoolorkest met zijn zuster Marcelline. Hij volgde daar ook een cursus journalistiek, onderwezen door Fannie Biggs, die de klas leidde "alsof het een krantenbedrijf was". De betere schrijvers in de klas publiceerden artikels in The Trapeze, de schoolkrant. Zowel Hemingway als Marcelline hebben bij The Trapeze stukken ingediend. Hemingways eerste stuk, gepubliceerd in januari 1916, ging over het lokale optreden van het Chicago Symphony Orchestra. Hij bleef bijdragen leveren aan de Trapeze en de Tabula (schoolkrant en jaarboek), waarbij hij de taal van de sportredacteurs imiteerde en schreef onder het pseudoniem Ring Lardner, Jr. - een knipoog naar Ring Lardner van de Chicago Tribune.
Ernests ouders wilden dat hij naar de universiteit zou gaan. Vooral zijn vader had gehoopt dat zijn zoon in zijn voetsporen zou treden door eerst naar Oberlin College in Ohio te gaan en en vervolgens naar de medische school om dokter te worden. Op een gegeven moment heeft Hemingway zich blijkbaar voorgenomen om in journalistiek af te studeren aan de Universiteit van Illinois. In de herfst van 1917 besloot hij echter om de baan aan te nemen die zijn oom Tyler Hemingway voor hem had geregeld op de krant The Kansas City Star. Hoewel hij er slechts enkele maanden verbleef, beriep hij zich later op de stijlgids van de Star als basis voor zijn schrijven: "Gebruik korte zinnen; Gebruik een korte eerste alinea; Gebruik krachtig Engels; Wees positief, niet negatief..."
Tot 1917 waren de Verenigde Staten erin geslaagd om buiten de Eerste Wereldoorlog te blijven, maar in april 1917 schaarde het land zich aan de zijde van de geallieerden om de Duitsers en Oostenrijkers te bestrijden. Hemingway wilde dienst nemen, maar werd geweigerd vanwege een slecht linkeroog. Toen in de winter van 1917 het Rode Kruis campagne voerde om Amerikaanse vrijwilligers te ronselen die aan het Italiaanse front met ambulances wilden rijden, ging Hemingway daar enthousiast op in. Later loog hij over deze tijd, en beweerde voor het Italiaanse leger te hebben gevochten. In werkelijkheid bracht hij slechts een drietal weken door als ambulancechauffeur in Italië. Toen hij in Europa aankwam ging Hemingway eerst naar Parijs, tot hij begin juni de opdracht kreeg om naar Milaan te gaan.
Op de dag van zijn aankomst kreeg hij meteen zijn vuurdoop: in een ontploft munitiedepot moest hij verminkte lichamen en lichaamsdelen naar een geïmproviseerd mortuarium brengen. Twee dagen later werd hij naar een ambulance-eenheid in het plaatsje Schio gestuurd, waar hij ging werken als ambulancechauffeur. Op 8 juli 1918, pas enkele weken na zijn aankomst, werd hij aan zijn been gewond door granaatscherven, op het ogenblik dat hij chocolade en sigaretten aan Italiaanse soldaten langs de rivier de Piave uitdeelde. Volgens Ted Brumback (een andere ambulancechauffeur), die een brief schreef aan Hemingways vader, kreeg Hemingway meer dan 200 granaatscherven in zijn benen, maar slaagde hij er ondanks deze verwondingen toch in om een andere gewonde soldaat naar de Eerste Hulppost te brengen. Onderweg werd hij dan nog eens in zijn benen getroffen door verschillende machinegeweerkogels. Voor deze daad van zelfopoffering kreeg hij later de Italiaanse Zilveren Medaille voor Militaire Dapperheid. De verwonding aan zijn rechterknie was zo ernstig dat hij vreesde dat het been zou moeten worden geamputeerd. De daaropvolgende maanden verbleef hij in diverse militaire hospitalen. Herstellend van zijn verwondingen in een ziekenhuis in Milaan, werd Hemingway verliefd op Agnes von Kurowsky, een goed opgeleide Amerikaanse verpleegster die acht jaar ouder was dan hij. Deze romance zou hij later in zijn roman A Farewell to Arms verwerken.
Tijdens zijn dienst als Rode Kruisambulancier werd Hemingway bevriend met kapitein Jim Gamble. Deze bood hem aan om te betalen voor een gezamenlijke reis door Europa die een jaar zou duren, maar Agnes wilde trouwen en drong erop aan, dat Hemingway naar de VS terugkeerde om een baan te zoeken. Op 7 maart 1919 schreef Agnes hem echter dat ze verloofd was met een Italiaanse officier. Ze zouden elkaar nooit meer ontmoeten, al keerde Agnes later wel terug naar de Verenigde Staten. Op deze geschiedenis is de speelfilm In Love and War (1996) van Richard Attenborough gebaseerd.
