Een van de meest opvallende kenmerken van een folly is dat het vaak uniek is in zijn ontwerp en nauwelijks functionele doeleinden heeft. Deze bouwwerken zijn vaak zeer artistiek en speels, bedoeld om zowel verwondering als esthetisch plezier te bieden. Ze kunnen variëren in stijl en structuur, van torens tot paviljoens, en zijn meestal geplaatst op strategische locaties in parken of tuinen waar ze goed zichtbaar zijn.
Een bekend voorbeeld van een folly is het majestueuze Torentje in de tuinen van een oud landgoed. Dit soort gebouwen zijn ontworpen om bezoekers te verrassen en te vermaken. Hoewel sommige follies beroemd zijn om hun architectonische kwaliteiten, zijn anderen gewoon leuk om naar te kijken en kunnen ze interessante verhalen vertellen over de tijd waarin ze zijn gebouwd.
Een folly verschilt van reguliere gebouwen doordat het niet is ontworpen voor praktische doeleinden zoals wonen of werken. Follies hebben vaak bizarre of verwaarloosde ontwerpen en het doel van hun aanwezigheid is puur decoratief. Hierdoor zijn ze doorgaans vrij van de strenge normen van bruikbaarheid en functionaliteit die op gewone gebouwen van toepassing zijn.
Follies worden vaak gebouwd met materialen die voor de hand liggen, zoals steen, hout en metaal. Creativiteit in het gebruik van ongebruikelijke materialen en gerecyclede elementen is ook heel gebruikelijk, waardoor de energie-efficiëntie wordt verbeterd en duurzaamheid een rol speelt. Het gebruik van natuurlijke materialen kan bovendien bijdragen aan esthetische aantrekkingskracht in de omgeving waarin de folly zich bevindt.
De geschiedenis van follies gaat terug naar de 18e eeuw, toen aristocraten in Europa, vooral in Engeland, begonnen met het bouwen van deze extravagante structuren in hun tuinen. De opkomst van romantische tuinen leidde tot de creatie van follies als middel om de landschapsarchitectuur te verfraaien en bezoekers te verrassen. Vandaag de dag worden follies nog steeds gebouwd en zijn ze een bron van bewondering en inspiratie voor veel mensen.