Om te zorgen dat de kraan van je regenton niet lekt, is het belangrijk om de kraan goed te installeren. Begin met het booren van een geschikt gat in de regenton en zorg ervoor dat de kraan goed in het gat past. Gebruik eventueel een rubberen ring voor extra afdichting. Controleer na de installatie regelmatig op eventuele lekkages. Als je toch een lekkage ontdekt, kan het nodig zijn om de kraan opnieuw aan te draaien of de afdichting te vervangen.
Een normale kraan is voornamelijk bedoeld om water af te tappen voor bijvoorbeeld een gieter of emmer. Een tuinslangkraan heeft de mogelijkheid om een tuinslang aan te sluiten, waardoor je direct water kunt afgeven waar je het nodig hebt. Dit maakt het gemakkelijker om je tuin te besproeien zonder dat je telkens een gieter hoeft te vullen.
Plaats je regenton bij voorkeur op een goed bereikbare plek, maar ook dicht bij de afvoer van je dak. Hierdoor kan het regenwater eenvoudig in de regenton komen. Zorg ervoor dat de kraan op een hoogte zit die handig is voor het vullen van gieters, bij voorkeur ongeveer 30 cm van de grond. Dit maakt het gebruik van de kraan een stuk handiger.
Om de kraan van je regenton goed te laten functioneren, heb je enkele accessoires nodig. Denk aan een hoos voor de kraan om het water gemakkelijk te kunnen afvoeren. Het kan ook handig zijn om een vuilfilter te hebben om verontreinigingen uit het water te houden. Daarnaast kan een kraanverlenging handig zijn als je moeilijk bij de kraan kunt komen.
Het aansluiten van een tuinslang op de kraan van je regenton is eenvoudig. Zorg ervoor dat de kraan goed is gesloten en gebruik een tuinslangadapter die past op je kraan. Schroef de adapter op de kraan en bevestig vervolgens de tuinslang aan de adapter. Zorg ervoor dat alles stevig is vastgedraaid om lekkages te voorkomen.