Brandhout komt vaak van verschillende soorten bomen. Er zijn voornamelijk hardhoutsoorten, zoals eik en beuk, en zachthoutsoorten, zoals den en spar. Hardhout heeft meestal een hogere energiewaarde en brandt langer, terwijl zachthout sneller vlam vat maar snel verbrandt.
Een goede indicatie dat brandhout goed gedroogd is, is het gewicht en de kleur. Droog hout is lichter en heeft vaak een grijze kleur aan de buitenkant. Je kunt ook een houtvochtmeter gebruiken om de vochtigheidsgraad te meten; deze zou idealiter onder de 20% moeten liggen voor optimale verbranding.
Ja, er is zeker een verschil. Hout voor de open haard is doorgaans meer gericht op warmteafgifte en kan harder zijn, terwijl hout voor barbecues vaak zachter en aangenamer in smaak is. Barbecuehout kan ook specifieke smaken geven aan het voedsel, afhankelijk van de houtsoort.
Hardhout heeft een hogere energiewaarde, wat betekent dat het meer warmte produceert bij verbranding. Daarnaast brandt hardhout langzamer, waardoor je minder vaak moet bijvullen en een constantere warmteafgifte hebt, wat ideaal is voor stookdoeleinden en het verwarmen van een ruimte.
Brandhout moet op een droge en goed geventileerde plek worden opgeslagen, bij voorkeur boven de grond op een houten pallet. Dit voorkomt dat het hout in contact komt met vochtige grond en helpt schimmelvorming te voorkomen. Zorg ook voor een afdekking om regen te vermijden, zonder het hout volledig af te sluiten, zodat het kan blijven ademen.