Goed droog brandhout herken je aan een aantal kenmerken. Ten eerste klinkt het licht als je tegen de stukken hout tikt; het moet niet dof klinken. Daarnaast heeft goed droog hout vaak barstjes in de oppervlakte en is het gewicht relatief laag. Een vochtigheid percentage van 20% of lager is ideaal. Je kunt een vochtmeter gebruiken om dit te meten, maar in het algemeen geldt: hoe lichter en gekloofder, hoe beter.
Hout als brandstof heeft enkele belangrijke voordelen. Ten eerste is het een hernieuwbare energiebron, wat betekent dat het duurzamer is dan fossiele brandstoffen. Hout zorgt ook voor een aangename sfeer en warmte in huis en het produceert een heerlijke geur tijdens het branden. Bovendien is het vaak goedkoper en is het makkelijker verkrijgbaar in landelijke gebieden dan andere brandstoffen.
De hoeveelheid brandhout die je nodig hebt voor een winter hangt af van verschillende factoren zoals de grootte van je huis, de isolatie, en hoe vaak je de haard gaat stoken. Gemiddeld genomen heb je ongeveer 2 tot 5 stères (of kuub) hout nodig voor een verwarmingsseizoen, maar het is altijd een goed idee om iets meer in te slaan dan je denkt dat je nodig hebt, voor de zekerheid.
Ja, je kunt brandhout zelf drogen en dit kan een kosteneffectieve manier zijn om aan brandstof te komen. Zorg ervoor dat je het hout op een droge, goed geventileerde plek opslaat, bij voorkeur in de zon. Het is het beste om het hout in kleinere stukken te kloven en het enkele maanden tot een jaar te laten drogen. Het gebruik van een afdak kan helpen om de regen weg te houden, zodat het hout niet weer vochtig wordt.
Voor een open haard zijn er verschillende houtsoorten die goed werken. Hardhoutsoorten zoals eik, beuk en esdoorn branden langzaam en geven veel warmte af, wat ideaal is voor langdurig stoken. Zachthout zoals dennen en sparren branden sneller en geven meer rook en geur, maar zijn ook goed voor het starten van je vuur. Het mengen van verschillende houtsoorten kan voor een mooiere vuurervaring zorgen.