Om de levensduur van de batterij van je fiets te verhogen, is het belangrijk om hem op de juiste manier op te laden. Zorg ervoor dat je de accu niet volledig leeg rijdt voordat je hem weer oplaadt. Probeer de batterij tussen de 20% en 80% te houden. Het is ook aan te raden om de batterij op een koele, droge plaats te bewaren wanneer je hem niet gebruikt, en zorg ervoor dat je hem regelmatig oplaadt, zelfs als je de fiets een tijd niet gebruikt.
Als je batterij niet meer op te laden lijkt, kun je eerst controleren of de lader goed functioneert. Sluit de lader aan op een stopcontact en luister of er geluiden van de lader komen. Controleer ook of de accu goed is aangesloten. Soms kan het helpen om de batterij een paar uur uit de fiets te halen en opnieuw aan te sluiten. Als dit niet werkt, kan het zijn dat de batterij versleten is en vervangen moet worden.
Het is eigenlijk niet aan te raden om je batterij in de regen te laten. Hoewel veel moderne batterijen een zekere bescherming hebben tegen vocht, is het beter om vocht zoveel mogelijk te vermijden. Probeer je fiets onder een afdak te parkeren of gebruik een beschermhoes. Op deze manier voorkom je dat er water in de batterij of aansluitingen komt, wat schade kan veroorzaken.
De actieradius van je fiets hangt af van verschillende factoren, zoals het type terrein, je gewicht, en de ondersteuningsinstellingen die je gebruikt. Gemiddeld genomen kun je met een volle batterij tussen de 50 en 120 kilometer fietsen. Zorg ervoor dat je je accu goed onderhoudt om maximale prestaties te waarborgen.
Symptomen van een verslechterde batterij zijn onder andere een aanzienlijke vermindering van de actieradius, vreemde geluiden tijdens het opladen, of als de batterij langer nodig heeft om op te laden dan voorheen. Als je merkt dat je fiets minder goed presteert en de batterij symptomen vertoont die hierboven zijn genoemd, kan het tijd zijn om de batterij te laten controleren of te vervangen.