In oude sprookjesboeken komen thema's als goed versus kwaad, de kracht van liefde, en de strijd om rechtvaardigheid vaak terug. Deze verhalen zijn vaak bedoeld om belangrijke levenslessen over te brengen, zoals trouw, vriendschap en het overwinnen van tegenslagen.
Oude sprookjesboeken stimuleren de verbeeldingskracht en creativiteit van kinderen. Ze leren ook belangrijke waarden en sociale vaardigheden, zoals empathie en begrip voor anderen. Kinderen leren bovendien de structuur van verhalen kennen, wat hun taalvaardigheid en analytisch denken bevordert.
Sprookjesboeken zijn bij volwassenen populair omdat ze vaak nostalgische gevoelens oproepen en ons terugbrengen naar onze kindertijd. Daarnaast bevatten ze vaak diepere betekenissen en allegorieën die ons aanzetten tot reflectie over leven en maatschappij.
Enkele van de bekendste vertellingen uit oude sprookjesboeken zijn 'Hans en Grietje', 'Sneeuwwitje', en 'De kleine zeemeermin'. Deze verhalen zijn generaties lang doorgegeven en zijn vaak aangepast aan de moderne tijd terwijl de kern van het verhaal intact is gebleven.
De illustraties in oude sprookjesboeken zijn meestal rijkelijk vormgegeven met veel aandacht voor detail. Ze zijn vaak kleurrijk en fantasierijk, wat de magie van de verhalen versterkt. Dit helpt de lezer om zich in de wereld van het sprookje te verplaatsen en de emoties van de personages te voelen.