Toen Hemingway in januari van 1919 terugkeerde vanuit Italië vond hij Oak Park saai in vergelijking met de oorlogsavonturen, de schoonheid van vreemde landen en romance met Agnes von Kurowsky. Hij was negentien jaar oud, maar de oorlog had hem voor zijn leeftijd vroegrijp gemaakt. Zijn ouders begrepen nooit goed wat hun zoon had meegemaakt. Kort na zijn thuiskomst begonnen ze hem onder druk te zetten om een baan te zoeken of om zijn scholing voor te zetten, maar Hemingway kon geen interesse meer opbrengen voor zoiets. Van de 1000 dollar ontvangen verzekeringsuitkeringen voor zijn oorlogswonden kon hij bijna een jaar zonder te werken leven. Hij woonde in het huis van zijn ouders en bracht zijn tijd door in de bibliotheek of met thuis lezen. Hij sprak kleine maatschappelijke organisaties toe over zijn oorlogsheldendaden en werd vaak gezien in zijn Rode Kruisuniform, wandelend door de stad.
In september 1919 trok hij samen met middelbare-schoolvrienden op een vis- en kampeertocht naar het achterland van Michigans 'Upper Peninsula'. Deze trip werd de inspiratie voor zijn korte verhaal Big Two-Hearted River, waarin het semi-autobiografische personage Nick Adams de eenzaamheid van de ongeschonden natuur opzoekt om na zijn terugkeer uit de oorlog tot rust te komen.
Toen hij een lezing gaf in de openbare bibliotheek van Petoskey in Michigan, werd hij benaderd door Harriett Connable, de vrouw van een stafmedewerker voor het bedrijf van de Woolworths-winkelketen in Toronto. Ze was onder de indruk van zijn atletische verschijning, intelligentie en zelfvertrouwen en stelde Hemingway voor, om haar fysiek zwakke zoon onder zijn hoede te nemen en hem kennis laten maken met de geneugten van lichamelijke activiteiten. Zo werd hij betaald begeleider van de jonge Ralph Connable, wat hem voldoende tijd gaf om zich aan het schrijven te blijven wijden. Eind dat jaar begon hij als freelancer en buitenlands correspondent voor de Toronto Star Weekly. Hij keerde de volgende juni terug naar Michigan en verhuisde vervolgens in september 1920 naar Chicago, waar hij met vrienden samenwoonde en verhalen bleef opsturen naar de Toronto Star.
In Chicago werkte Hemingway als mederedacteur van het maandblad Cooperative Commonwealth, waar hij de schrijver Sherwood Anderson ontmoette. Hij maakte in Chicago ook kennis met Hadley Richardson, die vanuit St. Louis de zus van Hemingways kamergenoot kwam bezoeken. Hemingway werd meteen verliefd op haar. Later zou hij over deze eerste ontmoeting zeggen: "Ik wist dat ze het meisje was waarmee ik ging trouwen." Hadley was roodharig, heel zorgzaam en acht jaar ouder dan Hemingway. Sommige biografen menen dat Hadley hem aan Agnes deed denken, maar Hadley, die opgevoed was door een overbezorgde moeder, gaf een veel minder volwassen indruk. Na een maandenlange correspondentie besloot het koppel te trouwen en naar Europa af te reizen. Ze wilden eerst Rome bezoeken, maar Sherwood Anderson overtuigde hen, om voor Parijs te kiezen. Ze trouwden op 3 september 1921. Twee maanden later werd Hemingway ingehuurd als buitenlands correspondent voor de Toronto Star en het echtpaar vertrok naar Parijs. Op dit punt in zijn leven leek Hemingway alles bereikt te hebben wat hij met Agnes had gewild: de liefde van een mooie vrouw, een comfortabel inkomen en een avontuurlijk leven in Europa.
1922-1927: Parijs en de Lost Generation
Voor de Hemingways naar Frankrijk vertrokken, had Sherwood Anderson zijn vriend Ernest een introductiebrief meegegeven voor de literaire expatriates waarmee Hemingway in contact hoopte te komen. Het koppel betrok in een arme Parijse buurt een appartement in de rue Cardinal Lemoine 74. Hemingway maakte vervolgens gebruik van zijn brief om toegang te krijgen tot de salon van Gertrude Stein en de literaire kring rond Ezra Pound. Op die manier kwam hij weldra ook in contact met Wyndham Lewis, Sylvia Beach, James Joyce en Ford Madox Ford. Hemingway deed zijn best om indruk te maken op zijn nieuwe vrienden, zeker omdat hij besefte dat zij hem konden helpen bij het waarmaken van zijn literaire ambities. Hij werkte hard en huurde speciaal een kamer in de rue Descartes 39 om daar elke morgen ongestoord te kunnen schrijven. Het was daar dat hij leerde om zichzelf een strak werkschema op te leggen en niet te stoppen voor hij een aantal pagina's had afgewerkt en precies wist waar hij de volgende morgen over zou moeten schrijven.
