Om ervoor te zorgen dat broedeieren van kwartels goed bewaard worden, moet je ze op een koele, droge plaats houden. De ideale temperatuur ligt tussen de 10 en 15 graden Celsius. Zorg ervoor dat de eieren niet worden blootgesteld aan direct zonlicht en draai ze regelmatig om te voorkomen dat het dooier aan de schaal plakt.
Kwartels hebben specifieke behoeften tijdens het uitbroeden. Ze vereisen een stabiele temperatuur van ongeveer 37,5 graden Celsius en een luchtvochtigheid van 45-50% in de eerste fase van het broeden. Na 14 dagen moet de luchtvochtigheid worden verhoogd naar 65-70% om de uitkomst te vergemakkelijken.
Gezonde broedeieren van kwartels zijn meestal schoon, vrij van scheuren en hebben een gelijkmatige kleur. Je kunt ook een zogenaamde eierenlamptest gebruiken; als het ei goed is, zie je een duidelijk zichtbare schaduw van het dooier en een heldere luchtbel in het ei. Vermijd eieren met vreemde vlekken of een gescheurde schaal.
De optimale temperatuur voor het broeden van kwartels is rond de 37,5 graden Celsius. Het is belangrijk om je broedmachine goed in de gaten te houden en de temperatuur regelmatig te controleren, want zelfs kleine schommelingen kunnen de uitkomst beïnvloeden. Gebruik een thermometer om nauwkeurig te zijn.
Als een kwartel ei niet uitkomt, kan dit verschillende oorzaken hebben, zoals een te hoge of te lage temperatuur, onvoldoende luchtvochtigheid of ongezonde eieren. Het is belangrijk om te wachten tot de 18e dag voordat je conclusies trekt. Soms kan een ei nog uitkomen, vooral als er tekenen van leven zijn.