De Hitlerjugend werd opgericht in 1926 en was bedoeld als een jeugdbeweging voor jongens tussen de 14 en 18 jaar. In de jaren dertig, na de machtsgrepen van de NSDAP, groeide de organisatie explosief. Door het verplicht stellen van het lidmaatschap vanaf 1939, werden bijna alle jongeren in Duitsland betrokken bij de ideologie van de partij. Ze leerden de waarden van het nationaalsocialisme en werden voorbereid op militaire dienst.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog speelde de Hitlerjugend een cruciale rol in het ondersteunen van het Duitse leger. Jongeren werden opgeleid in militaire vaardigheden en betrokken bij allerlei ondersteunende taken, zoals luchtbescherming en voedselvoorziening. Met de verliezen van oudere soldaten door de oorlog, werden steeds meer jongeren naar het front gestuurd, vooral in de laatste jaren van de oorlog.
De Hitlerjugend organiseerde verschillende activiteiten die gericht waren op fysieke training, militaire oefeningen en ideologische indoctrinatie. Ze hielden kampen, sportevenementen en parades waar jongens en meisjes deelnamen aan groepsactiviteiten die hen moesten voorbereiden op hun rol in de maatschappij en het leger. Deze evenementen waren vaak ook een manier om de gedachtegoed van de NSDAP te verspreiden.
Het lidmaatschap van de Hitlerjugend had ingrijpende gevolgen voor jongeren. Het gaf hen een gevoel van horen bij een grotere zaak en bood mogelijkheden voor sociale contacten en vriendschappen. Tegelijkertijd werden zij blootgesteld aan propaganda en indoctrinatie, waardoor hun wereldbeeld sterk werd beïnvloed. Voor velen leidde dit tot een leven lang loyale aanhang van de idealen van de NSDAP.
Tegenwoordig krijgt de Hitlerjugend vooral aandacht in het kader van historische studies en educatieve programma's. Veel mensen zijn geïnteresseerd in de impact die deze organisatie had op de samenleving en op de ontwikkeling van jongeren destijds. Musea en onderwijsinstellingen besteden aandacht aan deze periode om de gevaren van indoctrinatie en extremisme te belichten. Dit draagt bij aan een beter begrip van de geschiedenis en de lessen die we daaruit kunnen trekken.