Gertrude Stein zou een van Hemingways belangrijkste mentors worden in zijn schrijverschap. Zij was van Duits-Amerikaanse afkomst, maar woonde al sinds 1902 in Parijs. T.S. Eliot en Ezra Pound kozen spoedig na haar eveneens Europa tot verblijfplaats. Tussen de twee wereldoorlogen verlieten ook onder meer F. Scott Fitzgerald, John Dos Passos en Hemingway tijdelijk de Verenigde Staten. Deze expatriates, overlevende kunstenaars en schrijvers van de Eerste Wereldoorlog, die nu in vrijwillige ballingschap in Parijs leefden, werden door Gertrude Stein the Lost Generation gedoopt. Een van de belangrijkste redenen waarom schrijvers naar Frankrijk uitweken, was dat er geen censuur bestond op publicaties in het Engels, waardoor ze boeken konden uitgeven die in de conservatievere VS en in Groot-Brittannië geweigerd zouden worden. De eerste werken van Hemingway laten behalve duidelijke invloeden van Pound ook invloeden van Stein zien, zoals veelvuldig gebruik van het tegenwoordig deelwoord en herhalingen. Hoewel Stein een stuk ouder was dan Hemingway had ze een zwak voor hem, onder meer vanwege zijn knappe uiterlijk. De vriendschap tussen Hemingway en Stein verkeerde echter in het tegendeel toen Hemingway Stein eenmaal in zijn roem begon te overschaduwen. Stein beweerde later dat zij en Anderson Hemingway samen "gemaakt" hadden en dat hij van zichzelf maar een "bang en provinciaal mannetje" was. Hemingway op zijn beurt verklaarde in Death in the Afternoon (1932) dat hij nooit iets van Stein geleerd had, maar zij wel wat van hem: het schrijven van dialogen.
Tijdens zijn eerste 20 maanden in Parijs stuurde Hemingway 88 verhalen op naar de Toronto Star. Om verslag te kunnen uitbrengen over de Europese politieke en militaire gebeurtenissen reisde hij veel met de trein. Met name de Grieks-Turkse oorlog leverde hem veel materiaal, en hij schreef scherpe vignetten over de vluchtelingen en vuurpelotons die hij had gezien. Daarnaast boog hij zich in zijn stukken ook over culturele onderwerpen, stierenvechten, tonijnvissen, skiën, bobsleeën, enzovoort. In december 1922 woonde Hemingway voor de Toronto Star een internationale conferentie bij in het Zwitserse Lausanne. Hij vroeg aan Hadley in een brief om naar hem toe te komen en zijn manuscripten mee te brengen. Toen ze met de trein vanuit Parijs aankwam, bekende ze huilend dat de koffer met de manuscripten van zijn verhalen verloren was gegaan. Hemingway was verpletterd door het nieuws. Het beschadigde voorgoed zijn relatie met Hadley en later zou hij deze episode in zijn leven evoceren in A Moveable Feast.
Hemingway begon tijdens de jaren 1920 geleidelijk aan zijn gedichten te publiceren in The Double Dealer en in andere, kleine maar belangrijke Europese literaire tijdschriften zoals Poetry en Der Querschnitt. In 1923 werd zijn eerste kleine boek gepubliceerd met verhalen en gedichten: Three Stories and Ten Poems. De verhalen in deze bundel zijn geschreven volgens Hemingways "ijsbergtheorie": door dingen weg te laten in een verhaal maak je het sterker (te vergelijken met het motto "Kill your darlings"). In januari van dat jaar werd Hadley zwanger. Het belette Hemingway niet om in de zomer met haar de Spaanse stad Pamplona te bezoeken en de San Fermínfeesten bij te wonen. Hemingway was gefascineerd door het stierenvechten en noemde het geen sport, maar een tragedie waarin de stier was gedoemd om te sterven. Ze gingen er niet alleen naar de corrida de toros kijken; Hemingway nam ook zelf deel aan de gevaarlijke stierenrennen door de straten van de stad. Hij schreef er vijf vignetten over en ging later uitgebreider in op deze ervaringen in The Sun Also Rises en Death in the Afternoon. In juni 1925 brachten ze een groep Amerikaanse en Britse expatriates mee naar Pamplona: Hemingways jeugdvriend Bill Smith, Stewart, Lady Duff Twysden (die net gescheiden was), haar minnaar Pat Guthrie, en Harold Loeb. Een paar dagen na de fiësta, op zijn verjaardag (21 juli), begon Hemingway te schrijven aan Fiesta (het latere The Sun Also Rises), dat hij voltooide in acht weken. Het manuscript bereikte in april 1926 zijn New Yorkse uitgever en na het corrigeren van de proefversie in Parijs leverde Hemingway het in augustus 1926 af aan Scribner's, die de roman in oktober van dat jaar publiceerde. Het betekende een keerpunt in zijn schrijversloopbaan: tot dan toe had Hemingway zich in zijn fictie namelijk vrijwel uitsluitend met korte verhalen beziggehouden. Zowel zijn uitgever als zijn mentor F. Scott Fitzgerald hadden hem echter voorgehouden dat met korte verhalen niet veel te verdienen viel, en dat romans wel goed verkochten. Hemingway had hun raad opgevolgd, en na een valse start om een roman rond zijn personage Nick Adams te schrijven, zou The Sun Also Rises hem bekend maken als romancier.
