Ontvang meldingen van nieuwe zoekresultaten

Sorteer op

marx in Verzamelen

Veelgestelde vragen

De onderstaande waarden zijn gebaseerd op je zoekopdracht en de ingestelde filters

Volgens Marx is klassenstrijd de motor van sociale verandering. Hij geloofde dat de samenleving altijd verdeeld was in klassen die verschillende economische belangen hadden. De bourgeoisie, of de eigenaren van de productiemiddelen, stonden in tegenstrijd met de proletariërs, de arbeiders, die hun arbeidskracht verkochten. Deze strijd tussen de klassen zou uiteindelijk leiden tot de omverwerping van het kapitalisme en de vestiging van een communistische samenleving.
Marx dacht dat de economische basis van een samenleving - de productie en de materiële voorwaarden - de bovenbouw vormde, zoals politiek, recht en cultuur. Hij stelde dat veranderingen in de economische structuur direct invloed hadden op de sociale en politieke verhoudingen. Wanneer de basis verandert, bijvoorbeeld door technologische vooruitgang, zal dit leiden tot veranderingen in de bovenbouw en zo de maatschappelijke verhoudingen beïnvloeden.
Marx stelde dat kapitalisme gekenmerkt wordt door privaat eigendom van de productiemiddelen en de uitbuiting van arbeid. In tegenstelling tot socialisme, waar de middelen gezamenlijk worden bezeten en er geprobeerd wordt om economische gelijkheid te creëren. Hij geloofde dat in socialisme de productiemiddelen in handen van de gemeenschap zouden komen, wat zou leiden tot het welzijn van iedereen, terwijl kapitalisme leidt tot ongelijkheid en klasseconflicten.
Marx zag de rol van de arbeider als essentieel voor de productie. Hij geloofde dat arbeiders de waarde van goederen creëerden door hun arbeid, maar dat ze slechts een klein deel van die waarde terugkregen als loon. Hij vond dat de arbeiders zich moesten verenigen om hun plaats in de samenleving te verbeteren en om te strijden tegen uitbuiting. Deze solidariteit was cruciaal voor een sociale revolutie.
Enkele van de belangrijkste werken van Marx zijn "Het Communistisch Manifest" en "Het Kapitaal". In deze boeken legt hij zijn theorieën over de klassenstrijd, economische systemen en de rol van arbeid uit. Ze zijn essentieel om een goed begrip te krijgen van zijn gedachten en de invloed die hij heeft gehad op de politieke en economische filosofie.