De belangrijkste kenmerken van een benne zijn dat het een mand of bak is, meestal gemaakt van stevige materialen om zware ladingen te kunnen dragen. Ze zijn vaak rond of ovaal van vorm en hebben soms handvatten voor beter transport. Daarnaast zijn ze ontworpen om een hoge belasting te weerstaan, vooral in een mijnomgeving waar ze gebruikelijk zijn.
Een benne wordt traditioneel gebruikt om steenkolen of andere materialen uit de mijnen te vervoeren. Werknemers kunnen de benne vullen met kolen en deze vervolgens omhoog takelen naar de oppervlakte. Dit maakt het een essentieel onderdeel van de mijnbouwoperaties, omdat het een efficiënte manier biedt om zware ladingen te verplaatsen.
Bennen worden meestal gemaakt van stevig hout of metaal, afhankelijk van het beoogde gebruik. Houten bennen zijn lichter en gemakkelijker te hanteren, terwijl metalen bennen duurzamer zijn en beter bestand tegen slijtage in zware omstandigheden. Het gebruik van ijzeren hoepels om de vaten te verstevigen is ook gebruikelijk in veel ontwerpen.
Bennen zijn belangrijk in de mijnbouwgeschiedenis omdat ze een cruciale rol hebben gespeeld in de ontwikkeling van de steenkolenindustrie. Ze hielpen bij het efficiënt transporteren van kolen van de mijn naar de verwerkingsfaciliteiten, wat de algehele productie en omzetbaarheid van deze natuurlijke hulpbron verhoogde. Zonder de ontwikkeling van de benne zou de effectiviteit van de mijnbouw aanzienlijk zijn verminderd.
Er zijn verschillende types benne die zich hebben ontwikkeld op basis van functie en gebruik. Naast de traditionele houten en metalen bennen, zijn er ook speciale ontwerpen voor specifieke materialen, zoals bennen die zijn ontworpen voor het transport van zand of grind. Sommige bennen hebben extra functies, zoals afneembare handvatten of speciale versterkingen voor extra duurzaamheid.