Met het oog op de geboorte van hun kind verhuisde het paar van hun Parijse zolderkamertje naar Toronto. Ernest bleef werken voor de Toronto Daily Star, maar na het opwindende leventje in Parijs kon hij moeilijk aarden in Toronto. Bovendien liet de nieuwe baas van deze krant hem elke dag langer werken en verplichtte hij Hemingway om verslag uit te brengen over triviale dingen. De druppel die de emmer deed overlopen was de uitbrander die Hemingway van zijn baas kreeg omdat hij zich naar het ziekenhuis had gespoed waar Hadley lag te bevallen, in plaats van eerst zijn stuk voor de krant binnen te brengen. De razende Hemingway nam terstond ontslag en ging bij de Toronto Star Weekly werken. Een paar maanden na de geboorte van hun zoon, John Hadley Nicanor Hemingway (roepnaam "Jack") reisde het jonge gezinnetje aan boord van een schip naar Frankrijk af, zodat Hemingway zich weer aan zijn artistieke ambities kon wijden.
...
De Spaanse Burgeroorlog duurde van 17 juli 1936 tot 1 april 1939 en was een conflict tussen de Republikeinen, die trouw bleven aan de bestaande Spaanse Republiek en de Nationalisten, een groep militaire putschisten onder leiding van generaal Francisco Franco. In 1936 stelde North American Newspaper Alliance, een van de grote nieuwsagentschappen die artikelen leverde aan de kranten, Hemingway voor om naar Spanje te gaan als reporter en verslag uit te brengen over die burgeroorlog. Hemingway ging hierop in. Joris Ivens, een Nederlandse communistische filmmaker, vroeg Hemingway om hem te helpen bij het maken van een documentaire over de oorlog. Hemingway schreef het commentaar bij de film en daaruit bleek dat hij de Republikeinse zaak genegen was. De film kreeg de titel The Spanish Earth ("Spaanse aarde") en Orson Welles zou de voice-over leveren, maar uiteindelijk was het Hemingway zelf die dit voor zijn rekening nam.
In Spanje begon Hemingway een relatie met Martha Gellhorn, een 28-jarige journaliste die werkte voor The New Republic en Paris Vogue en ook een roman en een verhalenbundel had gepubliceerd. Ze hadden elkaar voor het eerst ontmoet in 1936 in een bar in Key West en nu logeerden ze in hetzelfde hotel op dezelfde verdieping. Aanvankelijk verzette ze zich tegen zijn avances. Echter, tijdens een bombardement bevonden ze zich in dezelfde kamer opgesloten en dat bracht hen dichter bij elkaar. Ze werden verliefd en bleven in Spanje tot 1939.
In oktober 1937 begon Hemingway met het schrijven van The Fifth Column, zijn enige toneelstuk, dat een jaar later zou worden gepubliceerd. Daarin kwam het personage Dorothy Bruggen voor, een onvriendelijke karikatuur van Martha Gellhorn. In 1939 bevond Hemingway zich in Havana, waar hij in februari begon te schrijven aan For Whom the Bell Tolls. Omdat Pauline zich tegen een echtscheiding verzette, kon Hemingway pas in 1940 huwen met Martha Gellhorn. Dat jaar kwam ook For Whom the Bell Tolls uit en het boek werd een groot succes: de eerste zes maanden werden er reeds een half miljoen exemplaren van verkocht. In dezelfde periode dat hij aan deze roman werkte, was Hemingway ook bezig met twee andere schrijfprojecten: Islands in the Stream en The Garden of Eden, die beide pas postuum zouden verschijnen.
