De vijandigheid in de Grote Oorlog is complex vanwege de verschillende allianties en politieke spanningen die al aanwezig waren voordat de oorlog begon. Landen hadden elkaar beloofd om te helpen, wat leidde tot een ketenreactie van verklaringen van oorlog. Bovendien waren er nationale en culturele conflicten die de spanningen uitbraakten, wat resulteerde in een grote oorlog die vele naties omvatte.
Er waren verschillende oorzaken van de Grote Oorlog, waaronder militarisme, het systeem van allianties, en nationalisme. De moord op aartshertog Franz-Ferdinand was de directe aanleiding, maar de diepere oorzaken lagen in de rivaliteit tussen grote mogendheden en koloniale expansie. Dit zorgde voor een explosieve situatie die uiteindelijk leidde tot het uitbreken van de oorlog.
De Grote Oorlog heeft de politieke kaart van Europa ingrijpend veranderd. Veel keizerrijken, zoals het Ottomaanse en het Oostenrijks-Hongaarse, vielen uiteen. Nieuwe landen werden opgericht zoals Tsjechoslowakije en Joegoslavië. Daarnaast werden grenzen hertekend, wat vaak leidde tot nieuwe conflicten in de regio, omdat etnische groepen vaak gescheiden werden.
De Grote Oorlog had een enorme impact op de Belgische samenleving. Veel steden werden verwoest, en duizenden Belgen werden gedwongen hun huizen te verlaten. De oorlog bracht ook veranderingen in sociale structuren met zich mee, zoals de rol van vrouwen die meer verantwoordelijkheden op zich namen toen mannen naar het front moesten. Dit leidde tot een culturele verschuiving binnen het land.
Enkele belangrijke veldslagen uit de Grote Oorlog zijn de Slag bij de Somme, de Slag om Verdun en de Slag bij Passendale. Deze veldslagen waren niet alleen cruciaal voor de uitkomst van de oorlog, maar ze staan ook bekend om het enorme aantal slachtoffers en de verschrikkingen die soldaten daar hebben meegemaakt. Elke veldslag had zijn eigen strategische doelen en gevolgen voor de betrokken legers.