Er zijn talloze soorten wraps die je kunt maken. Je kunt kiezen voor volkoren wraps of wraps van maïs, en je kunt ze vullen met allerlei ingrediënten. Denk aan een wrap met hummus, gegrilde groenten en feta, of een klassieke kipwrap met sla en tomaat. Ook zoete opties zijn mogelijk, zoals wraps met nutella en banaan.
Om een wrap zo vers mogelijk te houden, is het belangrijk om ze goed te verpakken. Dit kun je doen door ze in folie in te pakken of in een luchtdichte container te bewaren. Zorg ervoor dat je ze in de koelkast plaatst als je ze niet meteen eet. Als ze wat uitdrogen, kun je ze even kort verwarmen in de pan om ze weer zacht te maken.
Het belangrijkste verschil tussen koude en warme wraps is de temperatuur en de manier van bereiden. Koude wraps zijn meestal op basis van verse ingrediënten en worden koud gegeten, zoals een saladewrap. Warme wraps daarentegen zijn vaak gevuld met warme ingrediënten en kunnen worden gegrild, wat zorgt voor een knapperige buitenkant en een warme, gesmolten binnenkant.
Populaire vleessoorten voor wraps zijn onder andere kip, rundvlees en kalkoen. Je kunt ook kiezen voor pulled pork of pittige garnalen voor een extra kick. Vegetariërs kunnen zelfs kiezen voor stevige opties zoals tempeh of lente-uitjes. Het is ook leuk om te experimenteren met verschillende marinades en kruiden voor extra smaak.
Om een wrap gezond te maken, kun je beginnen met een volkoren of groentewrap als basis. Vul het met magere eiwitten zoals kip of tofu en voeg veel groenten toe. Denk aan spinazie, wortels, paprika en komkommer. Vergeet niet om een gezonde saus of dressing te gebruiken, zoals yoghurt of hummus, in plaats van zware sauzen.