Met zijn nieuwe echtgenote trok Hemingway in 1941 naar China om daar samen met haar artikelen over de Chinees-Japanse oorlog te schrijven. Toen ze uitgeput van hun ervaringen terugkeerden naar Cuba, begon Hemingway zijn boot Pilar om te bouwen tot een soort torpedobootjager. Samen met zijn vrienden maakte hij in de Pilar lange tochten in Cubaanse wateren, op zoek naar Duitse onderzeeërs. Die vonden ze niet en ze brachten hun tijd dan maar door met vissen en drinken. Tijdens een kleine ceremonie in juni 1947 aan de Amerikaanse ambassade in Cuba, zou Hemingway niettemin worden bekroond met een "Bronze Star" voor zijn verdienste als oorlogscorrespondent en voor het zich vrijelijk bewegen in gevechtszones onder vuur, ten einde zich een nauwkeurig beeld te kunnen vormen van de condities aldaar. De enige die Hemingway blijkbaar niet kon imponeren met zijn patriottisme en branie was Martha, die haar koffers pakte en alleen naar Europa vertrok. Hemingway reisde pas in de lente van 1944 af naar Londen, waar hij als correspondent de oorlog van dichtbij wilde volgen.
1944-1947: Tweede Wereldoorlog en Europa
In Londen aangekomen, begon Hemingway artikelen te schrijven over de luchtgevechten en bombardementen. Hij dronk veel en raakte betrokken in een zwaar auto-ongeluk. Martha bezocht hem in het ziekenhuis. Zij minimaliseerde zijn verwondingen en bekritiseerde hem omdat hij dronken betrokken was geweest in een verkeersongeluk. Hemingway, die echt zwaargewond was, voelde zich zeer ontdaan door haar koele en scherpe reactie. Hun relatie zou niet lang meer stand houden. In Londen leerde Hemingway namelijk Mary Welsh kennen, een correspondente van Time magazine die hem tijdens zijn herstel wel de aandacht en zorg schonk waar hij naar scheen te verlangen. De derde keer dat ze elkaar ontmoetten, deed Hemingway haar reeds een huwelijksaanzoek, maar ze zouden pas in 1946 trouwen.
Hemingway was op dinsdag 6 juni 1944 aanwezig bij de landing in Normandië op D-Day, hoewel hij van de legerleiding op een landingsvaartuig moest blijven. Eind juli van dat jaar sloot hij zich aan bij het 22e infanterieregiment onder bevel van kolonel Charles 'Buck' Lanham, dat op weg was naar Parijs. Hij zou ook de leiding hebben genomen van een groepje verzetsstrijders, onder wie oudgedienden uit de Spaanse Burgeroorlog, waarmee hij naar eigen zeggen het Parijse Hôtel Ritz en de bar bevrijdde. Door het leiden van een gewapende groep verzetsstrijders had Hemingway echter het Verdrag van Genève geschonden. Als journalist was het hem namelijk uitdrukkelijk verboden om deel te nemen aan militaire acties. Toch ontsnapte hij aan een veroordeling door te beweren dat hij alleen advies had gegeven. De bevrijding van het Ritz-hotel werd de daaropvolgende week uitgebreid gevierd, en nadien reisde Hemingway naar het noorden van Frankrijk om zich terug bij zijn vriend kolonel Buck Lanham en het 22e infanterieregiment van de geallieerden aan te sluiten.
Later maakte hij enkele van de zwaarste gevechten tijdens de Slag om het Hürtgenwald mee en ontsnapte volgens vrienden verschillende keren ternauwernood aan de dood. In december 1944 werd hij ernstig ziek, kreeg hoge koorts en moest met een longontsteking worden opgenomen bij het begin van het Ardennenoffensief. 'Voor zijn inspanningen en talent om de lezers een levendig beeld te schetsen van wat zich aan het front afspeelde', werd hij voorgedragen voor een Bronze Star.
Hemingway keerde terug naar de VS in maart 1946 met het voornemen om een grote oorlogsroman te schrijven, maar die is er nooit gekomen. Het enige boek met enige lengte dat hij zou produceren over de Tweede Wereldoorlog was Across the River and Into the Trees, dat in 1950 bij Scribner's werd uitgegeven.
