De belangrijkste oorzaken van de Eerste Wereldoorlog waren de complexe allianties tussen landen, nationalisme, imperialisme, en militarisme. Het moorden op de Oostenrijkse aartshertog Franz Ferdinand in 1914 leidde tot een ketenreactie van oorlogsverklaringen.
België speelde een cruciale rol als strijdtoneel tijdens de oorlog. Het werd binnengevallen door Duitsland, wat leidde tot de Britse oorlogsverklaring aan Duitsland. De Slag om Luik en de Slag om Ieper zijn slechts enkele van de vele gevechten die op Belgische bodem plaatsvonden.
De Eerste Wereldoorlog heeft de Europese kaart ingrijpend veranderd. Het viel oude rijken uiteen, zoals het Oostenrijk-Hongaarse en het Ottomaanse Rijk, terwijl nieuwe landen zoals Tsjechoslowakije en Joegoslavië ontstonden. Dit heeft geleid tot politieke instabiliteit in de regio.
Soldaten die aan de Eerste Wereldoorlog deelnamen, ondervonden vaak ernstige gevolgen, zowel lichamelijk als geestelijk. Veel terugkerende soldaten leden aan wat nu bekend staat als PTSD, en fysiek waren er duizenden gewonden. Hun ervaringen hebben een blijvende impact gehad op hun levens en die van hun gezinnen.
België was de locatie van verschillende belangrijke veldslagen, waaronder de Slag bij Verdun en de Slag om Passendale. Deze veldslagen waren soms gruwelijk, met enorm veel verliezen aan beide zijden, en zij hebben een diepgaande indruk achtergelaten op de Belgische bevolking.