Eksters zijn vaak herkenbaar aan hun zwart-witte veren en lange staart. Ze hebben een glanzende, iriserende uitstraling en hun snavel is vrij krachtig, wat hen helpt om voedsel te vinden. Hun grootte is vergelijkbaar met die van een kraai, maar ze zijn iets slanker. Naast hun uiterlijk, staan ze bekend om hun scherpe intelligentie en sociale gedrag. Wanneer je een ekster observeert, zie je vaak dat ze in groepen opereren, wat ook invloed heeft op hun jagen en eten.
In de lente zijn eksters bijzonder actief. Dit is de tijd waarin ze hun nesten bouwen en broeden. Je kunt ze vaak zien vliegen, en ze zijn zeer territoriaal. Mannetjes voeren vaak displays uit om vrouwtjes aan te trekken en om hun gebied te verdedigen. Dit gedrag zorgt ervoor dat je hun gekwetter en gekwetter goed kunt horen, vooral in de vroege ochtend. Eksters zijn ook bekend om hun een-nest voorkeur, wat betekent dat ze maar één nest per seizoen maken.
Eksters spelen een belangrijke rol in hun ecosysteem als zowel opdregers als scavengers. Ze helpen bij het verspreiden van zaden, wat bijdraagt aan de plantengroei. Ook dragen ze bij aan de natuurlijke afbraak van organisch materiaal door dode dieren te consumeren. Dit gedrag helpt om de populatie van andere insecten te reguleren, wat op zijn beurt onze omgeving helpt gezond te houden. Als opportunistische eters zijn ze essentieel voor het in stand houden van de biodiversiteit in hun leefomgeving.
Eksters worden vaak als slim beschouwd vanwege hun probleemoplossend vermogen en aanpassingsvermogen. Ze gebruiken tools om voedsel te verkrijgen en kunnen complexe strategieën bedenken om hun doelen te bereiken. Daarnaast hebben ze een uitstekend geheugen, waardoor ze zich kunnen herinneren waar ze voedsel hebben verstopt. Dit intelligentie niveau wordt vaak vergeleken met dat van sommige primaten en het maakt ze bijzonder fascinerend om te observeren.
Als je eksters wilt observeren zonder ze te storen, is het slim om op afstand te blijven en gebruik te maken van een verrekijker. Zoek naar plekken waar ze vaak komen, zoals parken of boomgaarden. Vermijd felle kleuren en lawaai, want dat kan hen afschrikken. Probeer ze te observeren tijdens hun dagelijkse activiteiten, zoals het zoeken naar voedsel of het bouwen van een nest. Geduld is hierbij de sleutel; na verloop van tijd zullen ze minder bang zijn voor jouw aanwezigheid.