Na de oorlog verbleef Hemingway met Mary een tijdje in Venetië en Torcello alvorens terug te keren naar zijn huis in Cuba. In Venetië was hij verliefd geworden op een negentienjarig meisje, Adriana Ivancich, wat hem inspiratie gaf voor zijn verhaal Across the River and Into the Trees over een gepensioneerd brigadegeneraal en zijn relatie in Venetië met een veel jongere vrouw die hij zijn dochter noemt. Adriana ontwierp de omslag en later ontwierp ze ook de cover voor The Old Man and the Sea. Toen het boek in 1950 door Scribner's werd gepubliceerd, hadden critici geen goed woord over voor het sentimentele verhaal. Hemingway reageerde ironisch: "Zeker ze kunnen om het even wat zeggen dat er niets gebeurt in Across the River; al wat gebeurt, is de verdediging van de benedenloop van de Piave, de doorbraak in Normandië, de inname van Parijs... plus een man die van een meisje houdt en sterft." Gekwetst door de negatieve reacties, nam Hemingway zich voor met een sterke novelle terug te slaan: een eenvoudig, mythisch verhaal over een oude man en een vis. Ditmaal prezen de critici hem de hemel in. Hemingway ontving in 1953 de Pulitzer Prize voor fictie voor The Old Man and the Sea. De novelle verscheen eerst in Life magazine met vijf miljoen verkochte exemplaren en ook het boek deed het goed.
1954 werd een ongeluksjaar voor de Hemingways. In januari 1954, tijdens een reis door Afrika, werden zij tweemaal het slachtoffer van een vliegtuigongeluk. Op 21 januari stortte hun gecharterde Cessna neer toen de piloot een vlucht vogels wilde ontwijken boven de Murchison Falls, en de dag daarop namen ze een ander vliegtuig om naar een hospitaal in Entebbe te vliegen en dit ontplofte bij vertrek. Hemingway hield hier volgens zijn biograaf Baker een zware hersenschudding, beschadigingen aan ruggengraat, lever, nier en milt, en eerstegraads brandwonden aan gezicht en armen aan over. Herstellend op zijn hotelkamer in Entebbe, had Hemingway het genoegen om zijn eigen overlijdensberichten in de kranten te lezen. Tegen beter weten in ondernam hij enkele weken later een vistocht met Mary en Patrick, en toen hij een brand nabij hun kamp wilde helpen blussen, viel hij door zijn slechte conditie in het vuur en hield er nog meer brandwonden aan over dan hij al had. Hemingway zou nooit meer helemaal herstellen van deze ongelukken. De pijn zou hij de rest van zijn leven meedragen en zijn depressies werden erger.
Hemingway won in oktober van datzelfde jaar de Nobelprijs voor Literatuur "voor zijn meesterschap in de kunst van het vertellen, meest recentelijk gedemonstreerd in The Old Man and the Sea en voor de invloed die hij heeft uitgeoefend op de contemporaine stijl." Op 28 oktober, de dag dat het nieuws bekend werd, legde hij tegenover de pers een verklaring af, waarin hij zei dat Carl Sandburg, Isak Dinesen of Bernard Berenson de prijs meer verdienden, maar dat het geld welkom was. Door een kunstcriticus en twee oudere, mindere schrijvers te noemen, ontweek hij volgens sommige critici handig het noemen van sterke tijdgenoten zoals John Steinbeck. Omdat hij nog onvoldoende hersteld was van zijn vliegtuigongelukken en de bosbrand om de prijs persoonlijk in ontvangst te kunnen nemen in Stockholm, liet hij zijn dankwoord voorlezen. De Amerikaanse ambassadeur in Zweden, John Cabot, nam de prijs in zijn naam in ontvangst.
Bij het ontvangen van de Nobelprijs benadrukte Hemingway de eenzaamheid en het isolement van de schrijver:
"Writing, at its best, is a lonely life. Organizations for writers palliate the writer's loneliness but I doubt if they improve his writing. He grows in public stature as he sheds his loneliness and often his work deteriorates. For he does his work alone and if he is a good enough writer he must face eternity, or the lack of it, each day"
"Schrijven, op zijn best, is een eenzaam leven. Organisaties voor schrijvers verzachten de eenzaamheid van de schrijver, maar ik twijfel of ze hem beter doen schrijven. Hij krijgt meer publiek aanzien als hij zijn eenzaamheid afschudt maar dikwijls gaat dan zijn werk achteruit. Immers, hij werkt alleen en als hij een goed schrijver is moet hij de eeuwigheid of het gebrek eraan elke dag onder ogen zien."
Het prijzengeld van 35000 dollar stelde hem in staat om een deel van zijn schulden af te betalen, en de gouden medaille bewaarde hij enige tijd in een geheime juwelenlade in zijn huis Finca Vigía, vooraleer ze te schenken aan Cuba's beschermheilige La Virgen de la Caridad del Cobre om te bewaren in de schrijn van de aan haar opgedragen basiliek.
