Je kunt een plantenspuit het beste regelmatig gebruiken, afhankelijk van de behoeften van je planten en de omgeving. Over het algemeen is het goed om je planten een paar keer per week te besproeien, vooral als de luchtvochtigheid laag is of als ze in een warme ruimte staan. Het helpt om een gezonde luchtvochtigheid rondom je planten te behouden, wat cruciaal is voor hun groei.
In een plantenspuit gebruik je bij voorkeur zacht water, zoals kraanwater dat enkele uren heeft gestaan, zodat de chloor kan verdampen. Dit helpt om de bladeren van je planten niet te beschadigen. Vermijd hard water, omdat dit mineralen bevat die kunnen ophopen en de bladeren kunnen verbruinen.
Ja, je kunt voedingsstoffen in de plantenspuit toevoegen als je gebruikmaakt van verdunde vloeibare meststoffen. Zorg ervoor dat je de instructies op de verpakking volgt om de juiste verhouding te gebruiken. Dit kan je planten extra voeding geven, vooral als je merkt dat ze wat hulp kunnen gebruiken.
Het is belangrijk om de bladeren van planten te besproeien omdat dit helpt om stof en vuil te verwijderen, wat de photosynthese bevordert. Daarnaast verhoogt het de luchtvochtigheid rond de plant, wat bijzonder nuttig is voor tropische plantensoorten die van een vochtigere omgeving houden. Besproeien kan ook helpen bij het voorkomen van plagen zoals spint.
Om je plantenspuit goed schoon te maken, vul je deze met een mengsel van warm water en een beetje afwasmiddel. Laat het een tijdje weken en geef het een goede schud om resten te verwijderen. Spoel daarna grondig met schoon water om zeker te zijn dat er geen zeepresten achterblijven, wat je planten zou kunnen schaden.