Een reservewiel is ontzettend handig om bij je te hebben in geval van een lekke band. Het maakt het mogelijk om snel weer op weg te gaan zonder te wachten op pechhulp. Bovendien kun je met een reservewiel veiliger rijden, aangezien je niet hoeft te tobben met een beschadigde band tijdens het rijden. Het kan ook extra gemoedsrust geven, vooral als je lange ritten maakt buiten de stad.
Je moet een reservewiel gebruiken wanneer je een lekke band hebt en je het niet veilig is om verder te rijden. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als je merkt dat je band niet meer genoeg lucht heeft, of als je een duidelijke beschadiging aan de band ziet. Het is belangrijk om het reservewiel direct te monteren zodat je veilig verder kunt reizen.
Om te controleren of je reservewiel in goede staat is, moet je eerst de bandenspanning meten. Zorg ervoor dat deze op het aanbevolen niveau is. Daarnaast is het verstandig om de band visueel te inspecteren op scheuren, bulten of andere beschadigingen. Vergeet ook niet te kijken of het reservewiel compleet is met een wieldop of bevestigingsmateriaal, zodat je het ook echt kunt gebruiken als dat nodig is.
Een volwaardig reservewiel is hetzelfde als de andere wielen van je auto, met een vergelijkbare grootte en specificaties. Dit betekent dat je zonder problemen op hogere snelheden kunt rijden. Aan de andere kant is een noodreservewiel meestal kleiner en lichter, wat betekent dat je beperkt bent in snelheid en afstand. Het is voornamelijk bedoeld om je tijdelijk te helpen naar een garage te rijden voor vervanging.
Over het algemeen is het aan te raden om niet langer dan nodig met een reservewiel te rijden, vooral niet met een noodreservewiel. De snelheid en afstand kunnen beperkt zijn, vaak tot ongeveer 80 km/u en gewoonlijk niet verder dan 80 km. Het doel is om zo snel mogelijk het reservewiel te vervangen door een volwaardige band.