De belangrijkste kenmerken van een snaredrum zijn de grootte, het type vel en de snarenmat aan de onderkant. De snaredrum heeft vaak een heldere, scherpe klank door de snaren die tegen het resonantievel trillen. Ook zijn de stembouten en de diepte van de trom belangrijk voor de toon en resonantie.
Snaredrums komen in verschillende maten, maar de meest gebruikelijke zijn 14 inch in diameter en varianten van 5 tot 6,5 inch in diepte. Er zijn ook kleinere en grotere maten beschikbaar, zoals 10 inch en 16 inch, die elk een andere klank en gebruik mogelijk maken.
Om de klank van je snaredrum te verbeteren, kun je experimenteren met verschillende veltypes, zoals coated of clear, en de spanning op de stembouten aanpassen. Daarnaast helpt het om te controleren of de snares goed zijn afgesteld en niet te los of te strak zitten. Een goede plaatsing van de snaredrum in de ruimte kan ook invloed hebben op de klank.
Goede materialen voor een snaredrum zijn bijvoorbeeld esdoorn, berken of beuken, aangezien deze houtsoorten de klank goed beïnvloeden. Daarnaast zijn sommige snaredrums gemaakt van staal of brons, wat weer een andere toon en respons geeft. Het is belangrijk om een materiaal te kiezen dat bij je speelstijl past.
Om beter te worden met de snaredrum, kun je verschillende technieken leren, zoals het spelen van rudimenten, het oefenen van ritmische patronen en het verbeteren van je stokcontrole. Het is ook nuttig om met een metronoom te oefenen en te experimenteren met dynamiek en aanvalsaanpakken, zodat je meer variëteit in je spel krijgt.