Bij het kiezen van een microfoon is het belangrijk om te letten op de frequentierespons, de polaire patronen en het type microfoon. De frequentierespons geeft aan welke geluidsfrequenties de microfoon oppakt, terwijl polaire patronen bepalen van welke kanten geluid wordt opgenomen. Condensatormicrofoons zijn perfect voor studio-opnames vanwege hun gevoeligheid, terwijl dynamische microfoons uitstekend zijn voor liveoptredens door hun duurzaamheid.
Zorg ervoor dat je je microfoon op de juiste afstand plaatst, meestal tussen de 15 en 30 centimeter van je mond. Gebruik een anti-ploffilter om ongewenste plofgeluiden te vermijden. Zorg ervoor dat je de audio-instellingen op je apparaat ook goed hebt ingesteld, met de juiste ingangsvolume en bufferinstellingen voor een heldere opname.
Voor zangopnames zijn condensatormicrofoons meestal de beste keuze. Ze zijn ontworpen om fijnere details en een breder frequentiebereik vast te leggen, waardoor ze ideaal zijn voor het opnemen van zang. Let daarnaast op de gevoeligheid van de microfoon en zorg ervoor dat je een goede popfilter gebruikt om plofgeluiden te minimaliseren.
Een mengpaneel is niet altijd nodig, maar kan handig zijn als je meerdere microfoons of andere audio-inputs wilt beheren. Een mengpaneel stelt je in staat om het volume en de toon van elke bron te regelen. Voor eenvoudige opnames kan je de microfoon rechtstreeks aansluiten op je computer of opnameapparaat en later mixer software gebruiken om je geluid te bewerken.
Je kunt storingen of ruis verminderen door gebruik te maken van een goede kwaliteit kabel en je microfoon goed te positioneren. Zorg ervoor dat je in een stille omgeving opneemt en gebruik akoestische panelen om geluidsgolven te dempen. Ook kan een microfoon met een hogere kier weerstand helpen bij het verminderen van achtergrondgeluiden.