Goede strips bevatten vaak een sterke verhaallijn en goed ontwikkelde personages. De tekeningen moeten aantrekkelijk zijn en bijdragen aan de sfeer van het verhaal. Daarnaast is de dialoog belangrijk; deze moet natuurlijk aanvoelen en de lezer meeslepen. Creativiteit speelt ook een grote rol, zoals het gebruik van unieke stijlen of onverwachte plotwendingen.
Strips hebben een lange geschiedenis die teruggaat tot de late 19e eeuw. Oorspronkelijk waren het eenvoudige tekeningen met tekstballonnen. In de loop der jaren zijn ze geëvolueerd naar complexere verhalen en stijlen, waarbij technieken zoals kleurgebruik en panelling zijn verbeterd. De opkomst van graphic novels heeft ook bijgedragen aan deze evolutie, waarbij verhalen serieuzer en gelaagder werden.
Een uniek stripverhaal heeft vaak een bijzondere artistieke stijl, een origineel verhaal of een interessante benadering van bekende thema's. Dit kan gedaan worden door ongewone verteltechnieken te gebruiken of door diepere sociale of politieke kwesties aan te snijden. De combinatie van beeld en tekst moet een unieke ervaring bieden die de lezer niet snel vergeet.
Enkele van de meest invloedrijke strips in de geschiedenis zijn 'Superman', die de superheldenverhalen populariseerde, en 'Maus' van Art Spiegelman, dat een diepgaande blik biedt op de Holocaust. Ook 'Tintin' heeft een enorme impact gehad door zijn uitgebreide verhaallijnen en wereldwijde aantrekkingskracht. Strips als 'Watchmen' hebben het genre bovendien volwassen gemaakt.
Veel voorkomende thema's in strips zijn avontuur, vriendschap, liefde, en goed versus kwaad. Sociale problemen zoals ongelijkheid of milieu zorgen ook voor stof tot nadenken in veel verhalen. Bijkomstig zijn vaak humoristische elementen aanwezig, die een luchtige toon aan ernstigere boodschappen kunnen geven.