De periode na het winnen van de Nobelprijs was erg druk en belastend voor Hemingway, die voortdurend last had van zijn rugkwetsuur en nauwelijks aan schrijven toekwam door de vele bezoekers die de winnaar thuis (in "Finca Vigía") wilden interviewen. Toen hij werd uitgenodigd op de set van The Old Man and The Sea, ergerde hij zich ook aan de cast van de film. Zo vond hij Spencer Tracy te dik en te burgerlijk, en de jongen die voor de rol van Manolo was uitgekozen noemde hij een kruising tussen een kikkervisje en de Amerikaanse schrijfster Anita Loos. Zijn manuscript met Afrikaanse verhalen bleef door al die drukte onaangeroerd liggen, en Hemingway beperkte zich tot het schrijven van artikelen voor tijdschriften. De zomer van 1956 bracht hij door met het schrijven van korte verhalen zoals A Room on the Garden Side (over de bevrijding van het Ritz-hotel) en The Cross Roads, waarin de verteller en zijn groep vluchtende Duitsers in Frankrijk doden en beroven die in 1944 op weg naar Aken zijn. In augustus van dat jaar besefte Hemingway dat er van schrijven niet veel meer terecht zou komen en begon een nieuwe reis naar Europa te plannen. Mary's bloedarmoede was bovendien verslechterd en Hemingway dacht dat een ander klimaat haar goed zou doen. Na enkele weken verblijf in New York vertrokken ze met de Franse oceaanlijner Ile-de-France. Een hoogtepunt op die reis die hen door verschillende Europese landen bracht, was voor Hemingway de vierdaagse feria met stierenvechten te Zaragoza. Hemingways gezondheid was tijdens de cruise echter zodanig verslechterd, dat hij op de terugtocht aan boord van de Ile-de-France behandeld moest worden voor zijn slecht werkende lever, een hoge bloeddruk en hoge cholesterolwaarden.
Nadat Fidel Castro in 1959 aan de macht kwam, verlieten Ernest en Mary Hemingway hun huis in Cuba en verhuisden naar Ketchum, in Idaho. Daar bracht de schrijver de laatste jaren van zijn leven door, voortdurend kampend met ernstige gezondheidsproblemen.
Op zijn zestigste zag Hemingway er afgeleefd en oud uit. Hij dronk meer dan ooit en leed aan vlagen van manische uitbarstingen gevolgd door diepe depressies. Op 2 juli 1961 was hij naar gewoonte vroeg opgestaan, had zich aangekleed, maar begaf zich niet naar zijn schrijfkamer van zijn huis in Idaho waar zijn schrijfmachine stond. In plaats daarvan haalde hij zijn favoriete dubbelloops jachtgeweer Boss & Co. uit de wapenkamer in de kelder, laadde het met twee kogels van zwaar kaliber en ging naar boven in de hal, waar hij de loop in zijn mond stak en de trekker overhaalde. Hij was niet de enige in zijn familie die zelfmoord pleegde. Zijn vader (Clarence), broer (Leicester), zuster (Ursula) en zijn kleindochter Margaux kwamen op dezelfde manier aan hun eind. Hemingway kreeg een katholieke begrafenis, omdat de kerk oordeelde dat hij niet bij zijn volle verstand moest zijn geweest op het moment van zijn zelfmoord. Hij werd begraven in Ketchum.
Omtrent de zelfmoord van Ernest Hemingway bestaan verschillende theorieën. De meest gangbare theorie is dat hij in een diepe depressie was verzeild, in het besef dat zijn literaire hoogtijdagen voorgoed achter hem lagen. Het schrijven viel hem ook fysiek moeilijk na de vele trauma's die hij had opgelopen bij de ongelukken. Wellicht leed Hemingway aan dezelfde genetische bloedziekte (hemochromatose) als zijn vader, waarbij het onvermogen om ijzer te metaboliseren culmineert in mentale en fysieke achteruitgang. Verschillende dokters hadden hem op het hart gedrukt om vooral te stoppen met drinken, maar Hemingway had dit advies genegeerd. Enkele malen was hij met elektroshocks behandeld in de Mayo Clinic van Minnesota, maar de depressies bleven terugkomen. Na deze behandelingen begon Hemingway symptomen van dementie en paranoia te vertonen. Een van die waanbeelden was dat de FBI het op hem gemunt had en hem liet volgen. Er bestaat echter ook een andere theorie die Hemingways beweringen wel ernstig neemt. Zo is zijn vriend A.E. Hotchner, 13 jaar lang een nauwe medewerker, ervan overtuigd dat Hemingway sinds de jaren veertig in de gaten werd gehouden door de FBI, vanwege zijn contacten en banden met Cuba, wat zou blijken uit de vrijgave van een FBI-dossier in 1983. Hemingway was het jaar voor zijn zelfmoord op 61-jarige leeftijd onder druk van de Amerikaanse autoriteiten van Cuba naar Amerika teruggekeerd. Tijdens een ontmoeting met Hotchner in 1960 vertelde Hemingway hoe de FBI hem schaduwde. Zijn bankrekening werd nagetrokken, zijn telefoon afgeluisterd en zijn post regelmatig onderschept, en soms, als hij in een bar zat, herkende hij FBI-agenten. Hotchner vertelt ook, hoe Hemingway hem vanuit zijn ziekenhuiskamer opbelde en zei dat in zijn kamer microfoontjes waren geplaatst en dat de telefoon werd afgeluisterd.
