Gedroogd brandhout heeft verschillende voordelen. Ten eerste brandt het efficiënter, wat betekent dat je minder hout nodig hebt om dezelfde hoeveelheid warmte te genereren. Dit zorgt voor een schonere verbranding, wat beter is voor het milieu en minder roet in je schoorsteen. Daarnaast vermindert het de kans op creosootvorming, die kan leiden tot schoorsteenbrand. Bovendien is gedroogd hout gemakkelijker aan te steken en heeft het een aangenamere geur tijdens het branden.
Over het algemeen wordt aangeraden om brandhout minimaal 6 tot 12 maanden te laten drogen, afhankelijk van de houtsoort en de omgeving. Zacht hout, zoals dennen, droogt sneller dan hardhout zoals eiken of beuk. Zorg ervoor dat je het hout op een goed geventileerde plaats opslaat, zodat het droog blijft. Een goede manier om te controleren of het hout klaar is om te gebruiken, is door te kijken naar de kleur en te horen als het hout knoest bij het breken, wat aangeeft dat het droog is.
Zacht en hardhout verschillen vooral in hun dichtheid en brandeigenschappen. Zacht hout, zoals dennen en spar, brandt sneller en is vaak eenvoudiger te zagen en te hanteren. Hardhout, zoals eiken of beuken, brandt echter langer en geeft meer warmte vrij, wat het ideaal maakt voor gebruik in open haarden of kachels. Als je lange tijd warmte wilt, is hardhout de betere keuze, terwijl je voor een snel vlammetje of een open vuur beter zacht hout kunt gebruiken.
Om je brandhout op de beste manier te bewaren, moet je het hout op een droge, goed geventileerde plek plaatsen. Bescherm het tegen regen met een zeil of een afdak, maar laat de zijkanten open zodat lucht kan circuleren. Stapel het hout in een manier dat lucht er gemakkelijk omheen kan stromen, bij voorkeur op een ondergrond die niet vochtig is. Door het hout omhoog te houden van de grond, voorkom je dat het vocht opneemt.
Bij het aansteken van een open haard met brandhout zijn er een paar handige tips. Begin met wat klein, droog aanmaakhout en papier. Zorg dat er een goede luchtcirculatie is; zet de luchtkleppen open. Plaats het aanmaakhout in een piramidevorm en voeg daarop de grotere stukken brandhout. Steek het papier aan en wacht tot het kleinste hout begint te branden voordat je de grotere stukken toevoegt. Vermijd het overbeladen van de haard en zorg voor een constante aanvoer van zuurstof om een goede verbranding te garanderen.