De basisregels van jeu de boule zijn vrij eenvoudig. Je speelt met twee teams, meestal twee of drie spelers per team. Het doel is om je ballen zo dicht mogelijk bij de kleine bal, de cochonnet, te gooien. Elke speler gooit om beurten en het team dat het dichtst bij de cochonnet ligt, krijgt punten. Na elk rondje, worden de ballen weer verzameld en begint een nieuw spel.
Voor jeu de boule heb je in de eerste plaats een set boules nodig, die meestal van metaal zijn, en een cochonnet, dat vaak van hout is. Daarnaast is het handig om een zachte ondergrond te hebben, zoals zand of gras, en je kunt ook een meetlint gebruiken om de afstand tot de cochonnet te meten. Voor comfort kun je ook kiezen voor speciale schoenen, maar gewone sportschoenen zijn ook prima.
Om je techniek te verbeteren bij jeu de boule, is het belangrijk om te oefenen met verschillende gooi-technieken. Probeer zowel de zachte als de harde worp om te zien welke het beste voor je werkt. Let ook op je houding en balans tijdens het gooien. Regelmatig spelen met vrienden of deelnemen aan lokale toernooien kan ook helpen om je vaardigheden te verbeteren.
Het doel van jeu de boule is om je ballen dichter bij de cochonnet te plaatsen dan je tegenstander. Dit vereist niet alleen goede gooi-vaardigheden, maar ook strategisch denken om je tegenstander te blokkeren of om hun ballen te raken en verplaatsen. Het spel gaat om precisie en strategie.
Jeu de boule is geschikt voor alle leeftijden. Het is een toegankelijk spel dat je zowel competitief als recreatief kunt spelen. Kinderen kunnen het leren met kleine en lichte boules, terwijl ouderen eenvoudig kunnen deelnemen zonder veel fysieke inspanning. Het is een geweldige activiteit voor gezinnen en vriendengroepen.