Tijdens de bloei hebben gele irissen regelmatig water nodig, maar zorg ervoor dat de grond niet te nat wordt. Dit kan de wortels beschadigen en leiden tot ziektes. Het is ook een goed idee om afgestorven bloemen regelmatig te verwijderen, zodat de plant zijn energie kan richten op nieuwe groei.
Gele irissen groeien het beste in goed doorlatende grond. Een mix van tuinbouwgrond met wat zand of grit kan de drainage verbeteren. Ze houden van een lichtzure tot neutrale pH-waarde. Vergeet niet de grond voor het planten goed los te maken, zodat de wortels zich gemakkelijk kunnen verspreiden.
Plant gele irissen in de herfst of het vroege voorjaar. Zorg ervoor dat je de wortelknollen goed plant, zodat de toppen net boven de grond komen. Geef ze voldoende ruimte tussen elkaar om te groeien. Zorg voor een zonnige plek, aangezien ze van veel licht houden om goed te bloeien.
Houd een oogje in het zeil voor slakken en bladluizen, die veelvoorkomende plagen zijn bij irissen. Je kunt natuurlijke remedies gebruiken, zoals het plaatsen van diatomeeënaarde rond de planten of het gebruik van insectenspray op basis van natuurlijke ingrediënten. Rot veroorzaakt vaak door overbewatering is ook een belangrijk aandachtspunt: zorg altijd voor goede drainage.
De beste tijd om gele irissen te planten is in de herfst of het vroege voorjaar. Hierdoor kunnen ze zich goed vestigen voordat de bloeiperiode begint. In milde klimaten kun je ze ook in de lente planten, maar zorg ervoor dat je ze tijdig plant zodat ze voldoende tijd hebben om te groeien voordat de hitte van de zomer begint.