Crassula-planten zijn erg aangepast aan droge omstandigheden. Het is meestal voldoende om ze eens in de twee weken water te geven. Zorg ervoor dat de bovenste laag van de grond goed opdroogt tussen de waterbeurten. In de winter kan je de frequentie met de helft verminderen, omdat de plant dan minder groeit.
De ideale grond voor een Crassula is goed doorlatend en luchtig. Je kunt speciale cactusgrond gebruiken, of je kunt gewone potgrond mengen met zand of perliet om de drainage te verbeteren. Zorg ervoor dat de pot waarin je de plant plaatst ook gaten heeft, zodat overtollig water kan weglopen.
Bij het verpotten van een Crassula is het belangrijk om voorzichtig te werk te gaan. Kies een pot die iets groter is dan de vorige, maar niet te groot. Verwijder voorzichtig de plant uit de oude pot en schud de losse aarde van de wortels. Plaats de plant in de nieuwe pot met verse grond en vul aan. Geef na verpotten wat water, maar zorg ervoor dat de grond niet te nat is.
Crassula's hebben niet veel voeding nodig. Je kunt tijdens het groeiseizoen, meestal van het voorjaar tot de herfst, een lichte vloeibare meststof geven. Een keer per maand is voldoende. In de winter, wanneer de plant zijn groei vertraagt, hoef je helemaal geen voeding te geven.
De kleur van een Crassula kan veranderen door verschillende omgevingsfactoren, zoals licht en water. Als de bladeren donkerder worden, kan dat een teken zijn dat ze meer licht nodig hebben. Aan de andere kant kunnen bleke bladeren duiden op te veel direct zonlicht of een gebrek aan water. Het is altijd goed om de plant in de gaten te houden en de omstandigheden aan te passen.