Katharen geloofden in een dualistisch wereldbeeld, waarbij ze de tegenstellingen tussen goed en kwaad, licht en duisternis benadrukten. Ze geloofden dat de materiële wereld slecht was en dat het spirituele leven het belangrijkste was. De katharen verwierpen de autoriteit van de katholieke kerk en hun sacramenten, en streefden naar zuivere, spirituele levenswijze.
De katharen hadden een aanzienlijke invloed op de samenleving door hun alternatieve spirituele visies en sociale structuren. Ze boden een plek voor mensen die niet tevreden waren met de traditionele katholieke leer. Dit leidde tot sociale spanningen en conflicten met de gevestigde kerk, wat uiteindelijk resulteerde in de Katharenoorlogen en de inquisitie, waarmee ze drastisch werden onderdrukt.
Het katharisme heeft zijn wortels in het vroege christendom, maar groeide uit tot een unieke religieuze beweging in de 12e eeuw in Zuid-Frankrijk. De beweging verspreidde zich door de invloed van verschillende prekers en het zoeken naar een meer spirituele benadering van het geloof, waarbij ook elementen uit het manicheïsme een rol hebben gespeeld.
De kruistochten, met name de Albigenzische Kruistocht (1209-1229), waren cruciaal voor de ondergang van de katharen. De katholieke kerk beschouwde hun leer als een grote bedreiging en lanceerde een militair offensief om het katharisme uit te roeien. Deze gewapende campagnes resulteerden in massale slachtingen en de vernietiging van kathaarse gemeenschappen.
De onderdrukking van de katharen begon met de kruistochten en ging verder met de oprichting van de inquisitie door de katholieke kerk. Deze inquisitie stelde mensen in staat om te worden beschuldigd van ketterij, vaak zonder eerlijk proces. Veel katharen werden gevangen genomen, verbannen of gedood, wat leidde tot een grote afname van hun aanwezigheid en invloed.