Het is belangrijk om regelmatig de profieldiepte van je autobanden te controleren. Als de profieldiepte minder is dan 1.6 mm, zijn de banden aan vervanging toe. Daarnaast kun je ook slijtage-indicatoren op de banden vinden die aangeven wanneer ze versleten zijn. Als je zichtbare schade of scheuren op de banden opmerkt, is het ook tijd om ze te vervangen.
Tekenen dat je banden versleten zijn, zijn onder andere een ongelijkmatige slijtage of een plotselinge afname van de grip op natte wegen. Je kunt ook een hoorbaar geluid opmerken tijdens het rijden, wat kan duiden op versleten banden. Als je vaker moet bijsturen of als je auto trilt terwijl je rijdt, zijn dit ook signalen dat je misschien nieuwe banden nodig hebt.
Het is meestal aan te raden om alle vier de banden tegelijkertijd te vervangen, vooral als ze ongeveer dezelfde slijtage vertonen. Dit zorgt voor een betere grip en stabiliteit tijdens het rijden. In sommige gevallen kun je ook alleen de achterste of voorste banden vervangen, afhankelijk van de slijtage, maar dit moet wel goed worden overwogen om onbalans te voorkomen.
De luchtdruk van je autobanden kun je eenvoudig controleren met een luchtdrukmeter. Zorg ervoor dat je dit doet als de banden koud zijn, dus niet na een rit. Vergelijk de gemeten waarden met de aanbevolen waarden die vaak op een sticker in de deurpost van je auto staan. Het is belangrijk om de juiste druk aan te houden voor een betere grip en brandstofverbruik.
Zomerbanden zijn ontworpen voor gebruik bij hogere temperaturen en bieden optimale grip op droge en natte wegen. Winterbanden daarentegen, hebben speciale profielen en rubbermengsels die beter presteren bij lage temperaturen en op sneeuw of ijs. Het is essentieel om de juiste banden te kiezen op basis van het seizoen voor de veiligheid en prestaties van je voertuig.