Zijn testament op datum van 15 september 1955 wees Mary Hemingway aan als executant voor al zijn eigendommen van welke aard ook, literaire inbegrepen. Mary kwam zo in het bezit van al zijn brieven en maakte van haar recht gebruik om de komende vijftien jaar de meeste verzoeken tot publicatie ervan tegen te houden, ook al waren veel originelen in bezit van particulieren en instellingen, en had de schrijver zelf tijdens zijn leven verzoeken in die richting regelmatig ingewilligd. In de geautoriseerde biografie van 1969 door Carlos Baker werden wel een honderdtal brieven van Hemingway opgenomen.
...
Bibliografie
(werken na 1961 zijn postuum gepubliceerd)
Romans
1926 The Torrents of Spring
1926 The Sun Also Rises
1929 A Farewell to Arms
1937 To Have and Have Not
1940 For Whom the Bell Tolls
1950 Across the River and into the Trees
1952 The Old Man and the Sea
1970 Islands in the Stream
1986 The Garden of Eden
1999 True at First Light
Non-fictie
1932 Death in the Afternoon
1935 Green Hills of Africa
1962 Hemingway, The Wild Years
1964 A Moveable Feast
1967 By-Line: Ernest Hemingway
1970 Ernest Hemingway: Cub Reporter
1985 The Dangerous Summer
1985 Dateline: Toronto
2005 Under Kilimanjaro
Brieven
1981 Ernest Hemingway Selected Letters 1917-1961
2011-2013 The Cambridge Edition of the Letters of Ernest Hemingway (The letters of Ernest Hemingway: Volume 1, 1907-1922; Volume 2, 1923-1925)
Collecties
1923 Three Stories and Ten Poems
1925 In Our Time
1927 Men Without Women
1933 Winner Take Nothing
1938 The Fifth Column and the First Forty-Nine Stories
1947 The Essential Hemingway
1961 The Snows of Kilimanjaro and Other Stories
1969 The Fifth Column and Four Stories of the Spanish Civil War
1972 The Nick Adams Stories
1979 88 Poems
1979 Complete Poems
1984 The Short Stories of Ernest Hemingway
1987 The Complete Short Stories of Ernest Hemingway
1995 Ernest Hemingway: The Collected Stories
1999 Hemingway on Writing
2000 Hemingway on Fishing
2003 Hemingway on Hunting
2003 Hemingway on War
2008 Hemingway on Paris
Prijzen en onderscheidingen
Een Bronze Star, zoals die aan Hemingway werd toegekend
Tijdens zijn leven werd Hemingway bekroond met:
- Medaglia d'argento al valor militare (Zilveren medaille voor Dapperheid, Italië) in de Eerste Wereldoorlog
- Bronze Star (als oorlogscorrespondent in de Tweede Wereldoorlog, VS) in 1947
- Pulitzerprijs in 1953 (voor The Old Man and the Sea, VS)
- American Academy of Arts and Letters Award of Merit in 1954
- Nobelprijs voor Literatuur in 1954
[bron: wikipedia]
Zoekertjesnummer: m2135255712
Populaire zoektermen
Literatuur Boekenernest claes in Literatuurstijn streuvels in Literatuurfelix timmermans in Literatuurvan maele in Literatuurtimmermans in Literatuurcyriel buysse in Literatuurgoddelijke komedie dante in Literatuurherman brusselmans in Literatuurrussische bibliotheek in Literatuurtantes cyriel buysse in Literatuurhet dwaallicht in Literatuurhoutekiet in Literatuurlezer in Literatuurlouis paul boon in Literatuurgrand hotel europa in Literatuurguido gezelle in Literatuurjmh berckmans in Literatuurverzameld werk in Literatuurbench press bar in Sport en Fitness6 gaats velgen in Banden en Velgenaprilia sx 50 in Derbidoppen stoelpoten in Doe-het-zelf en Bouwlit louis philippe