President Kennedy had verschillende belangrijke prestaties tijdens zijn termijn, waaronder de oprichting van de Peace Corps, een organisatie die jongeren aanmoedigde om vrijwilligerswerk in het buitenland te doen. Tevens speelde hij een cruciale rol in het stimuleren van de Amerikaanse economie door middel van belastingverlagingen en investeringen. Ook de toespraak die hij hield over de ruimtevaart, waarin hij het ambitieuze doel stelde om een man op de maan te zetten vóór het einde van het decennium, wordt vaak als een van zijn grootste prestaties gezien.
De Cubacrisis in oktober 1962 was een van de meest gespannen momenten tijdens Kennedys presidentschap. Het resulteerde in een directe confrontatie met de Sovjetunie en stelde Kennedy voor een enorm dilemma: of militair in te grijpen of te onderhandelen. Hij koos voor diplomatiek overleg, wat resulteerde in een overeenkomst die een nucleaire oorlog kon voorkomen. De manier waarop hij deze crisis beheerde, droeg bij aan zijn reputatie als een sterke leider op het wereldtoneel.
Kennedy's bijdragen aan de ruimtewedloop waren significant. Hij kondigde aan dat de Verenigde Staten hun inspanningen in de ruimte moesten verhogen en stelde het doel om binnen tien jaar een man op de maan te zetten, wat leidde tot de Apollo-programma's. Deze beslissingen hielpen niet alleen bij het versterken van de nationale trots, maar leidden ook tot grote technologische vooruitgang en de ontwikkeling van nieuwe industrieën.
Kennedy had een gemengde impact op de burgerrechtenbeweging. Hoewel hij in eerste instantie terughoudend was om zich openlijk uit te spreken over burgerrechten, veranderde zijn standpunt naarmate de druk van activisten toenam. Hij stuurde federale troepen naar Alabama om de rechten van Afro-Amerikaanse studenten te beschermen en steunde uiteindelijk de wetgeving die leidde tot de Civil Rights Act van 1964.
De nalatenschap van Kennedy wordt vandaag de dag op verschillende manieren gezien. Voor velen is hij een symbool van hoop en verandering, een jongeman met een visie voor een betere toekomst. Zijn woorden "Vraag niet wat je land voor je kan doen, maar vraag wat jij voor je land kunt doen" blijven inspirerend. Aan de andere kant zijn er ook critici die zijn beleid en leiderschap ter discussie stellen, vooral met betrekking tot zijn aanpak van oorlog en buitenlandse zaken.